Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dat .ij. Capittel.

1

Ga naar margenoot++ ENde des derden daechs is bruyloft ghehouden te Cana in Galileen, ende Iesus moeder was daer.

2

Ende Iesus ende zijn discipulen is ooc geroepen tot die bruyloft.

3

Ende wijn gebrekende, seyt die moeder Iesu tot hem. Si en hebben gheen wijn.

4

Iesus seyt haer. Vrou, wat is mi met v? Mijn vre en is noch niet gecomen.

5

Ende zijn moeder seyt den dienaers So wat hy v seggen sal, doet dat.

6

Daer waren ses steenen cruycken ghesedt, na die maniere der reyninghe der Ioden, elck twee oft drie maten houdende.

7

Ende Iesus seyt haer. Vult die cruycken met water. Ga naar margenoot+ Ende si hebbense tot bouen toe geuult.

8

Ende hy seyt haer. Schenct nv, ende brenctet den oppersten schencker, ende si hebbense ghebrocht.

9

Ende nae dien dat die opperste schencker geproeft hadde dat water in wijn verandert was, ende nyet en wist van waer dattet was, mer die dienaers die twa-[kolom]ter gheput hadden, wistent. So roept hy den bruydegom,

10

ende seyt hem. Alle mensch sedt int beghinsel goede wijn, ende als si droncken geworden zijn, so sedt hi dat arger is: ghi hebt den goeden wijn gehouden tot nv toe

11

Ga naar margenoot+Dit beghinsel der teekenen heeft Ihesus ghedaen te Cana in Galileen, ende heeft openbaer ghemaect zijn glorie. Ende zijn discipulen hebben in hem gelooft. *

12

Hier na is hi neder geclommen in Caphernaum, ende zijn moeder, ende zijn broeders, ende zijn discipulen. Ende hebben daer niet veel dagen gebleuen.

13

+ Ende Paesschen der ioden was na bi. Ende Iesus is op geclommen te Hierusalem,

14

ende heeft geuonden inden tempel die vercochten coeyen, Ga naar margenoot+ ende scapen, ende duyuen, ende de wisselaers sittende.

15

Ende als hi gelijc een gheessel gemaect had van coorden, heeft hijse al wten tempel geworpen, scapen, ende coeyen, ende tgelt der wisselaers wtgestort, ende dye tafelen om geworpen,

16

ende tot die ghene die duyuen vercoften heeft hi geseyt. Wech, draecht dit van hier, ende en wilt niet maken dat huys mijns vaders een huys des comenscaps:

17

Ende zijn discipulen zijn ghedachtich gheworden datter ghescreuen was. Die liefte dijns huys, heeft mi gegeten.

18

Daer om hebben die Ioden geantwoort ende geseyt. Wat teeken toont ghi ons, dat ghy dit doet?

19

Ihesus heeft gheantwoordt, ende gheseyt. Ga naar margenoot+ Ontbint desen tempel, ende in drie daghen sal ick hem oprechten: Ga naar margenoot+

20

daer om hebben die Ioden gheseyt: In .xlvi. iaer is desen tempel getimmert, ende sult ghi hem oprechten in drie daghen?

21

Hy sprac vanden tempel zijns lichaems.

22

Als hi verresen was vanden doot zijn zijn discipulen gedachtich geworden, dat hy dit haer geseyt hadde, ende si hebben gelooft die scriftuere, ende de sermonen die Ihesus gesproken hadde.

23

Voort als Ihesus was te Hierusalem, te Paesschen in die hoochtijt, hebben daer veel ghelooft in sinen naem, siende dye teekenen dye hy dede.

24

Maer Ihesus en heuet hem seluen haer nyet ghelooft, ouermidts dat hijse al kende,

25

ende niet van noode en hadde dat yemant ghetuychnisse soude gheuen van dye mensch. Want hi wist wat in die mensche was. *

margenoot+
A

margenoot+
B

margenoot+
C

margenoot+
Mat. xxi.b Luc. xix.g.

margenoot+
D
margenoot+
Mat. xix a ende .8.a. ende 26.b.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken