Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Anna Blaman over zichzelf en anderen. Poëzie, artikelen en lezingen (1968)

Informatie terzijde

Titelpagina van Anna Blaman over zichzelf en anderen. Poëzie, artikelen en lezingen
Afbeelding van Anna Blaman over zichzelf en anderen. Poëzie, artikelen en lezingenToon afbeelding van titelpagina van Anna Blaman over zichzelf en anderen. Poëzie, artikelen en lezingen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.66 MB)

Scans (8.06 MB)

ebook (2.91 MB)

XML (0.22 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie
non-fictie

Subgenre

bloemlezing
non-fictie/essays-opstellen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Anna Blaman over zichzelf en anderen. Poëzie, artikelen en lezingen

(1968)–Anna Blaman–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 33]
[p. 33]

Artikelen, beschouwingen, lezingen

[pagina 35]
[p. 35]

Over culturele vrijheid en ‘littérature engagée’

Wie zal zeggen welke maatschappelijke voorwaarden het gunstigst zijn, wil de kunstenaar de volle maat van zijn talenten kunnen ontplooien? De cultuurgeschiedenis bewijst ons dat er kunstenaars zijn geweest van de primitiefste tijden tot op heden. Kunst is er voortgebracht binnen elke min of meer gestabiliseerde maatschappijorde die de mensheid tot op heden gekend heeft en onder alle omstandigheden die menselijk denkbaar zijn. Zowel koningen als slaven hebben de Parnassus beklommen. Zowel op het slagveld als in de gevangenis zijn verzen geschreven. Er is kunstzinnig gecreëerd zowel uit ontbering als uit de volheid van het geluk, zowel uit ideologisch enthousiasme als uit de vereenzamende ontgoocheling. De middeleeuwen, de absolute monarchie, de democratie leverden kunstenaars op. Hoe verschillend de aan tijd gebonden preoccupaties van deze kunstenaars ook mochten zijn, hun wezenlijke en blijvende betekenis wordt altijd weer bepaald door de intelligentie of de hartstocht waarmee ze zich tot het wezen der dingen richtten, dus door in hoeverre zij een Oedipus waren in een samentreffen met de Sfinx. De cultuurgeschiedenis leert ons ook dat kunst niet altijd dezelfde sociale betekenis had. In de Griekse en ook in de middeleeuwse cultuur was de kunstenaarstaak stellig van groter functionele sociale betekenis dan bijvoorbeeld in onze democratie, waarin een analytisch-psychologische geesteshouding elk ideologisch streven bijna geheel neutraliseert

[pagina 36]
[p. 36]

en zeker verzwakt. Maar of nu de kunstenaar eenzaam is of representatief voor een groep of voor heel een volk, zijn schepping is en zal blijven een expressie van menselijkheid, een emotionele reflexie van de mens over zichzelf en zijn wereld, m.a.w. esthetisch geformuleerde spontaneïteit.

Een gemeenschap waarin de vrijheid tot deze spontaneïteit, dus tot het argeloze scheppen van kunst de creatieve mens niet vergund is, is wel denkbaar, maar niet houdbaar. Het ineenstorten van de nazi-dictatuur leverde daar het bewijs van. Zo'n gemeenschap holt zichzelf menselijk uit en brengt zichzelf ten val. Niet alleen de geallieerde legers hebben het nazi-bewind vernietigd; ook van binnen uit werd het ondermijnd, juist doordat de mens in zijn behoefte tot het realiseren van zijn wezenlijke en spontane menselijkheid - in het onbevangen gesprek, in de kunstzinnige uitingsvorm - niet mocht bestaan. Als Sowjet-Rusland inderdaad een tweede nazi-regime is, betekent dat ook tevens de onhoudbaarheid van dat regime. Een gemeenschap die op een schijn-ideologie berust heeft geen waarachtige levenskracht en begint haar zelfvernietiging met het plegen van culturele zelfmoord. De tegenwerping dat culturele zelfmoord in Rusland niet mogelijk is doordat de Russen nog barbaren zijn houdt natuurlijk geen steek. Er zijn trouwens mensen die, als dat maar in hun anti-communistische kraam te pas komt, het Rusland van het Tsarenbewind, juist om zijn toenmalige culturele peil, met een democratie willen vergelijken! Een onloochenbaar feit is echter dat deze miljoenenbevolking onder het Tsarenbewind een hoog percentage analfabeten kende, een toestand waarin de sowjet-dictatuur verbetering heeft gebracht. Waar nu in dit onmetelijke land de ideologie, die de bevolking

[pagina 37]
[p. 37]

wordt opgelegd, uiteindelijk als culturele atmosfeer heel het gemeenschapsleven zoekt te doordesemen, is het begrijpelijk dat daar de culturele vrijheid niet vergund kan worden aan figuren die dit streven in de weg staan. Er is nog nooit in de geschiedenis en nergens ter wrereld tijdens de consolidering van een ideologische cultuurgrondslag consideratie getoond met ketters. Hoe verheven de christelijke ideologie ook was en is, deze leer van de liefde, van het offer en zelfs van de onthouding van het oordeel over anderen, ze verspreidde zich niettemin ‘te vuur en te zwaard’. Zo ook is het waarschijnlijk en begrijpelijk als de Communistische ideologie, die in zichzelf eveneens nobel genoeg is, de ketterij met geweld zou tegengaan. Het enige bewijs dat een ideologie bestaansnoodzaak en bestaansrecht heeft ligt, lijkt me, in het feit of de ideële tendensen in een volk erop appelleren met positief sociaal en cultureel effect. In dit geval zal ze ook steeds ruimer en genuanceerder culturele vrijheid openlaten naarmate de nieuwe culturele atmosfeer gestabiliseerd raakt. De kunstenaar zal dan ook uiteindelijk zijn wezenlijke preoccupaties niet meer in tegenstrijd achten met de nieuwe sociale conventies op een wijze die hem het creatief werken zou belemmeren.

Het spreekt vanzelf dat de kunstenaar die in een gemeenschap terechtkomt die zich gaat richten op een nieuwe ideologie, in de verdrukking kan komen. De geschiedenis leert ons ook dat de theoretische conceptie van revolutionaire veranderingen altijd berustte bij representanten (filosofen en kunstenaars) van de culturele atmosfeer die daaraan voorafging en tot kritiek aanleiding gaf; de praktische verwezenlijking werd niet bewerkstelligd door de denkers, maar door de daders. Een tijdelijke culturele regressie moet

[pagina 38]
[p. 38]

er daardoor en door nog gewichtiger oorzaken wel altijd op de keerpunten der historie te constateren zijn geweest; een regressie die overigens door de latere geslachten moest worden beschouwd als een Creculer pour mieux sauter', en hier denk ik bijvoorbeeld aan de Franse Revolutie die zoveel eminente cultuur-representanten op het schavot bracht, maar die de grondslag leverde voor onze culturele vrijheid van heden. En als er nu inderdaad weer zo'n niet in de mensheidsevolutie te stuiten historisch keerpunt te wachten zou staan, wat: moet dan de kunstenaar die dupe zou zijn van die culturele regressie wel doen? Stel dat het hem onmogelijk zou zijn, zich creatief in te stellen op een geheel nieuw complex van morele en kunstzinnige premissen dat zo'n ommekeer mogelijk met zich zou brengen, wat blijft hem dan anders over dan te zwijgen en, als hij daartoe genereus genoeg is, zo objectief mogelijk na te gaan of zijn preoccupaties ook in een of ander opzicht congrueren met de preoccupaties van die nieuwe gemeenschap? Zou dat zo blijken te zijn, dan vond hij daarmee een stukje culturele vrijheid terug. Zou dat evenwel niet zo blijken te zijn, dan zou hij vanzelfsprekend blijven zwijgen. En, derde mogelijkheid, zou dan bovendien niet alleen op de Parnassus, maar ook op de begane grond die vrijheidsberoving worden herkend als het ons zo bekende zinloze nazigeweld, dan zou het zwijgen op de Parnassus en op aarde de betekenis krijgen van een kanker die dit ideologische streven van binnen uit zou aanvreten en zou doen sterven.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken