Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dat .x. Capittel.

1

Ga naar margenoot+EEn Ga naar margenoot* wijnstoc met vele bladeren) is Israel, ende die vrucht is hem gelijc, Na die menichte zijnder vruchten heeft hi altaren vermedichfuldicht, na Ga naar margenoot* vruchtbaerheyt) zijns lants heeft hi oueruloedich geweest in Ga naar margenoot* afgoden,)

2

Haer herte is gedeylt, nv sullen si vergaen, Hi sal haer Ga naar margenoot* afgoden) breken, ende hi sal haer Ga naar margenoot* altaren) verderuen,

3

want nv sullen si seggen, Wi en hebben gheenen coninc, want wy en vreesen den HERE niet, Ende wat sal ons die coninc doen?

4

Ga naar margenoot* Spreect woorden des onnutten gesichts, ende ghi sult een verbont maken met der luegenen, ende hi) sal doordeel voortbrengen als bitter cruyt, op dye voren des ackers,

5

Dye inwoonders van Samarien hebben Ga naar margenoot* die coeyen van BethAuen geeert) Want zijn volck heeft op hem geweent, ende die bewaerders Ga naar margenoot* hebben op hem verblijt in zijnder heerlicheyt, want hi is van hem wech gegaen,

6

Want hi) is in Assirien gedragen tot een gifte den coninc Ga naar margenoot* den wreker) Bescaemtheyt sal Ephraim vangen, Ga naar margenoot+ ende Israel sal bescaemt worden in sinen Ga naar margenoot* wil)

7

Samarien heeft sinen coninc Ga naar margenoot* doen ouergaen) als scuym opt opperste des waters,

8

Ende die hoocheden Ga naar margenoot* des afgods) sullen verstroyt worden, ende die sonde van Israel, Clissen ende dijstelen sullen op haeren altaren opclimmen, Ende si sullen segghen den bergen, bedect ons, ende den hueuelen, valt op ons,

[pagina V4r]
[p. V4r]

9

Ga naar margenoot+Ga naar margenoot* Wt den dagen Gabaa heeft Israel gesondicht) Si hebben daer ghestaen, den strijt Ga naar margenoot* en salse in Gabaa niet beuanghen, op die sonen der boosheyt)

10

Ic salse straffen na mijn begeerte. Die volcken sullen op hen vergaderen, Ga naar margenoot* als si gestraft worden, om twee haerder boosheden)

11

Ephraim is als een veerse, gheleert die dorscherie lief te hebben, ende ick Ga naar margenoot* hebbe op die scoonheit van haeren halse ouerghegaen. Ic sal op Ephraim climmen, Iudas sal ackeren, ende Iacob sal eggen)

12

Saeyt in rechtuaerdicheyt, ende mayet inden mont der bermherticheit, Vernieuwet v nieuwe Ga naar margenoot* vruchten) Want het is tijt den HEERE te soecken, Ga naar margenoot* als hi) comen sal die v rechtuaerdicheit leeren sal.

13

Ghi hebt onghenade gheackert, ende boosheit ghemaeyt, ende vrucht der lueghenen gheten. Want ghi hebt op uwe weghen betrout, ende op dye menichte uwer stercker,

14

Ga naar margenoot+So sal in v volc een gheruchte opstaen, ende alle v stercten sullen verdoruen worden Ga naar margenoot* so Salmana verdoruen is vanden huysghesinne des ghenen die Baal wrack, ende veroordeelde inden strijdtdach, doen) die moeder gheclopt wert op die kinderen Ga naar margenoot+

15

Ga naar margenoot* also heeft Bethel gedaen vanden aenschijn der boosheit uwer scalcheden).

§ God vertelt hier zijn weldaden, ende hi straft Israels ondancbaerheit, Ende hi vertelt eens vaders beweghenisse int straffen des volcs van Israel, Van Christus toecoemst, ende vanden roep der wtuercorenen.

margenoot+
A
margenoot*
theb. leghe wijnstoc
margenoot*
the. goetheyt
margenoot*
h. calomnen

margenoot*
the. altaren
margenoot*
theb. opgerechte steenen

margenoot*
the. Si hebben hen te samen beraden, onnuttelic gesworen ende hen tsamen verbonden noch.

margenoot*
th. in sorgen gheweest, om der calueren wille, van BethAuen
margenoot*
th. die wilen van hen verhuechden, om dat hen nv haer heerlicheit wech gheuoert is, want tcalf

margenoot*
th. Iareb.
margenoot+
B
margenoot*
the. voornemen

margenoot*
the. te nyet gedaen

margenoot*
theb. Auen

margenoot+
C
margenoot*
th. Sint Gabaa dagen aen hebdi o Israel gezondicht
margenoot*
th. en conden si metten vermetenen kinderen van Gabaa niet beuanghen.

margenoot*
th. als icse inspanne tot. ij. voren.

margenoot*
the. sal hem ouer sinen teren hals varen. Soude ic doen dat ephraim op andere dede, Iuda op andere ploechde ende Iacob egge

margenoot*
th. braeclant
margenoot*
h. tot dat hi

margenoot+
D
margenoot*
h. ghelijc inden tijdt des crijschs een verwoestinge wten lagen alsmen vreede hoept oplopet dat
margenoot+
Iudicum .vi.f

margenoot*
th. desgelijc o Beth sal hi ooc met v omgaen, om uwer boosheit wille.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken