Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 11

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1,62 MB)

Scans (5,37 MB)






Genre
poëzie

Subgenre
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 11

(1858)–Willem Bilderdijk

Vorige Volgende
[p. 363]

[Voorzang voor het tweede deel der ‘Rotsgalmen’.]*

 
‘Zijn dit verzen waar een Dichter
 
Lof en lauwerblaân van hoopt,
 
Of de Onsterflijkheid meê koopt? -’
 
Neen, die wint men eindloos lichter
 
In deze Eeuw van razerny:
 
Vlei haar slechts in al haar zotheên,
 
Kniel voor de opgeworpen Godheên,
 
Heb de schreeuwers aan uw zij',
 
En uw krachtelooze vaerzen,
 
Stappen ze in Dragonders laarzen,
 
Zijn verheven Melody.
 
 
 
Neen, ook zelfs in wijzer dagen
 
Dong een droomig Grijzaarts lied
 
Naar Permessus eerloof niet,
 
Waar men sprongen voor moet wagen.
 
Neen, ik kruip maar langs den grond,
 
En by zoo veel Dichtrenzwermen
 
Wier trofeên mijn kachels warmen
 
By de winteravondstond,
 
(Vraagt niet, of door eigen hitte
 
Die hun Febusstoom bezitte,)
 
Brom ik slechts ter halver mond.
 
 
 
Wacht dus, Vrienden, in mijn galmen
 
't Klaatren van trompet noch Luit
 
Dat op zwerk of muren stuit;
 
Wacht geen tjilpend zoet der halmen
 
Dat wellustige ooren streel';
[p. 364]
 
Neen, verwacht slechts zielsgevoelens,
 
Na een leeftijd tobbens, woelens,
 
Voor eens menschen kracht te veel,
 
Nu wanhopig, dan te vreden
 
Doorgeworsteld, doorgestreden,
 
Uit een langverstramde keel.
 
 
 
1824.
*
Rotsgalmen II, 96

Vorige Volgende