Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 14 (1859)

Informatie terzijde

Titelpagina van De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 14
Afbeelding van De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 14Toon afbeelding van titelpagina van De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 14

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.61 MB)

Scans (5.43 MB)

XML (0.80 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 14

(1859)–Willem Bilderdijk–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 17]
[p. 17]

Op een Jacobaas-kannetjen.Ga naar voetnoot*

 
Gy kruikjen, voor een eeuw drie vier
 
Door 't kusgraag mondtjen leêg gezogen,
 
En toen met recht galanten zwier
 
Het Teilingsch venster uitgevlogen,
 
Herinnert ge ons aan 't lieve dier,
 
Zoo schoon volleerd in 't tinteloogen?
 
 
 
Kom, meld ons van haar vrijery,
 
Als 't weeûwtjen van heur drietal mannen,
 
In klem der lastige voogdy
 
Op 't eenzaam slotverblijf gebannen,
 
Een vierden troggelde aan haar zij',
 
Om met haar weêr in 't juk te spannen!
 
 
 
Vertel ons, wat dat lipjen sprak,
 
Wiens boord gy eens zoo lieflijk drukte?
 
Wat honig in dat kusjen stak
 
Dat braven Borslen zoo verrukte,
 
En hoe dat pinkend oogjen brak
 
Toen hy 't verlepte roosjen plukte?
 
 
 
Wat schalkjen, glurende uit dat oog,
 
Den Burgvoogd 't manlijk hart kon stelen,
 
Wanneer hy voor haar listjens boog
 
Om 't olijk spelletje uit te spelen,
 
En goeden Flips zoo fijn bedroog
 
Met Glosters walg op 't dons te streelen.
[pagina 18]
[p. 18]
 
Vertel van 't willig geldverlies
 
En 't zoet prieël van wilgentwijgen!
 
Doch, kruikjen, neen, vertel ons niets!
 
Zwijg liever, gy die weet te zwijgen,
 
Van dezen welpoel des verdriets,
 
Wiens vuil een pestdamp op deed stijgen.
 
 
 
Wy kennen 't kuische wijfjen lang,Ga naar eind1
 
In spijt van al haar hoeksche vrinden,
 
En weten 't welk een harden dwang
 
Het arme schaap moest ondervinden;
 
Want viermaal weduw, viel 't haar bang,
 
Niet met een vijfden aan te binden.
voetnoot*
Gentsche Kunst- en Letterblad, 1843-45.
eind1
De plaats wordt ook in het Glossarium Gotbicum van Fr. Junius aangebaald, doch daar zijn er twee misslagen in op te merken. Naamlijk, dat in regel 5 van de aanhaling, Wie staat voor Nie, en in devolgende, gewer ü wort voor gewere wort, d.i. waarachtige woorden.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • De dichtwerken van Bilderdijk (15 delen en supplement)