Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten. Deel 3 (1905)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten. Deel 3
Afbeelding van Gedichten. Deel 3Toon afbeelding van titelpagina van Gedichten. Deel 3

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.47 MB)

Scans (27.46 MB)

ebook (3.41 MB)

XML (0.91 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten. Deel 3

(1905)–Nicolaas Beets–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Twee wrakken.
(Naar Hermann Ling).

 
In 't hoogste Noorden ligt een schip
 
in d' opgestapeld ijsberg vast;
 
De manschap slaapt op 't open dek,
 
de sneeuw ligt om haar hoofd getast;
 
Hoe gillend ook de Noordwind fluit,
 
de zeilen hangen stijf en strak;
 
Geen touw beweegt, geen mastspriet kraakt,
 
en 't roerloos roer geeft kreun noch krak.
 
 
 
Maar 't Noorderlicht verlicht den nacht
 
en wemelt over 't wit tooneel;
 
Het ledig ooghol gloeit als vuur,
 
de marm'ren wang wordt rood en geel;
 
In 't zeildoek komen bloemen op,
 
kristallen bloemen, koud en kil.
 
Zoo reuzig groot, zoo spokig vreemd,
 
zoo onheilspellend doodsch en stil.
 
 
 
Van 's ijsbergs donkre toppen zien
 
geduchte schaduws dreigend neer,
 
Als kwam des Voortijds monsterdracht
 
uit zijn versteende wereld weer;
 
En vaak, of onder 't wicht van sneeuw
 
de kracht des vuurs 't geduld verloor,
 
Rolt daar een zware donderslag,
 
en splijt den ijsklomp midden door. -
 
 
 
En in de Zuidzee ligt een schip,
 
in hartontzettende eenzaamheid,
 
In 't blauw en windstil watervlak,
 
als in een open graf, geleid;
 
Met lijken is het boord bemand;
 
die zien zoo hol en uitgebrand,
 
Als hadden hare mummiën
 
de pyramieden hier verplant.
[pagina 201]
[p. 201]
 
De zandplaat werd een vuil moeras,
 
en uit den drassen bodem schiet
 
Een weeldrig plantenrijk omhoog
 
van zeewier, schimmel, mos en riet.
 
Vermolmend ligt het vaartuig daar;
 
uit ieder spleet en lekgat wast
 
Een geile groene stengel op
 
en rankt en slingert naar den mast.
 
 
 
Onkenbaar is der dooden hoofd
 
verward in blad en klemmertak,
 
En bloemen bloeien uit hun mond,
 
als of die 't woord des levens sprak;
 
Het lange schelfblad wuift voor vlag
 
en, waar het scheepslicht heeft gebrand,
 
Vliegt 's nachts een groene glimworm op
 
en flonkert als een diamant.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken