Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Lotgevallen van een voetbalschoen (1924)

Informatie terzijde

Titelpagina van Lotgevallen van een voetbalschoen
Afbeelding van Lotgevallen van een voetbalschoenToon afbeelding van titelpagina van Lotgevallen van een voetbalschoen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.73 MB)

Scans (15.51 MB)

XML (0.41 MB)

tekstbestand






Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Lotgevallen van een voetbalschoen

(1924)–George van Aalst–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 92]
[p. 92]


illustratie

Hoofdstuk VII.
Een gestoorde fuif.

Eddy, 't veertienjarig broertje van Pommy, ging op de H.B.S., evenals Pommy zelf en voerde de weken voorafgaande aan de gebeurtenissen in dit hoofdstuk beschreven, geen ‘klap’ uit, in het blij vooruitzicht van een op handen zijnde schoolfuif.

Wat een schoolfuif voor een ding was, daar hadden Key en Pil geen flauw begrip van en toch zou 't lot huns roems hen straks promoveeren tot de voornaamste herrieschoppers van genoemde fuif.

Op een middag, twee dagen voor de fuif, kwam Eddy zichtbaar opgewonden thuis.

Aan tafel kon hij bijna niet zwijgen en toch moest hij het zwijgen: het groote geheim van z'n gymnastiekleeraar.

‘Pommy?’ vroeg hij.

‘Ja!’

‘Mag ik jouw voetbalschoenen leenen?’

‘Dank je wel, die gebruik ik zelf.’

Kleine pauze. Dan weer:

‘Hè, toe nou.’

‘Nee, jô, ik heb ze zelf noodig.’

‘Wat flauw, 't is maar voor één avondje,’ liet Eddy uit z'n mond vallen.

‘Voor één... avond?’ vroeg Pommy verbaasd.

[pagina 93]
[p. 93]

‘Voor één... avond?’ repeteerden Pa en Ma met groote oogen.

‘Voor één... avond?’ verwonderden de twee zussen zich in koor.

Eddy schoof op z'n stoel heen en weer:

‘Ja, voor één avond en vraag me nou verder niks meer, want ik laat geen sikkepitje los,’ en tot Pommy ‘krijg ik ze?’

‘En voor welken avond dan?’

‘Donderdagavond.’

‘En... dan is de H.B.S.-fuif.’

‘Inderdaad,’ lachte de burgerscholier geheimzinnig.

‘Eerst zeggen waarvoor,’ vischte Pommy.

‘'t Is een geheim.’

‘Bah, wat flauw.’

‘Heelemaal niet flauw. Jullie zult allemaal de verrassing zien.’

‘O, dan weet ik het,’ juichte de jongste zus.

‘Nou, wat dan?’

‘Een marmergroep.’

Eddy keek een weinig sip en riep luidruchtiger dan voor de veiligheid van z'n geheim noodzakelijk was:

‘Lekker niet!’

‘Nou, je kunt ze voor mijn part krijgen, als ik ze maar fatsoenlijk bruin terug krijg, gesnopen, anders loop ik straks bij Sparta met wit-bestoven schoenen.’

Eddy in de wolken!

Nu, wat dat geheim betreft, 't was heelemaal niet zoo verschrikkelijk en daar Eddy toch hunkerde om het te vertellen, vertelde hij na tafel aan ieder het geheim in 't geheim.

De gymnastiek-leeraar had uitgedacht om na de pauze een extra-nummer in te lasschen, dat voor 't publiek een verrassing moest blijven tot op het moment, dat 't scherm rijzen zou om punt zeven van 't overladen programma: (H.B.S.-fuiven hebben

[pagina 94]
[p. 94]

altijd overladen programma's!) ‘Een Verrassing’ te openbaren, 't geen dan niet anders zou zijn dan een tableau-vivant, getiteld ‘Een reuzen doelpunt’

De gymnastiekleeraar ging van de juiste veronderstelling uit, dat zulk een voorstelling naar de harten der H.B.S.'ers zou zijn.

De tweede klas zou 't ‘opvoeren’.

Eddy kreeg een ‘hoofdrol’. Hij moest het doelpunt ‘maken’.

Waarom de schrijver dit ‘maken’ tusschen aanhalingsteekens meent te moeten zetten zal tot grooten schrik des lezers uit het vervolg van dit zonderlinge hoofdstuk blijken.

Voor deze opvoering behoefde niet gerepeteerd te worden. Zulks achtte de leeraar niet noodig. Zoo'n eenvoudige opvoering kon niet mis gaan. Wanneer hij met gesloten doek de jongens goed op de plaats zette, dan was de zaak immers in orde.

Eddy was dol met het plan.

Meewerken aan een feestavond is voor iederen scholier een evenement. Om daar zoo te staan voor 't oog van je vrienden, je leeraars, je ouders... 't was gewoonweg om van te duizelen.

Ja, Eddy behoefde nog niet eens op de planken te staan om al ‘Bühnenfieber’ te krijgen.

Op een goeden middag werden dus Key en Pil volgens de mode van Parijs bruin gespoetst tot ze elkaars beeld in elkaars spiegelgladde neuzen zagen.

Eddy had dadelijk moeten begrijpen, dat zulk een fatterige bewerking een paar joviale voetbalschoenen compleet obstinaat maakte.

Dat was de eerste fout, die hij maakte.

Hij was ook al geen kenner van een voetbalschoenen ziel.

Het was dan ook op den avond van dien dag een heel eigenaardig gezicht voor de gebroeders Key en Pil om in een feestzaal te komen, inplaats van op een voetbalveld.

[pagina 95]
[p. 95]

Tot goed begrip der volgende regelen zij den lezer gezegd, dat Key en Pil, zooals alle voetbalschoenen de geheele wereld bezagen met een voetbaloog en heelemaal geen verstand hadden van geneugten buiten de groene velden, zoodat ze zelfs de fijnste feesttoiletten voor shirts versleten.

Het werd hen dus in deze roezemoezige drukte van de feestzaal wonder te moede.

Ze zagen geen veld, alleen maar publiek, waaronder heel veel dames in blauwe, groene, gele, rose en karmozijnen shirts. Eigenlijk zagen ze zoowat allerlei kleuren door elkaar. En 't ging alles veel gemoedelijker dan op een voetbalveld met z'n wisselende gemoedsgesteldheden.

Ginds praatte een dame in een Quick-shirt heel gemoedelijk met een paar dames in de Sparta en H.V.V.-kleuren.

't Leek wel of de heele N.V.B. in kleuren vertegenwoordigd was.

Vreemd vonden Key en Pil het, dat de heeren bijna allen in een vreemdsoortig H.B.S.-tenue waren, dat bestond uit een zwart shirt met een paar staartjes van achteren en een lange voetbalbroek met interessante, nauwe pijpen.

Dat moest straks bij de match - Key en Pil verkeerden nog steeds in de meening, dat het een big-match gold, die de heele N.V.B. in clubkleuren kwam bijwonen - een eigenaardig gezicht worden, als al die staartjes achter die rushende H.B.S.'ers aan zouden gaan wapperen.

Is het te begrijpen, dat Pil en Key hoe langer, hoe onplezieriger gestemd werden. Want voetbalschoenen houden in tegenstelling met vele voetballers minder van vertoon dan van daden.

Van al die vreemdsoortige dingen legde Eddy niets aan z'n voetbalschoenen uit en deze waren nu eenmaal door Pommy verwend met allerlei nieuws het eerst in kennis gesteld te worden.

[pagina 96]
[p. 96]

Dat was de tweede fout van Eddy dien avond.

Hij hield de schoenen krampachtig bij zich op z'n schoot, toen hij tusschen 't publiek plaats nam tot niet geringe ontzetting van de zussen, die 't ‘shocking’ en ‘pas du tout comme il faut’ noemden.

Key en Pil liet alles marmerkoud, want ze snapten slechts het voetbal-jargon der Nederlandsche taal en kenden van het Engelsch maar zooveel als op de groene velden noodig is.

Ze verlangden, zooals het echte voetbalschoenen betaamt trouwens alleen maar naar den wedstrijd, maar konden in geen velden of wegen een paar goalpalen bespeuren. Van een veld zagen ze ook niets, althans niet van een groen veld; ze zagen niets dan een stuk terrein, glad als ijs en hard als steen, dat zeker door den scheidsrechter afgekeurd zou worden.

Trouwens dien zagen ze óók niet, want ze hadden al genoeg kijk op 't voetbalmenschdom om uit een veelkoppige menigte niet dadelijk een scheidsrechter te herkennen.

En wat al dat H.V.V., H.B.S. en Sparta publiek toch verwachtte van dat doek, waarop het staarde?

Als Key en Pil hun hoofden hadden kunnen schudden, dan hadden ze 't zeker op deze H. B.S.-fuif gedaan, die maar niet wilde passen in 't kader hunner beperkte voetbal-verbeelding.

Tenslotte ging 't doek omhoog en toen zagen Key en Pil tot hun verbazing, dat het een leege staantribune was, waarop één meneer kwam te staan in H.B.S.-shirt met staartjes en een beetje lichte athletiek ging doen, waarvoor hij werd toegejuicht alsof hij 't beslissende punt in een kampioenswedstrijd van Nederland had gemaakt, waarop hij weer lichte athletiek deed met z'n neus op z'n schoenen.

Toen kwam er weer een meneer met een zwart shirt en een witte baan in 't midden en die ging

[pagina 97]
[p. 97]

zitten vuistballen op een zwarte kist, dat hooren en zien verging, maar een bal zag je niet, die scheen in die zwarte kist te zitten, waar hij reusachtig springeffect scheen te maken.

Zoo ging het dien avond door; voor gewone voetbalschoenen om tureluursch van te worden.

Eindelijk na half-time sleepte Eddy, Key en Pil door een nauw gangetje en een klein trapje op naar een klein kamertje, waar hij een heusch shirt en een ècht voetbalbroekje aantrok.

Ongetwijfeld hebben Key en Pil, het tooneelkleedkamertje weer voor een clubtent aangezien en gemeend, dat de match nu toch beginnen ging.

Op het tooneel was al een goal opgericht eenige spelers stonden er om heen gegroepeerd en de keeper in de goal verroerde evenals zij, geen vin.

‘Dat is een goede om een penalty te houden,’ dacht het edel schoenenpaar natuurlijk, maar hoe ze op zoo'n klein oefenveldje met één goal een doelpunt moesten maken, zal wel een raadsel gebleven zijn voor hen.

Nu 't eigenlijk beginnen ging, bleef alles nog zoo onbegrijpelijk vreemd.

Eddy werd schuin voor de goal geplaatst in den anderen hoek van 't tooneel (oefenveldje volgens Key en Pil) en naast hem nog een jongen, die een houding aannam, alsof hij den bal zoo juist naar Eddy had gecenterd, terwijl Eddy zich gereedmaakte om een reuzenknal te geven.

De ‘scheidsrechter’ - weer een man in zoo'n H.B.S.-shirt met staartjes - floot en joep, daar ging ineens een gordijn op en 't veelkleurige publiek juichte of 't doelpunt al gemaakt was.

Al dat vreemde, wondere gedoe maakte Key en Pil zenuwachtig, hun neuzen jeukten en brandden om Eddy's teenen.. toen... toen gebeurde het.

En dat was de dèrde fout van Eddy!

Pil brandde los... 't was een geweld ge knal...

[pagina 98]
[p. 98]

't net brak finaal... de keeper greep niet eens naar den bal...

1 - 0. Het publiek gilde angstig.

Maar de bal belandde via de goal tusschen 't publiek. 't Werd compleet een consternatie. Drie torenpruiken van evenzooveel dames streken in der haast het zeil en bleven als weerbarstige plukjes haar om de schouders fladderen, terwijl er één heelemaal in de lucht vloog net als de soepterrine van meneer Trips en waarvan brokstukken belandden in een kop koffie van een deftige, grijze dame en een glas limonade van een jongenheer.

Een heer, die een glas ijs gebruikte, voelde plotseling een duw tegen zijn neus, benevens een koude gewaarwording op een zijner wangen.

Meer konden Key, Pil noch Eddy van 't geval zien, want ze werden door den ‘referee’ van 't veld gestuurd. De man zag paars en brulde boven 't geloei van 't publiek uit tot Eddy:

‘Stommeling, wat heb je gedaan.’

‘Eh... eh... een goaltje gemaakt,’ hakkelde Eddy.

‘Ja, maar je moest dien ellendigen bal niet trappen.’

Daar snapte nu Eddy weer even weinig van als Key en Pil, die trouwens niets begrepen.

