Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De dichtwerken van vrouwe Katharina Wilhelmina Bilderdijk. Deel 3 (1860)

Informatie terzijde

Titelpagina van De dichtwerken van vrouwe Katharina Wilhelmina Bilderdijk. Deel 3
Afbeelding van De dichtwerken van vrouwe Katharina Wilhelmina Bilderdijk. Deel 3Toon afbeelding van titelpagina van De dichtwerken van vrouwe Katharina Wilhelmina Bilderdijk. Deel 3

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.38 MB)

Scans (6.83 MB)

XML (1.18 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De dichtwerken van vrouwe Katharina Wilhelmina Bilderdijk. Deel 3

(1860)–Katharina Wilhelmina Bilderdijk-Schweickhardt–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Het neêrgeslagen roosjen.Ga naar voetnoot*

 
Veracht, ô Wandelaar, 't onschuldig roosjen niet,
 
Dat, door den stormwind neêrgeslagen,
 
Ten prooie aan felle dondervlagen,
 
Zich wars toont van het licht en 't Zonnegoud ontvliedt;
 
ô Wandelaar, veracht dat needrig roosjen niet!
[pagina 429]
[p. 429]
 
Maar als het ligt en kwijnt, als wilde en kon 't niet sterven,
 
Te veel door 't woeden van de stormen afgemat,
 
Te schaars met d' eedlen drop des Hemeldaauws bespat,
 
Om niet door dat gemis en geur en bloei te derven,
 
(ô, 't Loont uw zorgen weêr) behoud het voor 't verderven,
 
Maar, Wandelaar! - vertreed het teedre roosjen niet.
 
 
 
Neen, als gy 't, zwoegens moê, naar de aarde ziet gebogen,
 
Toon dan een hart van mededoogen,
 
En beur haar 't hangend hoofd weêr op.
 
Zy voedde geen vergift in heur te zachten boezem,
 
't Geen immer het verderf bewerkte van heur bloezem:
 
Ach! zwakheid was alleen haar deel. -
 
ô Wandlaar, wil het haar niet wijten,
 
Dat haar de stormen nedersmijten,
 
Noch krenk heur neêrgebogen steel.
 
 
 
En, mocht uw oog een traan van medelij' ontvloeien,
 
ô Wil dien op heur boezem sproeien,
 
Zoo dringt hy tot in 't hart der knop.
 
Een traan, dien liefde en deernis vormen,
 
Wordt, waar de winden hevigst stormen,
 
Een balsemende Hemeldrop!

voetnoot*
Poëzy (van Mr. w.b.) II, 214.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken