Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De vergeten soldaat (1981)

Informatie terzijde

Titelpagina van De vergeten soldaat
Afbeelding van De vergeten soldaatToon afbeelding van titelpagina van De vergeten soldaat

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.03 MB)

Scans (7.06 MB)

ebook (3.52 MB)

XML (0.19 MB)

tekstbestand






Illustrator

Reint de Jonge



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De vergeten soldaat

(1981)–Nanne Bosma–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 53]
[p. 53]

Hoofdstuk 10
Tegenstellingen

Ver van het militaire leven in Nieuwerbrug kon Jan zijn dag indelen zoals hem uitkwam.

Uniform en wapen verwaarloosde hij.

De polder was zijn voorraadschuur. In een van de vele verlaten boerderijen vond hij oude kleding, die hem veel gemakkelijker zat dan de uniform.

De gedachte, dat hij eigenlijk een dief was, kwam niet bij hem op. Mina maakte hem ook niet wijzer. Integendeel, ze ging een paar maal mee en roofde alles wat er van haar gading was. Voor de eigenaars maakte het niet veel verschil, want wat Jan en Mina lieten hangen werd wel door anderen gestolen. Ook stortten veel boerderijen in en dan was alles weg. De dagindeling van Jan kende slechts één vast punt: het bezoek van Mina van Etten. Ze kwam altijd in het begin van de middag. Ze bracht dan brood en haalde geitemelk en eieren. Ook hoorde ze Jan uit over wat hij in de boerderijen gezien had, als hij daar in de ochtend heen geweest was. Soms had ze vlees bij zich of kaas, máar meestal at Jan vis. Met een eenvoudig net ving hij elke dag zonder veel moeite een paar zeelten, een baars of een karper. Wat hij over hield, nam Mina mee. Jan vertrouwde helemaal op Mina. Hij deed precies wat ze zei en aanvaardde haar goede zorgen, zonder er ooit iets over te zeggen. Eigenlijk wist hij ook nauwelijks hoeveel ze voor hem deed. Dat ze sergeant Pauw zover kreeg, dat hij Jan helemaal aan zijn lot over liet, wist hij niet. Zijn nieuwe leven nam hem zo in beslag, dat hij vergat ooit soldaat geweest te zijn. Hij dacht wel vaak aan Marij, aan de molen en aan oom en tante. Hierover sprak hij niet met Mina, maar wel met Lodewijk. De verstandige kat scheen het allemaal best te begrijpen. Ze kneep nadenkend de ogen dicht en spon van genot terwijl Jan haar achter de kop krauwde.

Als het mooi weer was, ging Jan vroeg vissen. Lodewijk vond dat de mooiste tochtjes. Over het stille water gleden ze een eind de polder in en

[pagina 54]
[p. 54]

dan wierp Jan het net uit. Het was een klein kuilnet, dat aan een lange stok over boord ging en dan na enige tijd werd opgehaald. Bij het ophalen liep Lodewijk met een dikke staart onrustig heen en weer. Kleine visjes wierp Jan in de boot, waar de poes er wel raad mee wist. Grotere greep hij achter de kieuwen en tilde ze in een aparte kist. Na een paar uur vissen boomde Jan kalmpjes terug.

Bij de hut stookte hij het altijd zacht smeulende vuur op. Terwijl een pot water boven de vlammen hing, molk hij de geit en zocht de eieren die de kippen in de buurt legden. Daarna voerde hij de kippen, die zo begerig waren naar de volle graankorrels, dat ze zich zelfs niets van Lodewijk aantrokken. Lodewijk geeuwde eens met wijd-open bek, rolde zich op tot een balletje bij het vuur en sliep.

In het water dat intussen kookte, liet Jan een paar eieren glijden, die hij er na enige tijd met zijn lepel weer uit viste. Bij de gekookte eieren at hij hompen brood. Hij dronk geitemelk, terwijl in de pan de vis kookte. Soms zat hij dan een tijdje in de zon, of als het regende onder het zeil bij het vuur.

Meestal was er wel werk bij de hut: een muurtje opnieuw met modder bepleisteren, of vers stro voor de geit halen.

Van tijd tot tijd gooide hij hout op het vuur. Tegen de hut opgestapeld onder het zeil lag zijn voorraad. Nat hout droogde daar door de wind en door de warmte van het vuur. Als er nieuwe brandstof nodig was, wachtte Jan tot het vuur wat doofde. Dan stapte hij in de boot en ging er op uit om het in de polder te halen.

Zodra hij weg liep, was Lodewijk klaar wakker. Met deftig geheven staart volgde ze. Terwijl Jan met een krachtige duw de boot afzette, sprong Lodewijk van het rietnest voor in het bootje en bleef daar stil zitten.

In de boerderijen was op zolders en vlieringen nog genoeg te vinden. Als het niet regende kregen ze het hout mooi droog bij de hut. Dan liep het tegen twaalven, de vis was langzaam gaar gestoofd. Door het vuur nog eens flink op te stoken, werd het maaltje vis goed warm en even later at Jan de vis met stukken brood.

Tegen de tijd dat Mina kwam was alles op. Mina bekeek de hut en de keuken, stelde kort en zakelijk vast wat er nodig was en zorgde er voor dat het er kwam. Even zakelijk gaf ze Jan opdracht wat hij doen moest, eten

[pagina 55]
[p. 55]

zoeken in de polder, stro halen of hout voor haar eigen vuur. Als ze uit de korte zinnen van Jan begreep, dat er ergens iets bijzonders te halen viel, ging ze zelf mee de polder in. Dit waren de enige tochten waarbij Lodewijk niet mee wilde varen.

Als de marketentster er was, bleef de kat uit de buurt. Als er niets te doen was, zat Jan na het vertrek van Mina meestal in het rietnest. Uren kon hij hier door brengen, starend over het water. Soms vertelde hij er Lodewijk de verhalen die hij vroeger van zijn moeder hoorde. Meestal keek hij stil voor zich uit over de immense watervlakte. Hij kende alle boerderijen aan hun silhouet. Hij zag de toren en huizen van Zegveld en heel in de verte het Woerdens Verlaat. Een stil land, met weinig vogels. Overal water zover het oog reikte. Overal rust en vrede.

Terwijl Jan op een rustige zomeravond in het rietnest zat, klonk van ver over het water een rauwe kreet. Op een smal dijkje grepen soldaten van het Staatse leger de koopman Piet Renooi beet en bedreigden hem. De weerloze man werd met zijn hoofd onder water gehouden tot hij half gestikt wees waar in zijn kleine karretje zijn geld verstopt was. Daarna lieten ze hem gaan. Een officier keek lachend toe. ‘Je mag blij zijn dat we je zo laten lopen,’ riep hij de pijnlijk weghinkende koopman na. Deze antwoordde niet, maar duwde met verdubbelde kracht zijn kleine karretje voort. Hij had boter en kaas bij zich. Voor de nacht viel, moest hij de polder uit zien te komen.

Voorbij Kamerik zou hij de Fransen vinden en die betaalden goede prijzen. Even voorbij Zegveld werd hij opnieuw aangehouden. Een officier snauwde hem op barse toon toe, dat het verboden was voedsel uit Holland uit te voeren. De koopman knikte deemoedig, hij rommelde wat in zijn kleding en hield de officier een goudstuk voor, terwijl hij sluw opkeek naar de man te paard. De officier griste hem het goudstuk uit de hand, beet er op, knikte goedkeurend en gromde: ‘Voor twee van die muntjes mag je doorlopen.’ ‘Ik ben beroofd, ik ben een arme man, ik kan zoveel geld niet missen,’ jammerde de koopman. Ondertussen viste hij uit zijn voddige kleding behendig nog een goudstuk op, dat hij afgaf. Daarna kon hij verder trekken. Hij verdween in het duister van de nacht om in het gebied van de vijand te proberen terug te verdienen wat hem ontstolen was.

[pagina 56]
[p. 56]

Op het rietnest was Jan de verre kreet al vergeten. Hij ging naar de hut en haalde de geit binnen. Hij keek of de kippen er al waren en dekte het vuur af, dat tot de volgende ochtend zachtjes verder zou smeulen. Daarna sloot hij de deur en sliep rustig in, temidden van zijn beesten. Lodewijk likte zijn hals en spon behaaglijk in de warmte van de deken.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken