Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Mejonkvrouwe De Mauléon en Diana (ca. 1900)

Informatie terzijde

Titelpagina van Mejonkvrouwe De Mauléon en Diana
Afbeelding van Mejonkvrouwe De Mauléon en DianaToon afbeelding van titelpagina van Mejonkvrouwe De Mauléon en Diana

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.33 MB)

ebook (3.46 MB)

XML (0.90 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Mejonkvrouwe De Mauléon en Diana

(ca. 1900)–A.L.G. Bosboom-Toussaint–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige
[pagina 428]
[p. 428]

Besluit.

De Hertog ondernam werkelijk dien nachtelijken wandelrit, om mede te genieten van de verrassingen, die hij had uitgedacht. Als hij verordend had, werd er een middernachtsmis gevierd in de stille dorpskapel.

En alles was er voorbereid tot het vieren eener huwelijksplechtigheid; alleen, in plaats van één bruidspaar, zag men er twee voor het altaar staan: François d'Aubigny met Athenaïs de Clairville, en de markies d'Armentières met Diana d'Aubigny.

Nadat de Sieur François zich aan den Regent had verklaard, had deze hem zijne ontmoeting met Diana verteld, hem in het geheim genomen van zijne kleine wraakoefening tegen d'Armentières, dien hij later met de voldoening van zijn dierbaarsten wensch vergoeden wilde, en had licht zijne toestemming gekregen tot de verhaasting van hetgeen toch besloten was: Diana's huwelijk met den markies. Het zijne was hij sinds lang met de barones overeengekomen; zij waren niet onverschillig voor elkaâr geweest, van de eerste kennismaking af, en toen François eens had gezegd: ‘Ik ben een burger,’ en zij had geantwoord: ‘en ik ben ook eene burgerlijke, en ook mij hebben ze vervolgd, was de band der overeenstemming snel tusschen hen geknoopt en dagelijks vaster geworden. François begreep op eenmaal, dat die vrouw hem liefhad, en dat hij nog weêr zou kunnen beminnen; en zelfs al had hij Athenaïs slechts kunnen achten, zou hij haar toch zijne hand geboden hebben. De prinses Orsini

[pagina 429]
[p. 429]

had, als laatste offer, een tweede huwelijk van hem geëischt. Zij had dat geëischt, om voor de wereld waarheid te maken, of ten minste tot een onoplosbaar vraagstuk, dat woord, dat zij eens aan Lodewijk XIV had gericht over François; ‘Pour mariée non!’ Zij had hem niet durven voorstellen, dat het zoude plaats hebben bij haar leven, maar zij had als voorwaarde van Diana's fortuin gesteld, dat het zou voltrokken worden, terstond na haren dood. Op het terugontvangen van haar trouwring, het bewijs dat zijn eerste huwelijk ontbonden was door den dood, zou François d'Aubigny terstond het tweede aangaan. De barones was in dit geheim.

Hare laatste seconde bewustzijn had de prinses Orsini gebruikt om Sainbertôt met het geheimzinnige teeken af te zenden, en om te bevelen, dat men haar afsterven zoolang mogelijk zoude geheim houden.

‘Ja! ja! die vrouw had karakter, ik heb er zoo iets van ondervonden,’ merkte de Hertog aan, toen François hem dit alles vertelde.

En nu - de vreugd schetsen van het jongste bruidspaar, dat zoo ongewacht en zoo snel tot hun hoogsten wensch was gekomen; van de dankbaarheid te vertellen, waarmeê de markies zich nederwierp aan de voeten van den Hertog, die hem ophief en omhelsde, tegelijk met Diana; die haar toen met zijn goedigen blik vroeg: ‘Zijt gij tevreden, mijn kind! over den Hertog van Orleans?’

‘Als geheel Frankrijk hem slechts kennen mocht, zooals ik, zouden allen het zijn,’ hernam zij.

De pastoor was niet weinig in zijn schik twee zulke huwelijken in te zegenen op hooger order.

En toen den volgenden morgen mijnheer François d'Aubigny de barones De Clairville aan zijne gasten voorstelde als zijne echtgenoot, en de markies zijn beminnelijk vrouwtje als de dochter van den gastheer, toen zeide de Nocé, die wat hoop gehad had op dien rang:

‘Ik meende, dat uwe Koninklijke Hoogheid die jonge dame had willen uithuwelijken aan den kapitein van de nieuwe garde des konings?’

[pagina 430]
[p. 430]

‘Nu ja,’ zeide de Hertog, ‘dat is ook zoo, dat is nù mijnheer d'Armentières! En wil ik u eens wat zeggen, de Nocé en gij allen, mijne heeren! van mijnheer den abt Dubois af, tot aan mijnheer François d'Aubigny toe, d'Armentières en ik ingesloten, hebben wij allen getracht door bedrog, door misleiding, door omwegen tot het doel te komen, dat wij ons hadden voorgesteld. Geen een van allen bereikt het, en wij verwarren de zaken zóó, dat wij er zelf niet meer weg in weten; daar komt een eenvoudig meisje, dat geene andere middelen gebruikt dan waarheid, natuurlijkheid en oprechtheid; en zij alleen weet de verwarring te doen ophouden, en te bewerken wat zij wenscht. Ik ben het preêken niet gewoon, mijne heeren! maakt u de toepassing zelf....’

Monseigneur! 't is niet verstandig, de uitzonderingen als regels te geven; en ik zou bij deze deugden een weinig voorzichtigheid voegen, als mevrouw de markiezin in de wereld moet verkeeren,’ zeide Dubois.

‘Ik wil het beproeven, voorzienige Heer!’ zeide Diana lachend; ‘slechts heb ik mij zoo goed bevonden bij den weg, mij door mijn vader gewezen, dat ik daarop in 't vervolg maar zal blijven voortgaan.’

Drie weken na deze voorvallen kreeg de Regent van Franrijk de officiëele mededeeling van den dood der prinses Orsini. ‘Ditmaal heeft ze dan toch d'Aubigny woord gehouden,’ dacht hij; ‘maar 't is ook.... omdat ze niet anders kon.’

In eene stad als Parijs, waar, onder zooveel afwisseling, alles zou schielijk oud wordt, was het huwelijk van d'Aubigny toen reeds een afgehandeld en vergeten praatje. Dit maakte ook, dat St. Simon zelf niet recht wist, hoe het er mede stond: ‘Il s'est marié avant ou peu de temps après la mort de la princesse des Ursins,’ zegt hij, en besluit daaruit, zooals de laatste het had gewild: dat de prinses en de écuyer niet getrouwd zijn geweest; wij vinden de conclusie wat gewaagd, doch laten ieder vrijheid tot de zijne.

Als kapitein van de garde, bracht d'Armentières het tot luitenant-generaal van de artillerie onder Lodewijk XV. François bleef met zijne echtgenoot Chanteloup bewonen, ontving er veel

[pagina 431]
[p. 431]

menschen, en ontving ze met genoegen, ontslagen als hij was van de belemmeringen, die zijn valsche toestand en de exceptioneele opvoeding van Diana veroorzaakten. Hij was zelfs zulk een aangenaam gastheer, dat de bezoeken op Chanteloup mode werden.... zeker ook een weinig, omdat de Regent was voorgegaan.


Vorige

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken