Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7,69 MB)






Editeur
Aarnoud de Hamer



Genre
non-fictie

Subgenre
kroniek
non-fictie/geschiedenis-archeologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Die cronycke van Hollandt, Zeelandt ende Vrieslant, met die cronike der biscoppen van Uutrecht (Divisiekroniek)

(2011)–Cornelius Aurelius

Vorige Volgende

Hoe dat Julius enen groten strijt hadde tegens den Belgiers, dat is tderden deel van Walslant.
Dat III capittel.

Dit gesciet wesende, is Julius getogen tegen den Belgiers, dat is tderden deel van Walslant, als voerseit is, daer dese landen Hollant, Zeelant, mitten Brabanders, Lukenners, Henewiers ende Vlamingen inne begrepen sijn, ende alle die landen ende steden leggende tusschen den Rijn ende die grote zee, die men Oceanus hiet, ende tusschen den rivieren van Matrone ende Zeine, die binnen ende doer Parijs loept; welcke hoep volcx die tegen Julius streden, comende uut Belgica, dat is tderden deel van Walslandt, wi hier bi namen setten ende noemen sullen, ende tgetal van een yeghelick. Dat volck Bellovacij ghenoemt, dat sijn die van Ryemen mit horen ghebueren, quamen uut mit LX duysent gewapender mannen. Die Suessiones, dat sijn die woonden in Champanghen bi der stadt Noviodunen ende omtrent Parijs, vergaerden uut haer XII steden L duysent man. Nervij, dat sijn die van Dornick, die dalre wreetste waren, brochten oec uut L M man. Atrebati ende Ambiani, dat sijn die van Atrecht ende Amijens, brochten uut X duysent man. Morini, dat sijn die van Terewaen, maecten uut XXV duysent man. Galeti, dat sijn die van Calys, daer men ofvaert mit een ghetijde in Enghelant, hadden X duysent man. Velocasses, dat sijn die Casseliers, gheleghen int graefscap van Vlaen-

[p. 21v]

deren, hadden oec X M man. Veromandui, dat sijn Vermendoysers, oec X M man. Atuatici, dat sijn Henewiers, staken tesamen mit horen gheburen van Kanout ende van Den Berch, van Beemonth, van Binten, van Camerick, van Nijvele, XIX M man. Condrusi, dat sijn van Lutsenburch ende van Namen; Eburones, die Lukenners mitten Ardenners; Menappij, dat sijn die Gulijkers mit haer gheburen, die allegader onder enen name geheten worden Duytschen, hadden te samen L M man. Aldus hadden si te samen mit al den hoop II C lxxxiiii M ghewapender mannen. Dese hebben van den Romeinen veel volcx verjaecht ende verslegen, mer si sijn int einde wederom verwonnen van Julio ende sijn heerlicke cappeteinen als Galba, Publius Crassus ende Titurius Sabynus. Ende dat, uut Godlicker disposicie, Die alle die werlt onder een hoeft ende heer, als Octavianus, woude setten eer dat Hi onse menschelicke natuer annemen soude.


Vorige Volgende