Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Voorlezingen over de Hollandsche taal (1875)

Informatie terzijde

Titelpagina van Voorlezingen over de Hollandsche taal
Afbeelding van Voorlezingen over de Hollandsche taalToon afbeelding van titelpagina van Voorlezingen over de Hollandsche taal

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.78 MB)

Scans (17.21 MB)

ebook (3.10 MB)

XML (0.92 MB)

tekstbestand






Editeur

Arie de Jager



Genre

sec - taalkunde

Subgenre

lezing / voordracht


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Voorlezingen over de Hollandsche taal

(1875)–Willem Bilderdijk–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina III]
[p. III]
DEN WELEDELGESTRENGEN HEERE

LODEWIJK WILLEM BILDERDIJK,
Oud-kapitein van de Infanterie,

wordt deze bundel opgedragen,

TEN BLIJKE VAN HOOGACHTING VOOR DEN THANS EENIGEN ZOON
DES ALS DICHTER EN GELEERDE STEEDS HOOG TE
WAARDEEREN VADERS.
[pagina V]
[p. V]

Voorbericht.

De jaren van de fransche heerschappij over de nederlandsche gewesten waren voor Bilderdijk, wat zijne huiselijke omstandigheden betreft, drukkend en bang. De jaarwedde, hem door koning Lodewijk toegelegd, werd ingehouden of althans zeer ingekort. Andere bronnen van bestaan waren voor hem niet geopend en het schijnt geen dichterlijke overdrijving, wanneer hij aan een zijner vrienden te Amsterdam gewaagt van een gebrek aan het noodige.

Onder die vrienden waren er, die zich het lot van den Dichter en Geleerde aantrokken. Van des Mans terugkeer in het vaderland af aan beijverden zich Mr. M.C. van Hall, Jeronimo de Vries, Mr. Abram Vereul, J.F. Helmers, Mr. J. Kinker en anderen, om door het opdragen van werkzaamheden op het gebied van letter- en taalkunde, hunnen vriend eenig middel van bestaan te verschaffen. De uitslag hunner pogingen beantwoordde echter niet altijd aan hunne verwachting. Gedurende de winters van 1811 en 1812 beraamden zij een plan, dat het gewenschte gevolg had. Zij vormden zich tot eenen kring en noodigden Bilderdijk uit, daarin voordrachten te houden over de nederlandsche taal, welker opbrengst men ergens ver-

[pagina VI]
[p. VI]

meld vindt als ‘collegiegelden, die in April of Mei werden voldaan.’

Het zijn de Voordrachten, in den genoemden vriendenkring gedaan, en welker Handschrift eerst in eigendom overging aan wijlen den hoogleeraar H.W. Tydeman en daarna aan mij, die ik thans in druk doe verschijnen. Bilderdijk gaf er den titel aan van: Voorlezingen over de Hollandsche Taal.

Een oogopslag in de inhoudsopgave der stukken doet zien, dat zij niet de geheele Spraakkunst, maar slechts een gedeelte daarvan, omvatten. Uit het slot der laatste Lezing (hier no. XIX) blijkt, dat het voornemen bestond, in een volgend wintergetijde den draad der behandeling weder op te vatten. De gelukkige omkeering van zaken, die tegen het einde van het jaar 1813 plaats greep, en der Muze ook van Bilderdijk als een nieuw leven instortte, heeft het voortzetten der lessen verhinderd.

Ik heb geen oogenblik getwijfeld, of de uitgave der nu voor ruim zestig jaar gehouden Voorlezingen nog nut zou hebben. Het zou kunnen volstaan, op het taalgenie te wijzen, dat de hoogleeraar De Vries in 1867 zoo hoog in Bilderdijk waardeerde, en dat zijne werken op dit gebied, ondanks de daarin voorkomende onhoudbare stellingen en verkeerde afleidingen, tot eene rijke bron van leering maken voor elken beoefenaar der wetenschap. Doch er is meer; wat in Bilderdijks taalgeschriften de meeste verdienste heeft, treedt vooral in deze Voorlezingen op den voorgrond: ik noem dat het nederlandsch element. Ja, Hollander was Bilderdijk in merg en been. Zoo zijne poëzie het niet toonde, zijne taalbeschouwingen zouden het bewijzen. Missen we in hem wel eens den voorganger op het pad der vergelijkende en historische taalstudie: ter opsporing van het eigenaardige onzer moedertaal, in haar wezen, in hare uitspraak en vorming, blijft hij een onschatbare gids. Ik acht het bij den tegenwoordigen stand der taalwetenschap, die ook den nederlandschen beoefenaar zoo vaak in oude tijden en verre landen plaatst, gansch niet kwaad, dat eene stem ons als

[pagina VII]
[p. VII]

't ware eene wijle komt thuis roepen en ons verkondigen: zóó sprak of schreef men van ouds te uwent, zóó eischt nu het echte taaleigen uwer moederspraak; verliest, bij al uw historische studiën, de geschiedenis uwer eigen taal niet uit het oog! Te luisteren naar zulk eene stem, mag, dunkt mij, wel worden aanbevolen, als we een onzer voornaamste leidsmannen op het gebied der taalkunde zich ontzagchelijk veel moeite zien geven, om de spraakvormen uit den karolingischen tijd na te vorschen en uit te leggen, maar zich dermate onverschillig toonen omtrent de gedaante, waarin wij thans de nederlandsche woorden doen optreden, dat hij deze zoo wat gelijk schat met de grillige mode der kleeding.

Niet alleen de inhoud der Voorlezingen: ook haar vorm strekt, mijns bedunkens, tot aanbeveling. Haar stijl is, in overeenkomst met den stand der hoorders, beschaafdpopulair. De spreker verschijnt onder hen als een welwillend voorganger, vrij van de vooringenomenheden tegen personen of zaken, die hem later, zoowel in den ongebonden als den gebonden stijl, zoo menige bitterheid deden uiten. Kinker is hem een gewaardeerd hoorder en beoordeelaar; Siegenbeek een zelfs geprezen spelleeraar. Met één woord: geen enkele uitdrukking heb ik, om den wille der voegzaamheid, behoeven te onderdrukken of te verzachten.

Den tekst der Voorlezingen ontvangt men hier geheel, op een klein gedeelte na, waarvan de Spreker zelf later gebruik heeft gemaakt. Men zie het door mij opgemerkte op bl. 78 en 356. Eenmaal schijnt het plan door hem te zijn opgevat, de stukken tot eene soort van Spraakkunst om te werken; doch die omwerking bleef, zooals mijne aanteekeningen op den tekst uitwijzen, zich bepalen tot de eerste Voorlezing, en had geen gevolg.

Door het uitvallen van het onderdrukte gedeelte sluit de reeks der Voorlezingen eigenlijk nu met de negentiende. Ter vergoeding geef ik als twintigste eene andere voordracht van taalkundigen aard, door den Spreker korten tijd te voren (den 10den Mei 1810) gehouden bij de Tweede

[pagina VIII]
[p. VIII]

Klasse van het Koninklijk Instituut, waarvan het handschrift, in een' bundel stukken van Bilderdijks hand of aan hem gericht gedurende zijn president- en secretarisschap bij die instelling, onder mij berust. Bilderdijk spreekt enkele malen van dat opstel, maar gaf het nooit in 't licht. Het vond hier, dacht mij, eene alleszins voegzame plaats als aanhangsel op de reeks van één of twee jaar later.

Op sommige plaatsen zal men in deze voordrachten punten behandeld vinden, die ook in de gedrukte werken des Schrijvers werden besproken. Waar de eene behandeling de andere ophelderde of aanvulde, inkortte of uitbreidde, oordeelde ik de onderdrukking dier plaatsen niet raadzaam.

De Aanteekeningen, aan den voet der bladzijden opgenomen, zijn van mijne hand; zij dienen ter toelichting van enkele uitdrukkingen of zaken. Er was stoffe te over om ze uit te breiden en te vermeerderen. Ik begreep echter, dat ik, met het oog op den omvang des boeks, mij daarvan moest onthouden.

Mijne bedoeling met de uitgave van dezen bundel is tweeledig. Zij beoogt de beoefening en de kennis onzer taal uit te breiden, en als opnieuw de verdiensten te doen blijken en waardeeren van den eenigen Bilderdijk. Doe ik hem als voor de tweede maal en voor een' publieken kring optreden: hij vinde ook bij velen onder het tegenwoordige geslacht een leergierig en welwillend gehoor!

A.d.J.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken