Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het gevecht met de muze (1940)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het gevecht met de muze
Afbeelding van Het gevecht met de muzeToon afbeelding van titelpagina van Het gevecht met de muze

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.23 MB)

ebook (2.83 MB)

XML (0.04 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het gevecht met de muze

(1940)–Bertus Aafjes–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 30]
[p. 30]

Kleine liederen van de maan

1

 
De sterren waren als ogen
 
van verscholenen, stralend gericht
 
op de aarde, die hijgende diep
 
om de geheim bedrevene zonde
 
met de uitrillende blonde
 
maan verrukkelijk sliep.

2

 
De nacht zweeft duizelende
 
door het stelsel der sterren
 
en door het donker drijft
 
talmend de maan:
 
er valt niets meer te erven,
 
alles verleerde te zwerven,
 
alles koos vastere baan.

3

 
De maan schoof langs de vensters heel de nacht,
 
van de rotonde waar ik slapend lag;
 
eensklaps ontwaakt' ik rillende en zag
 
aan het plafond beweeglijk spinnenrag.
 
Ik nam de bezem, ging waanzinnig schrobben,
 
stak in mijn mond handenvol spinnenkoppen,
 
grijsachtig-tragen met een bek en ogen,
 
toen moest ik deerlijk braken, slag op slag.
 
Des morgens vroeg bekeek ik met een lach
 
het laken want ik had weer bloed gespogen.
[pagina 31]
[p. 31]

4

 
De dag kiert door de ramen
 
met een zo grijze gemeenheid
 
dat ik het hoofd weer beur
 
onder het donkere laken
 
en het gemis aan luiken
 
als een verlies betreur.

5

 
Eenzaam ben ik,
 
dat beamen de sterren;
 
eenzaam ben ik
 
en dat beaamt de maan;
 
ik zie mijzelve op de kade gaan
 
als van de maan gezien, eindeloos verre.
 
Want ik behoor allang niet meer mijzelf,
 
ik viel het kwaad ten prooi en de ontbinding,
 
maar iets in mij - ik zelf? - nam afstand van
 
dat ander, loop er honderd passen achter,
 
ontmoet het in een hoer en overnacht er.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken