Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den Neder-landschen herbarius ofte kruid-boek der voornaamste kruiden (1698)

Informatie terzijde

Titelpagina van Den Neder-landschen herbarius ofte kruid-boek der voornaamste kruiden
Afbeelding van Den Neder-landschen herbarius ofte kruid-boek der voornaamste kruidenToon afbeelding van titelpagina van Den Neder-landschen herbarius ofte kruid-boek der voornaamste kruiden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.77 MB)

ebook (8.42 MB)

XML (1.11 MB)

tekstbestand






Illustrators

Jan Luyken

Caspar Luyken



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
non-fictie/natuurwetenschappen/biologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den Neder-landschen herbarius ofte kruid-boek der voornaamste kruiden

(1698)–Steven Blankaart–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

CCCCXV. Hoofd-stuk. Rosa, Tamme en Wilde Roosen.

DE Rosen zyn veelderhande en verschelen dikmaals in groote van gewas; in veelte, weinigheid, dikkigheid en kleinigheid van doornen. De bloemen zyn somtyds enkel, dubbelt, klein, groot, wit, rood, duister-rood, bleik-rood, geel, enz. ook hebben sommige reuk, en sommige geen. Sy zyn alle een heester met veele takken, die veel scherpe doornen hebben, meest krom omgebogen; maar de wilde zyn doornagtiger. De witte rosen hebben gemeenlyk een heele groene stam en takken, daar d'andere soorten veeltyds wat roodagtig zyn. De bladeren zyn rouw in 't aanvatten, lang-rond, en saags-gewyse getand, vyf ofte seven aan eene middel-ribbe, staande twee en twee tegens malkanderen over, en een aan het eind afhangende. Op de toppen der takjes komen de bloem-knoppen, welke, als de bloeme open gaat, sig in vyf gras-groene blaadjes verdeelen. Waar van dat'er twee aan beide zyden gebaard zyn, twee ongebaard, en een half gebaard. Dese dan open gegaan zynde siet men de bloem-knop selve, welke haar bloem-bladen allenxkens open set; in 't midden deser bloemen siet men veele korte geele draadjes met geele nopjes, welke men meest in de enkele bloemen gewaar werd. d'Enkele zyn gemeenlyk, en voorts na dat sy meer verdubbelt zyn, meer-bladig, ja tot honderd-bladig toe. Agter de roosen zyn groene knoopjes, welke,

[pagina 504]
[p. 504]

als de roosen afvallen, in den Herfst tot langwerpige roode appeltjes werden, joopjes genaamt: onder de huid van dese appeltjes is een roode mergagtigheid, die wat suuragtig is, waar na van binnen een witte wolligheid gevonden werd, in welke eenige witte harde zaden gevonden werden. De steel van de rose-bloem is mede wat ruig, en vetagtig, door eenige gemagtigheid, welke daar uit-wasemt. De wortelen zyn houtagtig en hard, herwaarts en derwaarts sig verspreidende, waar uit veele nieuwe looten schieten.

1. De witte ofte tamme hof-rosen, schieten met hare takken veel hooger als de andere soorten, en dat wel twaalf en meer voeten hoog: de bloem is dubbeld, welkers buitenste bloem-bladen de grootste zyn, welke, allenxkens het middenpunt naderende, kleender en kleender werden: dese zyn aangenaam van reuk.

2. De bleek-roode rosen, Provinci-rosen genaamt, zyn van maaksel als de witte rosen, welkers takken korter zyn, en zyn mede welriekende.

3. De roode rosen, ofte bruin-roode rosen, ook Hollandse rosen genaamt, zyn de Provincie-rosen seer gelyk, maar wasschen gemeenelyk nog wel soo laag; de koleur is donker ofte bruin blinkend rood, en riekt sterker dan de voorige; van dese soort heeft men mede Rosen welkers bladen rood en wit gestreept zyn: aangenaam om te sien, dog selden geheel dubbelt.

4. Dese wast drie ofte vier voeten hoog; de bloemen zyn wel schoon rood, maar niet bruin-rood, die men, enkel zynde, vyf-bladig bevind; maar anders dubbeld ofte meerder-bladig, en welriekende.

5. De muskus rosen zyn van takken de wilde eenigsins gelyk; brengt kleinder roosjes, veele by een,

[pagina 505]
[p. 505]

voort: en dese zyn mede enkel ofte dubbeld, riekende eenigsins na de muscus.

6. d'Eerste wilde noemt men Honds-rosen ofte Kynorhodos, dese heeft veel scherpe doornen, en daarom rouw in 't aantasten. De bladen zyn gemeenlyk wat kleender en bleeker. De bloeme is enkel en vyf-bladig, wit ofte bleek-purper-verwig. Aan de takjes van dese roos wassen somtyds eenige ronde hairige balletjes, ruig, dog sagt in het aantasten, en dese werden Sponsen genaamt.

7. De tweede wilde is d'eerste seer gelyk, maar is wat kleinder en rood van takken en stam. De roosjes zyn bleek-rood, met weinig reuk, en dese noemt met kaneel-rosen.

8. Een derde heeft geele roosjes.

9. De vierde werd pimpernel-roosjes ofte duin-roosjes genaamt, dese groeijen seer laag, zynde van allen de kleinste; heeft veele doornen, en seer kleine bladen. De roosjes zyn seer klein, wit, en aangenaam van reuk, brengt swarte appeltjes voort, en d'andere roode.

10. Den Eglentier heeft bladen die wel soo groen zyn als van de voorige soorten, riekende sterk na appelen: dese wast mede seer hoog, zynde met veele doornen gewapend. De bloemtjes zyn vyf-bladig, witagtig en helder purper-verwig, met geen ofte weinig reuk. Aan de takjes komen mede wolagtige sponsjes, in welke wormen zyn, die allenxkens in popjes en vliegen veranderen. Ziet myn Schouwburg der Rupsen enz.

Ahoewel dat 'er veele soorten van Rosen nog overig zyn te beschryven, soo sal dit genoegsaam dienen om te verstaan wat Rosen zyn. Sy worden alle in de hoven van looten voort-geteelt, selden van zaad. Men vindse alle in de hoven, maar de duin-roos en eglentier mede in het wild in de dui-

[pagina 506]
[p. 506]

nen, en kanten van de akkers, waar van daan sy in de tuinen overgebragt werden. De vroege bloeijen in 't laatste van Lente, maar de latere in de Somer.

Daar zyn in onse kruid-winkels maar tweederlei rosen in 't gebruik, de bleeke en de roode. d'Eerste maken een open lyf: ten welken einde men conserven en syropen maakt. Men haalt daar ook een welriekend water van over, het welke men onder de versterkende middelen mengt, en dient mede voor onstekingen der oogen. Ook werd door gistinge der rosen een geest gehaalt, die mede versterkende is. Het sap werd mede uitgeperst en met olie daar boven op bewaart, om des winters te konnen gebruiken. In plaats van dese rosen mag men mede de witte gebruiken. De olie gaat met het water over, soo dik als boter. Om het water te maken zyn de gesoute rosen beter; dese bestaan niet alleen uit fyne olie deeltjes, maar ook uit werkelyke, en prikkelende, waarom sy mede een prikkelinge in de darmen verwekken. Van dese maakt men mede roos-koeken, tegens de hoofd-pyn, en roos-salf.

De andere, ofte roode, schynen uit veel grovere deelen te bestaan, alsoo sy den buik en alle andere vloeden stoppen. En dese gebruikt men eer sy open gaan, waar van het onderste geel of nagel werd afgesneden. Van de versche maakt men conserf, en de gedroogde gebruikt men in poeders, of men setse op azyn, het welke dan rosen-edik is. De versche werden mede in onrype boom-olie gesmeten, om daar olie van te maken. Van dese werd ook een rosen-honig gemaakt, om de sweet-gaten te suiveren, en een syroop om te stoppen.

Men soude uit de Eglentier-bladen mede wel een water en geest om te versterken konnen overhalen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken