Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Die cronycke van Hollandt, Zeelandt ende Vrieslant, met die cronike der biscoppen van Uutrecht (Divisiekroniek) (2011)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.77 MB)

XML (3.56 MB)

tekstbestand






Editeur

Aarnoud de Hamer



Genre

non-fictie

Subgenre

kroniek
non-fictie/geschiedenis-archeologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Die cronycke van Hollandt, Zeelandt ende Vrieslant, met die cronike der biscoppen van Uutrecht (Divisiekroniek)

(2011)–Cornelius Aurelius–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Hoe ende van wien dit lant van Hollant een graefscap gheworden is, ende wie dye eerste grave gheweest is.
Dat VI capittel.

[pagina 96r]
[p. 96r]

Men sal weten dat in den jaren Ons Heren VIII C ende LXIII, als coninc Kaerle die Caluwe van Vrancrijck gecomen was in Brabant, in een dorp gheheten Bladelle, opter Kempen, om aldaer een generael dachvaert te houden tot bescermenisse der landen, die alsdoen in veel plaetsen van den Noormans ende Denen verwoest ende vernielt waren, so sijnder veel heren, princen ende vorsten, geestelick ende waerlick, uut Duytslant ende Walslant totter voerseyder dachvaert ende concilie ghecomen. Daer oeck dye paeus Johan dye VIII, op die tijt te Ments opten Rijn wesende, sine legaten heeft ghesent. Onder andere heren is daer mede ghecomen dye edele heer ende graef Haghene van Cleyn Troyen, dat is van Zancten, gheleghen opten Rijn tusschen dye steden Nuijs ende Cleef, brenghende mit hem sijnre suster Machtelt, Sigisbertus' wijf, prince van Aquitanien, twee sonen. Dye outste was gheheten Walgerus, graef van Teysterbant, dat is Tiel, Bommel, Arckel, Hoesden, Altenae, Vianen, Culenburch, Bueren, Lederdam, Asperen, Hoekelom, totter Ouden Masen toe. Die jonghe soen was ghenoemt Dirck, ende en was noch niet versien ofte beghavet mit enighe landen. Mer hi was een vroem ridder, die dicwils mit sijn vader Sigisbert, hertoge in Provincien ofte Aquitanien, veel scone feyten van wapenen ende dicwils victorie vercregen hadde tegen den ongelovigen heidenen ende Saracenen, die alsdoe die landen doerliepen, ende deden groten scade ende verdriet. Ende was altijt bereyt sijn lijf te setten voer dat heylige kersten gelove, waerom dat hi oec groot was ende wel ghesien in des conincs Kaerls hof. Alsdan dese graef Hagen van Zancten, mit sinen neve, zijnre suster soen, Dirc, in deser dachvert was, heeft hij sere gearbeyt, solliciteert, ende grote instancie gedaen bi coninc Kaerl van Vrancrijc, begerende dat hi sinen neve Dirck gedachtich wilde sijn, ende begaven hem doer sine coninclicke mildicheyt mit enen plecke lants, onlancs van den Noormans ende Denen gedestrueert. Want dese Dirc sijn neve bequaem was onder tgheloef Christi te houden datgene dat van den Denen ende Noormans vernyelt was; want hij eerbaer van zeden, claer van geboerten, ende uuter cronen van Vrancrijck doir die oude Troyanen ghesproten was, starck van crachten, vroem van ghemoede, onversaecht in stride, ende een man ter wapenen in allen periculen. Dye coninc Kaerl dit horende ende tot deser bede seer geneicht wesende, gaf desen vromen prins ende ridder Dirc, hertoge

[pagina 96v]
[p. 96v]

Sigisberts soen, doer bede der legaten des paeus voernoemt ende doir supplicacie van grave Hagene van Zancten ende oem van desen Dirc, thele lant van Hollant, mit een deel van Oest-Vrieslant, totter rivier gheheten dye Lauwers, lopende tot Dockom, omdat hi mit sijnre vromicheit tlant soude vrien ende bescermen van den anloep der Denen ende Noermans, die alsdoe noch binnen der stat van Uutrecht woenden, ende deden den kerstenen veel scaden ende verdriets die in den landen woenden


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken