Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het groot bescheurboek (1986)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het groot bescheurboek
Afbeelding van Het groot bescheurboekToon afbeelding van titelpagina van Het groot bescheurboek

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (26.51 MB)

Scans (62.65 MB)

ebook (28.88 MB)

XML (1.51 MB)

tekstbestand






Genre

proza
non-fictie

Subgenre

non-fictie/geschiedenis/tijdsbeeld(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het groot bescheurboek

(1986)–Wim de Bie, Kees van Kooten–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Een bloemlezing van de tussen 1973 en 1986 verschenen Bescheurkalenders


Vorige Volgende
[pagina 239]
[p. 239]

De Zaak Van Der Laak

Mijn naam is Cor van der Laak en wel hierom dat ik de minister van Volksgezondheid hedenmorgen per aangetekende brief voor de laatste paar maal heb gewaarschuwd: er dient nu zo snel mogelijk een huis aan huis te verspreiden vouwblad te worden gedrukt (de concept-tekst heb ik reeds gereed) met regels voor de bestrijding van Déjà-Vu, want mede door zienderogen stijgend alchohol - en druggebruik komt de Déjà-Vu steeds vaker voor!

De gevaren van het verschijnsel Déjà-Vu (vaak, ten onrechte, Fausse Réconnaissance genoemd) zijn vooral van medies-psychologiese zijde altijd schromelijk onderschat: tegen andere onvoorziene lichamelijke gebeurtenissen, ik noem u het Boertje, de Nies, de Wind en de Hik, weet zelfs de volksmond tientallen huismiddeltjes te noemen, maar gevraagd naar een snelwerkend en doeltreffend middel tegen Déjà-Vu staan ook de knapste koppen met de mond vol valse tanden. Figuurlijk natuurlijk, want in de praktijk neemt men van gene zijde niet eens de moeite mij terug te schrijven! Daarom hier eerst maar weer eens uitgelegd wat Déjà-Vu eigenlijk is.

Het fenomeen Déjà-Vu is, voor wie het overkomt, het verrassende verschijnsel dat het plotseling lijkt alsof de hele situatie waarin men zich bevindt tot in alle détails op precies dezelfde wijze reeds een keer eerder werd gezien en doorleefd. Van die dingen ja, duidelijk? Het Déjà-Vu is al heel oud, wat moge blijken uit Boek Dertien van de Odyssee (alleen nog maar de Boeken 17 tot en met 24, dan heb ik de Vlaamse vertaling rond) waar Homerus zijn held Odysseus tegen Pallas Athene laat zeggen:
Nu bid ik u in de naam van de vader,
want ik kàn niet geloven dat ik in het verweg-zichtbare Ithaka ben,
maar ik moet weer ronddolen in een verkeerd land!
Gij klapt dit alles maar, denk ik, plagenderwijs,
om mijn geest om te leiden.

O spreek mij de juiste tong toe:
kom ik hier mijzelf weerom tegen in mijn dierbare vaderland weder terug, ik?

Het zal u uit mijn metries volmaakte vertaling duidelijk zijn: met deze gevederde woorden beschrijft Homerus een Déjà-Vu zoals dit de ‘Maertens-snelle Odysseus’ overkomt: onze boogbekwame held heeft het gevoel ‘dit al eens eerder beleefd te hebben’ en dat is precies waar het bij het Déjà-Vu om draait!

Wonderlijk overigens dat uitgerekend de blinde Homerus voor het eerst literair verslag doet van het Reeds Gezien-verschijnsel (Alhoewel: ik ben nu halverwege mijn onderzoek maar ik kan reeds aannemen dat de Grote Griek zich meestentijds blind hield, teneinde onverdachte, intieme blikken op de badende atheense jongelingen te kunnen werpen wanneer hij zogenaamd te dichten zat, maar dit terzijde). Om kort te gaan: u zit, staat, ligt of loopt ergens en u heeft plotseling het gevoel dat u dit al eens eerder heeft beleefd. Dit gevoel kan wisselend van duur zijn; van een fractie van een seconde tot minuten. Voor de oorzaak zijn er vanuit de psychologiese hoek tientallen verklaringen aangedragen, die geen van allen deugen, omdat ik dit bewijzen kan. Ook de neurofysiologen zijn er nog niet in geslaagd mij een bevredigende analyse van het Déjà-Vu te geven. Het Déjà-Vu zou optreden bij grote vermoeidheid en in situaties die een opvallende verwachtingsangst oproepen, jaja. Zo weet ik er ook nog wel tien, heren! Nee, zegt weer een andere School Zieleknijpers: u moet iets doen of ondergaan en heimelijk bent u daar bang voor zodat het Déjà-Vu als een psychiese defensie tegen een te sterke verwachtingsangst opereert...De meest populaire verklaring luidt dat het Déjà-Vu u door angstige momenten heenhelpt door u onbewust een gedachtengang te laten hanteren die ongeveer als volgt kan worden geformuleerd: ‘ik heb dit al eens meegemaakt en toen is het, ondanks mijn angst, blijkbaar allemaal goed gegaan, want anders zou ik het nu niet opnieuw kunnen beleven!’ Deze uitleg is echter zèlf gebaseerd op Angst! Angst voor de uiteindelijke Waarheid die niemand onder ogen durft te zien: wij leven niet echt, doch wij worden, met onze wereld en al, slechts gedroomd door een Opperwezen. Wij zijn allen tesamen niets meer dan Gods nachtmerrie (lees mijn Brochure Sterven is Wakker Worden, waarom C. van der Laak niet bang voor de Dood is) en gelukkig zijn slechts enkelen per generatie zich dit bewust, waaronder getekende.

‘Maar als dat waar is’, vroeg mij gisteravond nog een dame in de hal van het Metro-station waar ik deze week een serie hagepreken over het leven na de dood en het schandaal van de koffieprijzenhou, ‘als dat wáár is, meneer van der Laak, dat wij dit alles allemaal alleen maar dromen; waarom zou ik dan mijn gasrekening nog betalen? Waar maken wij ons dan eigenlijk nog druk voor?’

‘Wij maken ons druk mevrouw’, heb ik haar geantwoord, ‘omdat wij kunststelselmatig in de waan worden gelaten dat wij onze droom zouden kunnen bijsturen, dat wij richting aan ons leven zouden kunnen geven! Maar het is voor de oligarchie der Rijken van het financieelste belang dat wij dag in dag uit arbeid tegen geld blijven inruilen, televisie blijken kijken, vakantieplannen maken, boodschappen doen en blijven roken; omdat wij coûte que coûte het systeem moeten blijven bevestigen! Het is mondiaal economies ontoelaatbaar dat groepen mensen echt wakker gaan schrikken, binnen de grote droom!

‘Ja maar wat is dat Déjà-Vu dan, professor van der Laak’, vroeg ze. Buitengewoon charmante vrouw was het. En niet dom. In elk geval intelligenter dan Cock, want die kan nog niet eens goed luisteren naar mijn Déjà-Vu theorie.

‘Het Déjà-Vu mevrouw’, antwoordde ik haar, ‘het Déjà-Vu is het moment waarop u, binnen deze droom, even wakker bent!’

‘Oh op die manier’, zei ze en aan de manier waarop zij wegliep kon ik zien dat ze een grote opluchting had ervaren. Helaas heb ik haar mijn Déjà-Vus bestrijdingsmethode niet kunnen demonstreren maar ik spreek op dat station nog de hele week en zij komt zeker nog eens langs.

Het Déjà-Vu is het moment waarop u, binnen de totale droom die het leven is, even wakker bent! Ik kwam tot dit inzicht tijdens een Déjà-Vu dat ik zelf had opgeroepen. Ik kan mijn Déjà-Vu zo lang laten duren als voor de formulering van een filosofiese stelling noodzakelijk is en in dit Déjà-Vu had ik een Déjà-Vu van een Déjà-Vu. (Vergelijk met vier hikjes achter elkaar, maar dan inwendig en verticaal het denkend deel van uw hersenen binnen). Het déjà-Vu is zeker niet ongevaarlijk, maar gelukkig komt het kosmies intelligentiequotiënt, dat nodig is om de brug van déjà-vu naar déjà-vecu naar Leven is Boze Droom

[pagina 240]
[p. 240]

van God + CIA te kunnen denken, slechts bij zeer weinig mensen voor. Alleen Erasmus, Teilhard de Chardin, Spengler en van der Laak komen namelijk aan de daarvoor benodigde 256, berekend volgens de methode van der Laak. Het gevaar dat de gewone man in een déjà-vu-vlaag van helderheid plotseling ziet dat dit alles een droom is waar hij liever niet in terugwil (maar hij hééft niets anders om in terug te keren!) is derhalve klein, maar voor alle zekerheid dienen tijdelijke lijders aan Déjà-Vu snel en doeltreffend te worden geholpen zoals drenkelingen mond-op-mond-beademing behoeven en iemand die zich verslikt een harde roffel op de rug nodig heeft. Ziet u dus bij een dame of heer in gezelschap, de metro, op straat of in de winkel een flauwe glimlach rond de lippen beginnen te spelen en bekennen zij vervolgens ‘dat het net is alsof zij dit al eens eerder hebben meegemaakt’ knip dan, voor hun eigen bestwil, zo hard mogelijk zijn of haar neus dicht, laat de dame of heer nog in Déjà-Vutoestand, met het bovenlichaam gebogen een glas ijskoud water drinken en blaas hem of haar intussen zo hard en van zo dichtbij mogelijk in één der oren, op een scheidsrechtersfluit die standaard in elke verbanddoos of EHBO-trommel zou moeten zitten.

Ik herhaal dus: het is absoluut noodzakelijk dat wij allen blijven meeslapen binnen de grote droom. Komt u iemand tegen die er even uit dreigt te stappen, neem dan: a: zijn neus tussen duim en wijsvinger, b: een glas ijskoud water en doe hem dit voorovergebogen drinken, c: een scheidsrechtersfluitje en blaas dit in zijn oor. Als mijn theorie klopt, heeft u nu het gevoel dat u dit al eens eerder heeft gelezen.

Maar dat is een Dèjá-Lu en kan geen kwaad.

 

C. van der Laak (Reïncarnatie Erasmus)

Kicks voor niks (3)

Een lege melkdoos platstampen.



illustratie

Kaartje sturen

- Maar dat kunnen we toch niet schrijven: aan Henk en Gerard van Leeuwen? -

- Hoezo niet? -

- Nou ze zijn toch zeker niet getrouwd? Ze heten toch geen van Leeuwen? -

- Wat wou je dan zetten?. -

- Nou gewoon: aan Henk en Gerard. Zo noemt iedereen ze toch; Henk en Gerard? -

- Gerard en Henk. -

- Nou goed dan: Gerard en Henk. Dan schrijven we toch gewoon: aan Gerard en Henk? -

- Hè nee, dat staat zo mieig. -

- Zo wat? -

- Zo nichterig, Gerard en Henk. -

- Wat zou dat nou? Iedereen wéét toch dat ze samenwonen?

- En bovendien raakt dat weg op de trap, zo'n ansichtkaart. Nee, er moet een achternaam bij, naar mijn gevoel. -

- Laten we dan allebei hun achternamen erbij zetten! Dus dat je krijgt: aan Henk Boomkamp en Gerard van Leeuwen. -

- Dat staat zo onpersóónlijk, vind ik. Net of ze niks met mekaar te maken hebben...-

- Ze hèbben strikt genomen toch ook niks met mekaar te maken? -

- Tuurlijk wel! Ze wonen toch samen? Dus laten we nou gewoon allebei hun hele naam zetten. Aan Henk Boomkamp en Gerard van Leeuwen. -

- Ben ik het niet mee eens. Eén achternaam moet erbij, vind ik. -

- Okee. Maar dan zeker geen van Leeuwen! Dan eerder: aan Henk en Gerard Boomkamp. -

- Hoe kom je dáár nou bij? Zie jij ze zo, die jongens? Ik schat ze volkomen andersom hoor. -

- En als we dan eens zetten: aan de familie Boomkampvan Leeuwen? -

- Dat is weer zo pijnlijk! Net alsof ze kinderen hebben.

- Maar zouden ze dat niet pikken, die ironie? -

- Gerard misschien nog wel, maar Henk zeker niet. -

- Tja. We hoeven ze per slot van rekening geen kaartje te sturen.

- Dat is waar. Zij hebben ons tenslotte ook geen kaart gestuurd, vorig jaar. -

- Zullen we ze dan maar laten vallen, Henk en Gerard?

- Ach wel ja. Sparen we weer een kaart uit. -

- Kunnen we nog dva slivovica nemen. -

- Zo is dat! Ober!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken