Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 14 (1859)

Informatie terzijde

Titelpagina van De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 14
Afbeelding van De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 14Toon afbeelding van titelpagina van De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 14

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.61 MB)

Scans (5.43 MB)

XML (0.80 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De dichtwerken van Bilderdijk. Deel 14

(1859)–Willem Bilderdijk–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Hondgeblaf.Ga naar voetnoot*

 
Stoor u niet aan 't ijdel razen
 
Van een aantal trotsche dwazen
 
Dat de waarheid tegenstreeft;
 
Laat ze tieren, laat ze schreeuwen,
 
Houd de honden niet voor leeuwen,
 
Waar men zwaard voor noodig heeft. -
 
‘Maar, die honden kunnen bijten!’ -
 
Och, een stuk van 't kleed te rijten,
 
Dat is 't alles; en dit zij!
 
't Pakjen is toch haast versleten,
 
En dan zal de mot het eten
 
Voor de zelfde lekkerny. -
[pagina 159]
[p. 159]
 
‘Maar, met scheur of reet te loopen!’ -
 
Staat de weg voor honden open,
 
Ongemuilband, en zoo fel;
 
Hoort dat tot de vrijheidswetten;
 
'k Zal er my niet tegen zetten,
 
'k Ben toch eens in deze Hel.
 
Honden zullen, wat wy praten,
 
Toch hun eigenschap niet laten;
 
Altijd zijn zy boos van aart;
 
Tegenkeffen als zy blaffen,
 
Of ze met den stok te straffen,
 
Is de gansche boel niet waard. -
 
‘Maar elk blaffer, keffer, grommer,
 
Altijd bozer, vuiler, dommer,
 
Brengt er meer nog aan den gang;
 
En het wordt een gruwzaam leven,
 
Daar ik weinig om zou geven,
 
Doch het duurt wat al te lang.’ -
 
Geef dan aan de blaffersbazen,
 
Slechts een beentjen waar ze op azen,
 
Dat hun aanstaat, in den muil;
 
En de grootste likt uw handen,
 
De andren zonder stem of tanden,
 
Druipen af in stom gedruil. -
 
‘Beentjen’? - Ja, zoo'n schenkelpijpjen
 
Dat 's met een een kermisfluit,
 
ô Zoo lekker om te knaauwen
 
En zoo lieflijk van geluid.
 
Zeg: Hou daar, mijn goede lobbes,
 
Ja, gy bent een brave hond!
 
***-zelf zal kwispelstaarten,
 
Voor zoo'n lofspraak uit uw mond.
 
 
 
1826.

voetnoot*
Nieuwe Oprakeling, 67.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • De dichtwerken van Bilderdijk (15 delen en supplement)