Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Te midden der kampioenen (1942)

Informatie terzijde

Titelpagina van Te midden der kampioenen
Afbeelding van Te midden der kampioenenToon afbeelding van titelpagina van Te midden der kampioenen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.99 MB)

XML (0.56 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/sport


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Te midden der kampioenen

(1942)–Joris van den Bergh–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Moeskops en de sprint


Vorige Volgende
[pagina 205]
[p. 205]

Blijde thuiskomst.

Zij gingen naar Holland, Moeskops en Bossi.

En den volgenden dag ging ik naar Turijn, waar de Wereldkampioenschappen met motorgangmaking werden verreden.

Ik dacht aan Holland, aan Den Haag, waar Moeskops nu werd ingehaald, waar muziek hem met fanfares ontving, waar duizenden en duizenden zich voor het station hadden verzameld en hem met een ontroerend huldigend enthousiasme ontvingen. Une entrée triomphale, een zegetocht, bloemen, kransen, toespraken, donderende hoera's, en straat aan straat langs een haag van jubelende menschen.

Het speet mij, dat ik dàt moest missen.

Wat zou die Bossi opkijken, wanneer hij die koele Hollanders op zulk een treffende wijze hun zegevierenden landgenoot zag eeren.

 

Vier dagen later zit ik in het hotel te Turijn in de stille schrijfzaal. Ik maak ‘copy’ en als ik zit te piekeren over den laatsten regel, die het geheel behoorlijk moet afsluiten, hoor ik in de hall, in de stilte van den nacht, Hollandsch praten.

Ik hoor mijn taal. En ik hoor een bekende stem, de stem van den perscommissaris van de Rijswijksche Wielerbaan. Hij is in gezelschap van nog twee Hollanders, twee Westlanders, en zij zijn zoo juist uit Holland aangekomen. Zij zijn gekomen voor het Wereldkampioenschap achter den motor en natuurlijk óók om een stukje van Italië te zien.

Onder de begroeting door heb ik den slotregel gevonden en als ik mijn brief heb gesloten en aan den chasseur ter hand gesteld, zullen wij een gezelligen boom opzetten.

Een van de Westlanders biedt mij een fijne Hollandsche feestsigaar aan en dan liggen we achterover in zalige clubfauteuils.

‘Wat 'n toestand!’ zegt onze kennis van de Rijswijksche baan.

‘Toestand?’ vraag ik, genotvol aan mijn sigaar trekkend.

‘Ja! Weet u het dan niet?’

‘Wat moet ik weten?’ vraag ik onverschillig.

‘Van Moeskops?’

‘Wat van Moeskops?’

‘Dat hij is ingehaald met stokslagen door dat vlagincident.’

‘Door wat?’ vraag ik, nu recht in mijn stoel zittend.

‘Door het vlagincident! ...’

Ik spring op en kijk de Hollanders verbaasd aan.

[pagina 206]
[p. 206]

‘Weet u dan niet, dat Moeskops te Milaan de Nederlandsche vlag heeft beleedigd? Heeft u er dan niets van gezien?’

‘Zijn ze krankzinnig!’ riep ik uit.

Maar dan ineens kalm, vraag ik, of ze mij nu eens rustig willen vertellen, wat er precies gebeurd is.

‘Wel, er is een gelegenheidscorrespondent geweest, een bestuurslid van den Nederlandschen Wieler Bond, en die heeft aan een groote courant een telegram gezonden, dat Moeskops Zaterdagavond bij het défilé de Nederlandsche vlag bespottelijk had gemaakt. Hij had een vuilen handdoek aan onze vlag gebonden en daarmede rond gereden. Ten aanschouwe van tienduizenden vreemdelingen had hij onze vlag beleedigd ...’

‘Zijn ze krankzinnig!’ riep ik andermaal uit. ‘Hier!’ - en ik loop de leeszaal in - ‘hier!’ schreeuw ik, ‘heb je de buitenlandsche bladen, Fransche, Belgische, Engelsche, Duitsche, ik heb ze daarnet ingezien en ik vraag je of daar ook maar één blad onder is, dat er ook maar met één woord van rept. Hier heb je l'Echo des Sports, bepaald vijandig aan Moeskops gezind en ik vraag je, zou dat blad de gelegenheid niet hebben aangegrepen om hem te striemen als hij de vlag van zijn eigen land in den vreemde beleedigde. Ik verklaar hier bij alles wat me lief is, dat als Moeskops de Hollandsche vlag beleedigd had, ik hem gevonnist zou hebben, niet in een prutstelegram, maar in een, door getuigenissen van tal van officieele personen bekrachtigd artikel.

Waarom heeft de afzender van dat telegram er geen verklaring, geen getuigenis van officieele personen bij gegeven? Er waren er toch genoeg. Ook Hollandsche. Dat kon hij niet, omdat er geen vlagincident heeft plaats gehad. En doordat het niet heeft plaats gehad, daardoor vind je ook geen woord hier! in al deze buitenlandsche bladen.’

Ik wind me op. Maar ik herstel me en laat hen verder vertellen.

Toen Moeskops Rotterdam naderde, had hij tot Bossi gezegd: ‘Nog één station en dan zal je eens zien, hoe enthousiast ook de Hollanders iemand kunnen ontvangen. Dat is voor jou, als Italiaan, wel eens aardig om te zien.’

Maar daar te Rotterdam, was vader Moeskops met 'n belabberd gezicht den coupé binnen gekomen en had zuchtend gevraagd wat er toch aan de hand was geweest. En toen was het verhaal van het telegram los gekomen.

Moeskops vertelde het aan Bossi en de Italiaan had naar zijn kersepit gewezen.

De oude Moeskops had al lang begrepen, dat er vervalsching in het spel was, maar hij was Piet tegemoet gereisd om hem voor te bereiden op een geweldige keet.

Een deel van het publiek, dat er niet in geloofd had, had gejuicht toen hij aankwam, doch de groote hoop had gefloten en

[pagina 207]
[p. 207]

gejoeld. Met stokken vloog het op den wereldkampioen aan, bereden politie had met getrokken sabel een charge moeten maken en onder bescherming van de politie was Moeskops in een auto langs een omweg in veiligheid gebracht.

Heel Holland verkeerde in opwinding. De burgemeester van Den Haag en andere leden hadden zich uit het Eere-comité teruggetrokken en den volgenden dag hadden de bladen vol verontwaardigde artikelen gestaan.

 

Zie zoo! Nu wist ik het tenminste.

Maar toen moesten ze mij een oogenblik met rust laten, want ik moest even de zaak recht zetten. Ik zou hen straks laten lezen, wat ik geschreven had.

En toen gaf ik de N.R.Crt. de uiteenzetting van het geval, zooals ik die in het vorige hoofdstuk heb gegeven en toonde ik aan, dat onze vlag niet beleedigd kòn zijn. Ik verwees naar de buitenlandsche bladen; ik vestigde er de aandacht op, dat naast mij aan de perstafel de vice-consul van Nederland had gezeten en dat deze het vlagincident toch zeker zou hebben gerapporteerd; ik vestigde er de aandacht op, dat er een Nederlandsche burgemeester - de voorzitter van den N.W.B. - aanwezig was en deze man Zaterdagavond Moeskops na het défilé, bij zijn ritten had aangemoedigd en toegesproken, hetgeen hij toch zeker niet zou hebben gedaan als Moeskops even te voren de Nederlandsche vlag bespottelijk zou hebben gemaakt; ik vestigde er voorts de aandacht op, dat den volgenden dag de consul van Nederland, Dr. de Visser, Moeskops had gecomplimenteerd, hetgeen hij toch stellig geen vlagschenner gedaan zou hebben, en dat hij hem ook aan den militairen gouverneur van Lombardye had voorgesteld, terwijl hij dezen toch zeker niet een bezoedelaar van eigen vlag de hand zou laten drukken en ten leste wees ik er op, dat Moeskops Zondag met de Hollandsche vlag boven het hoofd zwaaiend, zijn eere-ronde had gereden, waarbij toch geen sprake kon zijn geweest van bonne mine à mauvais jeu, want dat hij Zondag toch moeilijk kon weten, wat iemand hem Maandag in Holland in zijn schoenen zou schuiven.

 

Het was mij te doen om Moeskops van den blaam van onze vlag te hebben beleedigd, te zuiveren. En ik slaagde daarin volkomen. Ten bewijze daarvan haal ik de verklaring aan, welke ik den afzender van het telegram heb ontwrongen en welke in de N.R.Crt. werd gepubliceerd.

De afzender van het telegram schreef:

‘Ik stel er, teneinde alle verdere valsche critiek te voorkomen, hoogen prijs op, te verklaren - en hierin sta ik geheel aan de zijde van uw correspondent en allen, die in Milaan tegenwoordig

[pagina 208]
[p. 208]

waren - dat er geen vlag-incident is geweest en dat Moeskops absoluut niet de bedoeling heeft gehad, iets van dien aard uit te lokken, er zelfs niet aan zal hebben gedacht. Er heeft alleen en uitsluitend plaats gevonden een incident tusschen den renner en den officieelen vertegenwoordiger van den N.W.B., tevens wedstrijd-commissaris.’

 

En de burgemeester van den Haag, Mr. J. Patijn, die zich had laten voorlichten en van de rehabilitatie had kennis genomen, bood Moeskops, bij schrijven van 11 Augustus 1926, No. 602, zijn ‘welgemeende gelukwenschen aan’.

‘Zonder jou te Milaan,’ zegt Moeskops dan, ‘was ik als een vod voor mijn volk blijven liggen, want hij laat 14 dagen lang dat vlag-incident op mij zitten en herroept het pas als jij voor den dag komt.’

[pagina t.o. 208]
[p. t.o. 208]


illustratie
Het standbeeld hetwelk de Italiaansche beeldhouwer Ezio Roscitano, in Februari 1929, van Moeskops heeft gemaakt. Dit monument, hetwelk op den Salon voor Schoone Kunsten te Parijs (April 1929) werd geëxposeerd, trok zeer de aandacht. Het is ontworpen tweemaal levensgroot. Over de proportie's hadden tusschen Moeskops en den beeldhouwer telkenmale gedachtenwisselingen plaats. Moeskops zei: U maakt het te zwaar, vooral de beenen. En de beeldhouwer antwoordde: ik wil er op hevige wijze de kracht in uitdrukken. De bedoeling van den kunstenaar is nummer één. En vergeet niet, zoo'n beeld komt ook hoog te staan, op een voetstuk, dan zie je het anders dan gelijkvloersch.



Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken