Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dauids .lvi. Psalm Dauids gulden cleynoot hooch te singhen, om dat hi niet verdoruen en was, doen hi voor Saul vloot in die speluncke. Ga naar margenoot+ § Miserere mei Deus.

2

Ga naar margenoot+SIit mi ghenadich God, Sijt mi ghenadich, want op v betrout mijn ziele. En onder die schaduwe uwer vloghelen sal ick hopen, tot dat die schalcheyt voorbi gae.

3

Ick sal roepen tot God den alderhoochsten, tot God die mi wel ghedaen heeft.

4

Hi seynde vanden hemel ende verloste mi, hi ghaf tot eenen verwijte die mi vertreden. God seynde zijn barmherticheyt ende waerheyt,

5

Ga naar margenoot* hi heeft verlost mijn ziele wten middel der welpen der leeuwen, ick sliep verscrict zijnde. Der kinderen der menschen) tanden zijn wapenen ende pijlen, ende haer tonghe is een scherp swaert.

6

God verheft v bouen die hemelen, ende uwe eere ouer alle dat aertrijck.

7

Si hebben minen voeten Ga naar margenoot* stricken) bereyt ende mijn ziele nederghedruct. Ga naar margenoot+ Si hebben voor mijn aensichte eenen cuyl ghegrauen, ende si zijnder selue ingheuallen.

8

Mijn herte is bereyt, God mijn herte is bereyt, Ick sal singhen, ende God den HEERE eenen lofsanck segghen.

9

Staet op mijn eere, ende staet op psalter ende harpe, vroech in die dagheraet sal ick verrijsen.

10

HEERE ick sal v belijden onder die volcken, ende ick sal v eenen lofsanck segghen onder die luyden.

11

Want uwe barmherticheyt is groot tot aenden hemel, ende uwe waerheyt tot die wolcken.

12

Verheft v God bouen die heme-[kolom]len, ende uwe eere si ouer alle dat aertrijck.

margenoot+
int heb. den lvij. psal.

margenoot+
A

margenoot*
th. Ick ligge met mijnder zielen onder die leeuwen der menschen kinderen zijn vlammen, haer

margenoot*
the. netten
margenoot+
B


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken