Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten. Deel 3 (1905)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten. Deel 3
Afbeelding van Gedichten. Deel 3Toon afbeelding van titelpagina van Gedichten. Deel 3

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.47 MB)

Scans (27.46 MB)

ebook (3.41 MB)

XML (0.91 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten. Deel 3

(1905)–Nicolaas Beets–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 214]
[p. 214]

Nog een driekoningen-lied.

 
Driekoningendag is weder daar,
 
En doet ons dankbaar juichen,
 
Met Melchior, Casper, en Balthasaar,
 
De knieën voor Jezus buigen.
 
Maar nog een andre vreugd dan die
 
Verheft onze harten en buigt onze knie,
 
En doet, met blijde klanken,
 
Ons God-almachtig danken.
 
 
 
Een ster van vreugde verlicht dit huis,
 
Een ster met hemelsche stralen;
 
Daar mag, voor het harde weeuwenaarskruis,
 
De vruchtbare bloeitak weer pralen.
 
Daar zit, met een rozen- en leliënkroon,
 
De liefste vrouw op den moedertroon,
 
En ziet zoo zacht en teeder
 
Op man en kindren neder.
 
 
 
Twee kleintjes heeft zij op haar schoot,
 
De zoetste kusjes haar gevende;
 
De een is Paus Adriaans naamgenoot,
 
Kleine Adriaan de Zevende.
 
Hij noemt zijn moeders naam alreê,
 
Daar doet hij krachten en wonderen meê;
 
Wij allen, zonder pruilen,
 
Wij kussen zijn kleine muilen.
 
 
 
Het andre draagt den liefsten naam,
 
Die ooit in onze ooren kon stijgen;
 
Maar is tot nog toe niet bekwaam
 
Dan om de borst te krijgen.
 
Wat zeg ik? Neen! het wichtje lacht
 
Zoo hartlijk vroolijk, zoo vriendelijk zacht,
 
Als of het waarlijk zeide:
 
‘Ik ben de kleine Aleide.’
 
 
 
Dit is haar eigen vleesch en bloed;
 
God zeegne die teedere bloemen!
 
Maar nu komt nog een heele stoet,
 
Die ook haar moeder’ mag noemen.
 
Theodorik en Krelisvaâr,
 
Marietjen en Koosje, paar aan paar
 
Met Netjen en Angenietje,
 
Die zingen te zamen dit liedje;
 
 
 
Dit liedje, door den vader gedicht,
 
Maar uit hun hart geschreven:
 
‘O Moeder! heb dank voor het vroolijke licht,
[pagina 215]
[p. 215]
 
Dat gij spreidt op het pad van ons leven.
 
Gij zijt een wending in ons lot,
 
Een gave des hemels, een zegen van God;
 
Wij minnen u elk om 't zeerste;
 
Ook zijt gij ons dierbaar, als de eerste.
 
 
 
Wij zeegnen u met een kinderhart,
 
Wij zeegnen u en bidden:
 
Geen onzer verwekke u een oogenblik smart;
 
O Blijf toch altijd in ons midden!
 
Lief Moedertje, bewaar nog lang
 
Dien helderen opslag, die blozende wang;
 
God krone u voor onze oogen
 
Met al wat uw vreugd kan verhoogen!’
 
 
 
* * *
 
 
 
Mijn kindren! door uw klanken heen,
 
Heb ik een stem vernomen,
 
Een welbekende, die mij scheen
 
Uit hooger sfeer te komen;
 
Een stem zoo roerend zacht en schoon,
 
Die instemde in uw vreugdetoon,
 
Die meedeed in de beden
 
Van dit gezegend heden.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken