Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Die cronycke van Hollandt, Zeelandt ende Vrieslant, met die cronike der biscoppen van Uutrecht (Divisiekroniek) (2011)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.77 MB)

XML (3.56 MB)

tekstbestand






Editeur

Aarnoud de Hamer



Genre

non-fictie

Subgenre

kroniek
non-fictie/geschiedenis-archeologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Die cronycke van Hollandt, Zeelandt ende Vrieslant, met die cronike der biscoppen van Uutrecht (Divisiekroniek)

(2011)–Cornelius Aurelius–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Hoe dat Aelbricus die II gecoren wert die IX biscop van Uutrecht.
Dat LXXXIX capittel.

Albericus, Sinte Fredericus' broeder, worde die IX biscop van Uutrecht aldus: na der passien ende doot des eerwaerdighen biscops Frederici, des heiligen martelaers, vergaerde die ecclesie ende geestlicheit by den heyligen man Sinte Odulf om te tracteren van der electien ende verkiesinghe eens nyewen harders ende biscop; so was dan een luttel twedracht onder der ecclesie ende in den volcke, wie dattet waerdich waer te besitten des heyligen biscops stoel. Ten lesten coren si den domproest, genoemt Crast, een rijck man van tijtlicken goeden. Dese, als hi gecoren was, sprac uut hoemoedicheit, seggende: 'Wat wildi mi sulcken last opten hals leggen? Ic hebbe overvloedicheit genoech van tijtlicken goeden.' Welke woorden die heilige man Sinte Odulf seer onwaerdelicken ende qualicken van hem nam, ende sprac: 'Onsalighe mensch, du versmaetste overmits dijn rijcdomme, dattu niet waerdich en biste te vercrigen. Had ghi sulken last niet willen annemen, ghi sout ymmers u onscult daer ofgedaen hebben, dat ghi sulcken digniteyt ende officie niet waerdich, nut, noch bequaem en waert te besitten. Mer want ghi overmits uwe grote overvloedicheyt der possessien ende tijtlicke goeden versmaet ende veracht hebste die ordene der heiliger apostelen, so sult ghi in corten dagen van uwe hoemoedighe woirden van God daervan gestraft endeGa naar voetnoot336 geoerdelt worden'; dwelc also gheschiet is. Als dan die ecclesie noch twifelende was wie waerdich waer den biscoplicken stoel te besitten, ende daer noch twist om was, so stont Sinte Odulf op, die niet an en sach die persoen, mer dye verdiensten ende tleven des persoens, ende seyde dat hi enen onder hen allen wist ende kende waerdich te wesen den stoel te besitten; ende waren daermede te vreden, wien dat hi daer toe name. So wijsde ende thoende hi hen enen eerlicken ende devoten priester genoemt Albricus, ende was des voorseyden biscops Fredrijcs broeder. Dese, hoewel hi mismaect ende onbequaem van aensichte was, ende onbekent den menschen, te meer was hi voer God gerekent van groten verdiensten ende heylicheit. Ende bi ghemenen vryen wille der ecclesie wert die proest ofgeset, ende Albricus is mit groter eerwaerdicheit geset in des biscops stoel, ende wert investeert ende confirmeert te wesen die XI biscop van Uutrecht. Dese Adelbricus was van herten oetmoedich, minlic van woorden, naerstich in wercken, vuerich in liefden ende caritate, trouwe int gheen dat hem bevolen was, voersienich ende wijs in rade, manierlic ende satich in allen dingen; arm van geest, ende volstandich van duechden ten eynden toe. Onder desen biscops tijden isser groot verdriet opgestaen, na der prophecien des heyligen martelaers ende biscops Sinte

[pagina 84r]
[p. 84r]

Frederijcs. Want die Denen, die men Noormans hiet, omdattet luden van noorden waren, die uut noorder lant quamen, een ongelovich ende ongenadich volc, quamen mit veel scepen ende mit een grote menichte van menschen, ende begonnen in kerstenrijck vele landen, steden ende sloten te winnen ende destrueren, ende deden overal langhe tijt veel quaets, als ghi nae horen sult. Dese biscop Albericus, nadat hi dat bisdom mit groten love ende duechtlicke wercken ende exempelen geregeert ende berecht hadde VII jaer, is hi salichlick gestorven in den Heer, int jaer ons Heren VIII C ende XLV, ende wert mit betamelicker uutvaert begraven in Sinte Salvatoers monster, bi sine andere medebiscoppen.

voetnoot336
eude AB.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken