Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dat .vi. Capittel.

§ Die stemme der heylighe kercken.

1

Ga naar margenoot+MIin lief is nedergeghaen in sinen hof, tot den welruyckenden cruydts voorhoefken, dat hi hem in die houen soude weyden, ende Lelien plucken

2

Ic behoore mijnen lief toe, ende mijn lief mi, hi die onder die Lelien gheuoet wort.

§ Christus spreect tot der kercken.

3

Ghi zijt schoone mijn vriendinne, Ga naar margenoot* soet ende eersaem) lieflijc gelijc Ierusalem veruaerlijc ghelijc een heyrs ordinancie gestelt met den vlueghelen inden leghere.

4

Keert uwe [kolom] oogen van mi, want si Ga naar margenoot* deden mi wech vliegen) Vwe haren zijn gelijc een cudde gheyten, die opten berch Galaad Ga naar margenoot* openbaerden)

5

Vwe tanden zijn gelijc een cudde schapen, die wt den wassce comen, die altemale Ga naar margenoot* twee vruchten) draghen, ende daer en is gheene onuruchtbare onder hen.

6

Vwe wangen zijn gelijc een Ga naar margenoot* schelle) van eenen Granaet appele, behaluen Ga naar margenoot* dat van binnen verborghen) is.

7

Tsestich is der coninghinnen, ende tachtentich der bislaperssen, ende der iongher meyskens en is gheen ghetal.

8

Ga naar margenoot+ Maer eene is mijn Duyue mine volmaecte, Een is haerder moeder die liefste, ende die wtuercorene haerder moeder, Die dochteren Ga naar margenoot* van Sion) hebbense ghesien, ende hebbense wtgheroepen, die alder salichste te wesen, Die coninghinnen ende bislaperssen loefdense.

Die stemme der Sinagogen.

9

Wie is dese die voortcoemt, ghelijck die dagheraet, schoone ghelijck die Mane, Wtuercoren ghelijck die Sonne, Veruaerlijck ghelijck als die heyrlegheren in haer gheschicte ordinancie.

§ Die kercke spreect totter Sinagogen.

10

Ick ben neder ghegaen inden notenhof, Ga naar margenoot+ om te beschouwen die struyxkens aen die beke, om te beschouwen, oft den wijnstock bloemet, oft die granaetappelen groenden.

§ Die stemme der Sinagogen.

11

Ick en hebts niet geweten, Mijn ziele is verstoort ende verbaest gheweest, om die waghenen Aminadab.

§ Die stemme der heyligher kercken weder roepende die Sinagoge.

12

Keert weder, Keert weder, O Ga naar margenoot* Sunamithe) Keert weder, Keert weder, dat wi v aenschouwen.

margenoot+
A

margenoot*
h. ghelijck Tirza

margenoot*
the. hebben mi houaerdich ghemaect.
margenoot*
h. gheschoren zijn.

margenoot*
th. tweelinghen

margenoot*
th. schoere
margenoot*
h. uwe tuyten.

margenoot+
B
margenoot*
ten is niet int hebree.

margenoot+
C

margenoot*
the. Sulamith,

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken