Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten. Nog eens winterloof en Dennenaalden (1904)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten. Nog eens winterloof en Dennenaalden
Afbeelding van Gedichten. Nog eens winterloof en DennenaaldenToon afbeelding van titelpagina van Gedichten. Nog eens winterloof en Dennenaalden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.81 MB)

ebook (3.21 MB)

XML (0.40 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten. Nog eens winterloof en Dennenaalden

(1904)–Nicolaas Beets–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 16]
[p. 16]

Sineesche wijsheid.

I.

 
In d' omgang met voorname mannen,
 
Hoe zacht, hoe vriendlijk uw gelaat!
 
Hoe ver blijft van uw ziel gebannen
 
Al wat onteert, al wat misstaat.
 
Houd ook in 't eenzaam, stil vertrek,
 
Uw ziel zoo rein en zonder vlek!
 
 
 
Zeg niet ‘'k word door geen mensch vernomen;
 
Dees plaats is heimlijk’. - Wacht u zeer
 
En vrees. De geesten kunnen komen,
 
En niemand weet vooraf wanneer.
 
Weet altijd, waar gij gaat of staat,
 
Als of hun oog u gadeslaat.

II.

 
Eerbiedig heb ik mijne schreden
 
Naar 't effen pad des plichts gewend;
 
Des Hemels wil is mij bekend;
 
Maar zwaar, van d' aanvang tot het end
 
Zijn gunst te hechten aan mijn treden.
 
 
 
Laat ik niet zeggen bij mij zelven:
 
‘De Hemel is zoo ver en hoog;
 
Hij heeft voor 's menschen doen geen oog!’
 
Want uit die hooge stargewelven,
 
Steeds om ons wentlende in hun kring,
 
Beschouwt hij ieder sterveling,
 
En velt een vonnis Zijner waardig
 
Op wat niet trouw is, niet rechtvaardig.
[pagina 17]
[p. 17]

III.

 
Hoe groot is God, de rechter onzer daden.
 
Ontzaglijk, met verschrikkingen bekleed,
 
Schijnt ons zijn doen een strakheid te verraden,
 
Waarvan de ziel ontzet terugge treedt.
 
Maar de aard, den mensch door 's Hemels wil gegeven,
 
Staat van 't begin bloot aan verandering;
 
Elk hart is goed en trouw in 't kinderleven,
 
Maar tijd en lot verkeert den sterveling.
 
 
 
Sji.

IV.

 
[Berouw is de Oogst der dwaze vreugden,]
 
Berouw, de Lente van de deugden.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken