Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Parijsche verzen (1923)

Informatie terzijde

Titelpagina van Parijsche verzen
Afbeelding van Parijsche verzenToon afbeelding van titelpagina van Parijsche verzen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.38 MB)

Scans (2.62 MB)

ebook (2.85 MB)

XML (0.10 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Parijsche verzen

(1923)–Dop Bles–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 81]
[p. 81]

De vier getijden

[pagina 83]
[p. 83]

I.

 
Treedt binnen....
 
Vreemd, nu weet ik niet
 
een naam om U te noemen,
 
een naam, die kleur en geuren biedt
 
van al te noemen bloemen,
 
en die uw hart mag winnen.
 
En toch, zoo vaak sprak ik U aan,
 
al was het in mijn droomen,
 
want nimmer is de hoop vergaan
 
op dit, uw komen.
 
En steeds bedacht ik schooner klank
 
om eenmaal U t'ontvangen,
 
een speelsche lichte klanken rank
 
om U t'omhangen.
 
De zuivre aanslag van mijn hart
 
zou welkom heeten
 
en gij zoudt weten en beseffen....
 
de oogopslag tot mij dan heffen.
 
 
 
Wat zijt gij schoon....
 
ivoor gedraal van lijnen
 
gaat te loor
 
in lente lichte schijnen.
 
 
 
Wat zijt gij schoon....
 
uw wezen zacht omspoeld
 
van 't afgekoelde zonnelicht
[pagina 84]
[p. 84]
 
is slanke stengel, waarop ligt
 
uw maagdlijk mooie aangezicht,
 
ovaal in golvend goud gezet
 
door lenteglanzen zacht gebet.
 
 
 
Wat zijt gij schoon....
 
Uw oogen zijn twee drupplen dauw
 
die paarlen op het bloemenblauw
 
van 't bevend orchideeënblad,
 
Uw mond in 't bloedkoraal gevat
 
is als een nestje dat omsluit
 
Uw zangen zoete stemgeluid.
 
 
 
O nader mij! neen, neen blijf stil,
 
ik wil....
 
ik wil dat Uw wezen
 
gesluierd in vrezen
 
zoo stil blijft staan
 
bevangen in droomen.
 
Al heb ik Uw woord
 
Uw stem niet gehoord
 
toch heb ik alles vernomen,
 
want heel Uw wezen
 
laat gij mij lezen
 
als zangen die zilv'rend vervloeien,
 
Uw open handen
 
zijn blanke landen
 
waarin gij Uw ziel laat ontbloeien....
[pagina 85]
[p. 85]
 
....Op U heb ik gewacht
 
menig maanstille nacht
 
en stilde 't verlang met verhalen.
 
Het geluk is zoo licht
 
O dat Uw teder gezicht
 
niet eer, dan het zonlicht dale!
 
 
 
Gij tradt mijn kamer in
 
nog zwoel van parfum en van kussen,
 
doch aller vrouwen veile min
 
kon 't lichtend geloof nimmer blusschen.
 
Mijn dagen ontwijd
 
bleef in maagdelijkheid
 
't hopende hart U verwachten
 
en heel Uw komen
 
zoo kuisch in zijn schromen
 
is de levende droom van mijn vaaklooze,
 
eenzame nachten.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken