Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Die cronycke van Hollandt, Zeelandt ende Vrieslant, met die cronike der biscoppen van Uutrecht (Divisiekroniek) (2011)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.77 MB)

XML (3.56 MB)

tekstbestand






Editeur

Aarnoud de Hamer



Genre

non-fictie

Subgenre

kroniek
non-fictie/geschiedenis-archeologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Die cronycke van Hollandt, Zeelandt ende Vrieslant, met die cronike der biscoppen van Uutrecht (Divisiekroniek)

(2011)–Cornelius Aurelius–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Hoe dat dye Hollanders victorie hadden opter zee teghen haer vianden, daer si groot goet of creghen.
Dat XI capitel.

Ende als die coninc der princessen landen dus crachtelic bevechtende was te lande, en is hi noch niet te vreden geweest: hij en heeft den Vlamingen, Hollanders ende Zeelanders mede willen bevechten opten water, ende die landen grote scaden andoen, ende heeft vele oerloechsscepen op die zee gehouden, dien den Hollanders ende Zeelanders vele scaden deden. So hebben dan die Hollanders haer scepen oec toeghemaect, hebbende in als XXXV scepen, ende versagen hem wel van vrome mannen, die hem tsceeps verstonden, ende van als dat hem van node wesen mochte, om den vianden te wederstaen. So ist gheboert, omtrent Sinte Marien Magdalenen dach, dat omtrent X Hollantsse scepen tesamen zeylende waren, daer die principale of waren van Leyden, Haerlem ende Amstelredam. Ende siet, omtrent den sonnen onderganc sagen si comen zeylen een groot vervaerlick schip, wel versien ende toegemaect tegen allen quaden fortunen van vianden, ende was een crake, toebehorende den Genevoysen. Die Hollanders vervolchden dit schip, begerende te weten van waen si quamen ende waer si souden. Dye patroen van den scepe en woude se geen antwoert geven, ende versmade se. Doen volchden si so veel te starcker, willende weten wie hij ware, oft dat hi sijn seyl neder leyde. 'Voer wien', sprac hi, 'soude ic mijn zeyl striken?' Doen spraken si: 'Voer onse genadige princesse, vrouwe

[pagina 371v]
[p. 371v]

Marie, hertoechinne van Bourgondyen, uut wiens auctoriteyt ende name wi hier gheset sijn.' So stonden bi den patroen sommige Oesterlingen coopluden, ende dit horende seyden si totten patroen: 'Gheeft hemluden antwoert op tgene dat si vragen, of si sullen ons wredelic bevechten; want dye Hollantsche leeuwe is los geworden, ende dese als lewen sullen ons bespringen.' Mer die patroen en woudes niet doen, ende seide uut groter hoemoedicheit, verachtende die Hollanders: 'Ghi cleine, arme sceepkens, wildi mi dwingen, so versiet u van meer hulps; want ick uwen cleinen hoop niet en ontsie. Ick en kenne geen hertoechinne Marie, noch ic wil mijn zeyl voer haer niet striken.' Die Hollanders dit horende, vervolchden dese crake alle den helen nacht; ende des margens vroe bereiden si hem gelijc an beyden siden om enen strijt te vechten. Die Hollanders scoten so vreeslike op diegeen die in die maertse waren, dat si daeruut tumelden gelijken jonge crayen van den bomen, ende vielen doe alle gelijc mit groter vromicheit an dat grote schip. Ende daer wert mit allen seer gevochten, dat si ten lesten hem vromelic ende stoutelick daerin hadden, dat si binnen eenre uren dye crake machtich worden ende wonnen se. Ende terstont namen sy se alle gevangen dairbinnen wesende, ende quamen alle ghelijc mit desen crake in Zeelant an tlant; ende als die patroen in dye herberge gebrocht was, sprac hi tot allen dengenen die tbeliefde te horen: 'Ic hebbe mit mijnre vromicheit tonder gedaen ende verwonnen dat grote schip genoemt die Colonne des conincs van Francrijcs ende meer andere grote ende cleine scepen bevochten ende bestreden; mer deser strijtber vromer mannen en heb ic noyts gelijc bevonden. Mi verwondert al te seer hoe si ons verwonnen hebben. Het schinen bet te wesen helsche duvelen dan menschen; ic vermoede dat die helle gebroken is ende datter dit volc uutghecomen is, want si gheen wreetheit oft toernicheit ontsien of vresen int angaen.' Van deser victorien waren die Hollanders seer gemoet ende uutermaten rijck geworden, ende zeylden weder ter zewerts inne, ende verwonnen noch int selfde jaer wel XVIII scepen van hore vianden, ende hilden dye zee veylich van allen rovers ende dieven. Ende quamen geseylen voir Diepen, verwachtende dat die Fransse oerloechscepen uutgecomen souden hebben. Ende als si niet uut en quamen, togen die Hollanders int lant ende namen mit hem enen groten roof van beesten ende scapen ende ander goeden. Ende terwilen dat dese strijt opter zee geschiede, wert die van Haerlem gesonnen uut Spangen over zee een jonge levende leeuwe, ende die van Campen II lewen; mer die lewe tot Haerlem starf binnen IIII jaren dairna.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken