Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De bellenblazer (1931)

Informatie terzijde

Titelpagina van De bellenblazer
Afbeelding van De bellenblazerToon afbeelding van titelpagina van De bellenblazer

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.99 MB)

Scans (1.78 MB)

ebook (3.66 MB)

XML (0.07 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De bellenblazer

(1931)–Martien Beversluis–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 87]
[p. 87]

Moeder voor 't raam

 
Ik zag je eenmaal voor mij staan
 
in de schemering.
 
Door 't raam zag ik het dorp besneeuwd
 
in een wemeling.
 
Je blank gezicht, je witte haar
 
(als de sneeuw zou duren)
 
Ik heb je nooit zoo lief gehad
 
moeder, als in die ure.
 
 
 
Je handen stil voor je oude schoot,
 
je zachte handen.
 
Nog voelt mijn hoofd het lief geduld,
 
dier warme wanden.
 
Nog is het lied voor slapen gaan
 
niet tusschen ons volzongen.
 
En tot ik oud ben lacht je stem
 
‘mijn jongen’.
 
 
 
Daar, naast ons huis, in 't klein plantsoen,
 
in de sneeuw verloren,
 
staat de verlaten, leege kerk
 
en de kloeke toren.
 
Om jouw geloof, o moeder is
 
ook dit weer levend,
 
dat ik Gods stem weer hooren kan
 
en de klokken bevend.
 
 
 
Daar strijkt (ach.... jij, die verre bent
 
aan al dat vreemde,
 
jij die het zag als sneeuw die ijl
 
je raam omzweemde)
[pagina 88]
[p. 88]
 
daar strijkt een wilde tocht voorbij
 
door het diepe leven.
 
Ik ben er in gezworven en er
 
mee heen gedreven.
 
 
 
Jij, die van zorg en geven bent
 
de onverzade,
 
jij, die mij streelende ontkent
 
mijn drift ten kwade;
 
hoe heb ik aan jouw hart geklaagd,
 
wild van gedachte....
 
En zwijgend ben je langs gegaan -
 
maar je oogen lachtten.
 
 
 
Ik zie je, moeder, voor mij staan
 
in de schemering.
 
Je witte haar voor de laatste
 
sneeuwwitte wemeling.
 
Straks is dit huis en de weg hierheen
 
naar je hart verloren.
 
Maar ik zal zingen in jouw naam
 
en de roep des torens.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken