Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Drie musjes (1930)

Informatie terzijde

Titelpagina van Drie musjes
Afbeelding van Drie musjesToon afbeelding van titelpagina van Drie musjes

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.76 MB)

Scans (5.08 MB)

XML (0.03 MB)

tekstbestand






Illustrator

Netty Heyligers



Genre

proza
poëzie
jeugdliteratuur

Subgenre

verhalen
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Drie musjes

(1930)–Clara Asscher-Pinkhof–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 36]
[p. 36]

9. Ver-haal-tjes.



illustratie

Moe-der heeft het druk in de keu-ken.

Ze kan nu geen ver-haal-tjes ver-tellen.

Moe-ders we-ten bij-na al-tijd verhaal-tjes.

Maar soms gaat het heus niet.

Er moet toch ook e-ten ge-kookt worden!

Nu moe-ten de broer-tjes el-kaar maar ver-haal-tjes ver-tel-len.

Om de beurt.

[pagina 37]
[p. 37]

Ze zit-ten naast el-kaar in de gro-te stoel.

‘Weet jij een ver-haal-tje?’ vraagt Frits.

‘E-ven be-den-ken,’ zegt Daan.

Hij zit een poos-je heel stil.

‘Er was es,’ be-gint bij dan.

‘Er was es een tij-ger.’

‘Nou, en toen?’

‘En toen was er een man.

En toen heeft de tij-ger de man op-ge-ge-ten.’

‘En toen?’

‘Toen was het na-tuur-lijk uit.

Want toen de man op-ge-ge-ten was, toen was er niets meer om van te ver-tel-len.’

‘He-le-maal niet mooi,’ zegt Frits.

‘Moe-der ver-telt veel mooi-er.’

‘Ja, maar moe-der is ook al zo groot.

[pagina 38]
[p. 38]

Dan weet je van-zelf mooi-e ver-haaltjes.’

‘Zal ik nu ver-tel-len?’ zegt Frits.

Hij denkt ook e-ven na.

‘Er was es een leeuw.

Maar dat was een heel zoe-te leeuw.

Die at nooit men-sen op.’

‘O,’ zegt Daan.

‘Wat at hij dan?’

‘Hij at... hij at...

Dat moet ik nog be-den-ken.

Hij at bo-ter-ham.

En hooi en gras.’

‘Wat een zoe-te leeuw,’ zegt Daan.

‘En toen?’

‘En toen heeft die leeuw op een keer die tij-ger ont-moet.’

‘Wel-ke tij-ger?’ vraagt Daan.

‘Die van jou.

Die stou-te, die een man op at.

[pagina 39]
[p. 39]

En toen zei de leeuw te-gen de tij-ger, dat hij ook zoet moest wor-den.

Gras en hooi smaak-te nog lek-ker-der dan men-sen, zei hij.



illustratie

Nou, en toen heeft de tij-ger het nooit meer ge-daan.

En de leeuw en de tij-ger zijn vriend-jes ge-wor-den.

Uit.’

[pagina 40]
[p. 40]

‘Wat mooi,’ zegt Daan.

‘Weet je nog meer?’

‘Nee,’ zegt Frits.

‘Als ik nog meer wil ver-tel-len, moet ik eerst aan moe-der vra-gen.

Die moet me hel-pen be-den-ken.’

Frits en Daan gaan naar de keu-ken.

‘Moe-der,’ zegt Frits.

‘Ik weet geen ver-haal meer.

Weet u er nog een?’

Moe-der beeft het wel heel druk.

Maar ze kan toch wel e-ven hel-pen be-den-ken.

‘Ver-tel maar aan Daan van een stout jonge-tje.’

‘Wat deed dat jonge-tje dan?’ vraagt Daan.

‘Die liet al de korst-jes van zijn boter-ham staan.’

‘Nee,’ zegt Daan.

[pagina 41]
[p. 41]

‘Dat is geen ver-haal.

Dat is echt ge-beurd.’

‘Ja?’ vraagt Moe-der.

‘Hoe heet-te dat jonge-tje dan?’



illustratie

‘Daan,’ zegt Daan.

‘En hoe was het ver-haal ook weer ver-der?’ vraagt Moe-der.

‘Ik weet het niet,’ zegt Daan.

‘Ik wel,’ zegt Moe-der.

[pagina 42]
[p. 42]

‘Toen heeft zijn moe-der de korst-[jes] op een bord-je in de keu-ken ge-[zet].

En toen kwam het jonge-tje in de keu-ken.

En toen heeft hij al-les net-jes op-ge-ge-ten.

Toen was hij weer zoet.’

Daan zegt niets.

Hij kijkt rond, waar het bord-je staat.

Dan eet hij stil de korst-jes op.

‘O,’ zegt Frits.

‘Dat is net zo'n ver-haal als de tij-ger.

Want die was ook eerst stout.

En la-ter is hij zoet ge-wor-den!’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken