De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 11
(1858)–Willem BilderdijkAan den heer Halbertsma, met mijne ‘Navonkeling’.*Van hem, aan wien we ons hart in ware vriendschap hangen,
De laatste levensvonk in d'adem op te vangen,
Is dierbaar aan 't gevoel, doch wakkre halbertsma,
Wat 's Dichtvuur dat niet vlamt, maar in zijne asch blijft smooren?
Het vonkle nog in schijn by 't neevlig duister na,
Nooit zal 't in echte glans of tot verwarming gloren.
|
|