Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De hond van de hertog van Alva (1997)

Informatie terzijde

Titelpagina van De hond van de hertog van Alva
Afbeelding van De hond van de hertog van AlvaToon afbeelding van titelpagina van De hond van de hertog van Alva

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.61 MB)

XML (0.18 MB)

tekstbestand






Editeur

Yolanda Rodríguez Pérez



Genre

proza

Subgenre

roman
hertaling


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De hond van de hertog van Alva

(1997)–Guilliam de Bay–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Cipion ziet de koning en trekt met de raadsheer naar Burgos; wat hij onderweg meemaakte en hoe hij weer in Nederland kwam

cipion Zodra mijn meester afscheid had genomen van de andere raadsheren, ging hij naar het Hof om de besluitschriften af te geven. Ik liep mee, zoals het een hond betaamt, maar toen de raadsheer bij de koning kwam, bleef ik op afstand om hem te bekijken. Ik was verbaasd over de krachtige houding van deze man en het leek me dat hij waardig genoeg was om over de hele wereld te heersen. Kort na de raadsheer kwam een schipper uit Hamburg binnen om zijn recht te eisen want de Biskajers hadden zijn schip geplunderd en opgebracht. Zijne Majesteit ver-

[pagina 62]
[p. 62]

wees hem naar de Raad van Oorlog en belastte mijn heer met deze zaak. De volgende dag zei de raadsheer tegen mij: ‘Pardon, je moet met me op reis naar Biskaje, van daaruit zal ik je weer naar Nederland sturen.’ Ik was tevreden, want ik bracht er geen woord tegenin, en mijn meester (zo noem ik hem zolang ik zijn brood eet) maakte zich gereed om binnen drie dagen te vertrekken. Er waren verschillende jonge edellieden die hem wilden vergezellen, zodat er in totaal wel vijfentwintig personen meegingen.

berganza Allemaal op je meesters kosten?

cipion Voor het merendeel wel, want je weet wel dat Castilianen zuinig zijn.

berganza Als het hun eigen beurs betreft wel, maar als het op kosten van een ander gaat, overtreffen ze vele naties in royaliteit.

cipion Toen mijn meester klaarstond om te vertrekken, kwam de Hamburgse schipper (over wie ik al gesproken heb) bij hem en verzocht mijn meester zich met zijn zaak te belasten zoals Zijne Majesteit bevolen had. Dit beloofde de raadsheer te doen. Hierop ging de schipper weg, maar de page van mijn meester vroeg hem hoe hij over de koning, die hij die week gesproken had, dacht. ‘Wel, jongeman,’ zei de schipper, ‘hij is een eerbiedwaardig persoon en als hij wat spraakzamer was, zou hij wel burgemeester van Hamburg kunnen zijn.’ De page begon te lachen en zei: ‘Anda, flamenco borracho, anda, kom nou, dronken Nederlander, maak 't een beetje.’

berganza Waarom noemen wij Nederlanders altijd dronkaards en zij Spanjaarden hoerenjagers?

cipion Als Spanjaarden in herbergen en hoerenkasten komen, om een mooi meisje aan te spreken, zit daar gewoonlijk een groep bootsgezellen te drinken. In de havensteden gebeurt dit doorgaans en zo vindt het spreekwoord van ‘flamenco borracho’ en dat van de hoerachtige Spanjaarden hier zijn oorsprong. Zeg jij nu eens welk van beide het hatelijkst is.

[pagina 63]
[p. 63]

berganza Laat dat degenen beoordelen wie het aangaat, en ga door met je verhaal want het begint licht te worden.

cipion Nadat mijn meester alles geregeld had, steeg hij met al zijn volk te paard en ik volgde hem. We reisden via Valladolid, waar ik heel blij om was, want ik vond dat het bezoeken van vreemde plaatsen in veel gevallen nuttig was en deugd bevorderend.

berganza Zeg liever ondeugd bevorderend, want degene die het merendeel van zijn tijd in het buitenland doorbrengt, maakt zich de gebreken van de vreemdelingen eigen.

cipion Dat is maar bakerpraat. De deugd, God en de hemel, zijn overal gelijk, en geen land noch gewest brengt een andere deugd of ondeugd voort dan die welke eenieder in zijn eigen hart opkweekt of uitroeit. Men verwerft wijsheid en bescheidenheid het best door rond te reizen en door de zeden van veel mensen te aanschouwen. Laten we onze Spanjaarden als voorbeeld nemen. Wanneer ze een reis gemaakt hebben, zijn het de bezadigdste lieden van de wereld, maar degenen die nooit bij moeders pappot vandaan komen, blijven bijna allemaal botteriken, vooral in plaatsen waar niet veel vreemdelingen komen.

berganza Daar zit wel wat in, maar ik wil graag horen hoe je reis afliep.

cipion We bereikten de eerste avond een dorp genaamd El Escorial, waar dat fantastische klooster van Sint-Laurentius gebouwd werd, wat we met veel plezier bekeken. 's Morgens vroeg gingen ze weer te paard, maar we waren nauwelijks twee mijl verder of we kwamen in een bos waar we door twaalf struikrovers omsingeld werden, die het gezelschap te lijf gingen voordat iemand zijn geweer kon grijpen.

berganza Twaalf? Wat konden die uitrichten tegen zo een grote groep als die van jullie?

cipion Ook al was onze groep twee keer zo groot geweest, dan nog hadden zij niet afgezien van hun overval, want iedere dief had een geladen karabijn op zijn rug hangen en twee lange

[pagina 64]
[p. 64]

pistolen voorop zijn zadel, twee korte pistolen aan zijn riem, en vaak nog twee zakpistolen in zijn zak. Ze reden bovendien op de dapperste paarden uit Andalusië. Zodra ze het bos uit waren, riep een van de rovers: ‘Blijf staan en stijg af, of we schieten.’ Dit zeggende hielden de boeven hun karabijn in de aanslag. Iedereen schrok meteen zo erg dat niemand zich te weer durfde te stellen, want de rovers stonden al gereed om te vuren. Twee van hen kwamen dichterbij en lieten mijn meester (die hun de meest aanzienlijke leek) van zijn paard afstappen, en leidden eerst hem en daarna alle anderen naar het bos. Zij bonden hen vast aan bomen en beroofden hen van al hun goud en zilver.

berganza Wat voor volk was dat, waren het soms zigeuners, die dat vaak doen?

cipion Ze waren allemaal vermomd en droegen vreemde kleding, maar geduldig even. Toen ze al het geld en de juwelen geroofd hadden, zei de ene: ‘We laten u uw kleding en uw paarden houden, hervat uw reis en zorg ervoor dat de lege tassen op uw terugreis beter gevuld zijn. We zullen een van u losmaken, opdat hij hetzelfde met de rest kan doen, maar hij mag er pas aan beginnen nadat wij uit het zicht zijn, of het zal u allemaal het leven kosten.’ Hierop bestegen ze hun paarden en keken zo af en toe om, om te zien of de losgelatene hun bevel opvolgde, wat hij wel degelijk deed. Toen ik zag dat ze zo met de buit wegreden, wilde ik graag weten waar ze naartoe gingen en ook wat voor mensen het waren. Daarom volgde ik hen totdat ze in een dal gingen zitten om de buit te verdelen. Ik liep kwispelstaartend naar hen toe, alsof ik een vreemde hond was die nergens van af wist. Ik ging zitten en toen ze hun maskers afdeden, zag ik dat het een paar kale ridders uit Madrid waren, die, om zich als edelen aan het Hof staande te houden, dergelijke aanslagen pleegden. Ondertussen geeft men de schuld aan de zigeuners.

berganza Lieg niet, Cipion.

cipion Wat ik zeg is waar, en wat men hoort en ziet moet men geloven. Terwijl ik bij hen zat, zag ik dat ze tussen de ove-

[pagina 65]
[p. 65]

rige buit een zakje met juwelen, dat aan mijn baas toebehoorde, op het gras neerlegden. Ik besloot om ernaar toe te springen, wat ik ook deed, en wel zo goed dat ik het tussen mijn tanden kon pakken en ermee vandoor ging.

berganza Werd je niet achtervolgd, Cipion?

cipion Nee, Berganza, er werden alleen maar een paar haastige schoten gelost, waarna ze vertrokken, om niet door de een of ander gezien te worden. Ik ontsprong de dans dus en keerde terug bij mijn meester die met zijn makkers alweer te paard zat. Zodra hij het zakje zag, herkende hij het onmiddellijk en was blij dat hij het weer had. Wel dacht men dat de rovers het onderweg hadden laten vallen en dat ik het gevonden had. Ik had graag de waarheid willen vertellen, maar ik miste de gave van de spraak, zodat het gebeurde als niet meer dan een toevalligheid beschouwd werd, zoals de meeste dingen die zonder getuige gebeuren.

berganza Maar, Cipion, hoe kwam het dat je wist dat de rovers kale ridders waren? Had je hun geld dan geteld of hun rekeningen opgemaakt?

cipion Natuurlijk kende ik hen. Het was dat arme stelletje dat vaak naar de pasteibakker kwam, om hun hele kapitaal aan een stuiverspasteitje te besteden. Daarover heb ik je verteld.

berganza Mijn hemel, wat zal dat gestolen geld in de pasteibakkerswinkel gerinkeld hebben, nadat ze weer in Madrid waren.

cipion Niet weinig, al heeft die er het minste van gekregen. Maar om kort te gaan, weet dat we de volgende dag in Valladolid aankwamen waar mijn baas, die overal bekend was, weer geld kreeg, zodat we verder naar Burgos reisden en van daar tot Pancorvo, waar ik al in de gedaante van een weerwolf in de mirakelkerk hing. Toen mijn baas, die heel vroom was, naar de kerk ging om de mis bij te wonen, zag hij het schilderij onmiddellijk en vroeg aan de koster wat voor verhaal het voorstelde. De koster vertelde hem dit met zoveel leugens en uitweidingen,

[pagina 66]
[p. 66]

dat ieder ander dan ik gedwongen zou zijn geweest het zonder tegenspraak te geloven. Vanhier haastten we ons weg naar Biskaje en kwamen tenslotte in Bilbao aan, waar mijn meester zijn zaken regelde. De volgende dag stuurde hij mij met brieven naar de hertog, zodat ik opnieuw naar Nederland vertrok en juist in Brussel aankwam, toen Alva zware belastingen had opgeëist. Zodra ik bij hem was, vertelde hij rond dat er ‘pardon’ van de koning gekomen was, maar niemand vertrouwde het, mogelijk omdat men er lucht van had gekregen dat er geen ander pardon dan mijn eerwaardige figuur van het Hof gekomen was. Ondertussen wilde mijn meester met zijn belastingen doorgaan, maar de inwoners van Brussel pleegden fel verzet. Zij sloten hun winkels en wilden geen voedingswaren meer verkopen, zodat ik mij wel duizendmaal liever bij de pasteibakker van Madrid wenste. Maar deze schrale tijd duurde niet lang, want er kwam het nieuws dat de watergeuzen Den Briel ingenomen hadden, waardoor Alva bijna instortte. Maar niet zo erg of hij vatte nieuwe moed en trok met zijn leger naar Bergen in Henegouwen. De Prins probeerde de hertog tot een veldslag te verleiden, maar Alva, die een ervaren krijgsman was, verliet zijn stellingen niet, zodat de Prins moest vertrekken en Alva de stad in handen kreeg. Vandaar gingen we naar Mechelen, dat Alva ook innam, maar de moorden en gruweldaden die er werden bedreven waren des te verschrikkelijker. Waarachtig, Berganza, deze wreedheden maakten dat ik een afkeer van mijn meester kreeg, omdat ik zag dat hij geestelijk en wereldlijk, rooms en onrooms, allemaal over één kam schoor. Ik zocht naar een gelegenheid om van hem af te komen, maar er kwam iets tussen. Ik werd met een brief naar Alva's zoon Don Frederik gezonden, die voor Zutphen lag.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • 't Leven en bedrijf van Duc D'Albas hondt; en 't Pirinesche tooverhol


auteurs

  • Yolanda Rodríguez Pérez


plaatsen

  • Zutphen

  • Naarden

  • Haarlem


landen

  • Spanje