Hoe kon nu die ‘referee’ in vredesnaam op het program zetten: Een reuzendoelpunt en van Eddy vergen, dat hij 't maakte zonder te trappen?

Hij schudde Eddy uit z'n overdenking.

‘Je moest niet trappen, 't was maar een voorstelling.’

‘Ja, maar 't heette toch “Een reuzen doelpunt”,’ weerstreefde Eddy.

‘'t Was toch een tableau: je had doodstil moeten blijven staan.’

‘'t Was toch “vivant”,’ brutaalde de scholier.

De radelooze leeraar schudde het hoofd.

‘Hoe kun je nu een tableau vivant van een voet balwedstrijd voorstellen met doodstille spelers en

[pagina 99]
[p. 99]

een goal laten maken door iemand, die den bal niet mag aanraken.’

Eddy werd beslist welsprekend, maar die ‘referee’ bleef bij z'n besluit, dat Eddy een stommeling was, hoewel hij toch niet tegen 't betoog van Eddy op kon.

Toen Eddy weer tusschen het publiek kwam, werd er druk en opgewonden gesproken.

‘Ik denk aan een kwajongensstreek,’ opperde een heer met een so-easy.

Stel je voor, zoo'n prachtig doelpunt een kwajongensstreek!

Iedereen keek Eddy nijdig aan. In een ander geval zou reeds den volgenden avond de kop van Eddy in 't een of ander sportblad gestaan hebben met een levensbeschrijving van den goalgetter er bij.

Wèl stond hij den volgenden avond in de krant, doch niet onder de rubriek ‘Sportnieuws’, maar onder ‘Gemengd Nieuws’, wat gewoonweg een affrontatie is voor een voetballer.

Dan stond er in plaats van een uitslag boven:

 
‘Tableau vivant.’

Bespottelijk. De heele residentie lachte zich een kriek om het doelpunt van Eddy, waarmede hij de beroemde schoenen van z'n broer meer compromiteerde, dan vereerde.

't Was wel de vreemdste match, die Key en Pil in hun voetballoopbaan meegemaakt hebben en raadselachtiger doelpunt zal wel geen voetbalschoen ooit gemaakt hebben.

Toen Pommy met Key en Pil in de H.B.S.-tent kwam, ging er een gebrul op.

‘Zijn dat die schoenen van Eddy,’ riep ieder als om strijd.

Eddy scheen een beroemdheid geworden te zijn.

De gymnastiekleeraar kreeg nogal last met het ‘doelpunt’ van de zijde van het publiek. Referee's krijgen altijd de schuld!

[pagina 100]
[p. 100]

Voornamelijk was men fel op hem gebeten, omdat hij op het programma zoo aanlokkelijk groot had laten zetten:

VERRASSING.

Men vond zulke verrassingen maar alles behalve.

Want, hoe hij ook tegen pruttelde, men bleef er hem halstarrig van verdenken, dat hij die ‘verrassing’ precies opgezet had, zooals ze uitgevoerd was.

Die meening was Eddy niet toegedaan, want z'n cijfer voor gymnastiek daalde en toen Eddy dat jaar door de leeraarvergadering, tot groot leedwezen van dat lichaam niet bevorderd kon worden tot een hoogere klasse, toen had Eddy geen enkele andere oorzaak, waarop hij de schuld werpen kon, dan dat lamme doelpunt van de schoolfuif.

Stralende H.B.S.'ers zoeken altijd verafgelegen oorzaken voor achteruitgaande cijfers en niet-bevordering.

En aangezien er nu geen andere leeraar kon dienen om den gebruikelijken ‘pik’ op dezen jongeman te hebben, die hem noodlottig had kunnen zijn bij den overgang, daar moest aan dien armen ‘referee’ van de fuif, zulks wel aangewreven worden.

Dus... dat lamme doelpunt.

Neen, Key en Pil moesten maar nooit weer uitkomen op een H.B.S.-fuif, want dat had maar ellendige gevolgen.

Nog lang na de fuif werd Eddy thuis in de maling genomen over 't doelpunt.

Dat één zoo'n doelpunt zooveel stof kon opjagen!

En dat er nu in 't brein van den armen Eddy zoo'n noodlottig verband moest liggen tusschen dit doelpunt en z'n overgang.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken