Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Briefwisseling en aantekeningen. Deel 2 (1976)

Informatie terzijde

Titelpagina van Briefwisseling en aantekeningen. Deel 2
Afbeelding van Briefwisseling en aantekeningen. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Briefwisseling en aantekeningen. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.58 MB)

XML (1.75 MB)

tekstbestand






Editeurs

P. Geyl

Geerten Gossaert



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/brieven


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Briefwisseling en aantekeningen. Deel 2

(1976)–Willem Bentinck–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 139]
[p. 139]

414
A.C. van BarneveldGa naar voetnoot1) aan Willem Bentinck

[B.M., Eg. 1745]

Den Haag, 30 augustus 1748

Het heeft mijn gemist U.Hg. te kunnen aen treffen om te betuygen hoe opregt ik beoog een getrouw dienaer van S.H. en U.Hg. te sijn. Ik ben verpligt U.Hg. te communiceeren den toestand van saeken in onse stadGa naar voetnoot2), waervan ik aen S.H. en soo mede aen den heer griffier De Back kennisse hebbe gegeven.

Heden mijn wat onpasselijk bevindende soo verstoute mij U.Hg., omdat ik mijn retour verhaeste sal, te melden dat S.H. mijn gelast heeft de jagt over den landen van ArkelGa naar voetnoot3), die bij stadhouderlijke regeering bij niemand dan bij order van S.H. geëxerceert is, bij provisie te verbieden voor de geheele maand september, omdat ik in die tussetijd moet comen bij S.H. om naerdere orderen. Ik hebbe hoop aen S.Hs. welbehaegen, soo met relatie van de regeering, de borgerij en de militie - welke laesten niet over mijn, maer over eenigge leden van de regering en soo weder die heeren over te wijnig aen haer beweesenne eer klaegen - te hebben voldaen, soo mede over mijnen derectie in het besorgen van dat noodig waer, met relatie tot den dijkasien. Vergeeft mijn, dat bij dese mijn toegang tot U.Hg. neeme en vertrouwt, dat U.Hg. sal ondervinde, dat ik niets sal doen en geen vreese voor mijn persoon tot verantwoordinge hebbe, als waer aen soo veele schuldig sijn, die nuw met een benauwt hart moete leve.

Den post, waer in S.H. mijn heeft gestelt, is van allen ouden tijden benijt en beknibbelt, over S.H. in Gorinchem te representeeren, die hooge orderens te volbrengen, sal sijn en blijven vooral als nuw in den beginnen, bij die haer hoog gesag en voordeel missend, het sij bij haer wettig en onwettig genoten, een saek, om tegen mijn op te soeken en te doen wat haer mogelijk is.

[pagina 140]
[p. 140]

Ik ben gerust en sal mijnne defentie overlaeten niet alleen aen gemeen soort, maer aen de brave borgerij in onse stad en soo sal de melitie, die bovenal nuteraal is, veele gepasseerde en ongerepasseerde regemente en voorts die in onse stad gelegen hebben en alsnog garnisoen houden, wel willen getuijgen alle hulpe genoten te hebben en wel soo, dat ik onder die benaeming bekent ben, van bij alle moderatie regt te soeke en te doen. H.E.H. geeft tijd en laet ik ondervinden, dat van mijn gesegt kan wesen, in plaetze van naedeel, voordeeligge werktuijgen mogen sijn.

Ik ben gerust in mijn selven, laet mijn persoon bij U.Hg. blijven onder eene exacte informatie. Vergunt mijn dat mijn persoon, huijs en vermogen tot U.Hg. gebruijk - tot Gorinchem komende - mag sijn en daer over te disponneeren. U.Hg. is aldaer bij een cort verblijff van wijnnig uuren gepasseerd, dat ik te laet hebbe geweten om te kunnen toone, waertoe ik verpligt ben. Ik hebbe hoop dat U.Hg. meer genoegen en gemack in mijn huijs, dan in de stads doelen soude vinden, gun mijn dan Hg.H., dat ik vereerd en geluckig mag sijn om aen U.Hg. beveelen te voldoen.

voetnoot1)
In de oorspronkelijke ondertekening staan duidelijk de voorletters A.C. Scheffer, p. 31 vermeldt wel een Adrianus van Barneveld, geboren in 1697, maar geen A.C. van Barneveld. Over Adrianus is verder niets bekend.

voetnoot2)
Zie over deze toestand Ned.Jb. 1748, p. 723 vlg.
voetnoot3)
Hij was tevens dijkgraaf van het land van Arkel.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • Briefwisseling en aantekeningen


auteurs

  • Geerten Gossaert

  • P. Geyl

  • over Frederik Hendrik van Wassenaer

  • over Charles J. Bentinck

  • over Hendr. Fagel

  • over A.A. Iddekinge

  • over Charles J. Bentinck


landen

  • over Groot-BrittanniĆ« (en Noord-Ierland)


Over dit hoofdstuk/artikel

datums

  • 30 augustus 1748