Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Armoede (1936)

Informatie terzijde

Titelpagina van Armoede
Afbeelding van ArmoedeToon afbeelding van titelpagina van Armoede

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.09 MB)

Scans (4.65 MB)

XML (0.91 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Armoede

(1936)–Ina Boudier-Bakker–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

XVI

Dinsdagmorgen had Bernard Paul naar Hogher-Heyden gebracht.

Paul was blij geweest dat Bert meeging. Hij had zich nu niet meer alleen vertrouwd, en hij begreep niet, hoe hij veertien dagen geleden nog heen en weer naar Ede had kunnen gaan als een gewoon mensch. Hij voelde zich een hulpelooze zieke, maar niets ontevreden. Een zalige, blanke rust lag over hem, zijn angst was weg. Hij bekommerde zich over niets, verlangde niets. Alleen had hij, toen hij in 't rijtuig zat, even een gevoel van deernis met zijn vader: de oude man stond op de stoep hem na te wuiven, de koude oostenwind woei het fijne, pluizige, witte haar op; uit zijn gezicht, pàarskouwelijk getrokken, zagen de blauwe oogjes verdrietig naar Paul. Met iets ongewoon vermoeids, neerslachtigs, keerde hij zich om, en ging het huis weer in.

- - - - - - - - - - - - - -

Toen Bernard een der volgende dagen om vijf uur in de Vondelstraat liep, dicht bij zijn huis, hoorde hij een vluggen voetstap achter zich, en zacht roepen: ‘Bernard!’

Hij keek om, zag Kitty Brugsma; zij had een kleur van 't harde loopen, haar haren woeien krullig los om haar hoofd.

‘Loop jij zoo achter me aan, dat had ik moeten weten,’ zei hij hartelijk - ‘kom even mee in huis.’

Ze aarzelde, had eigenlijk geen lust, maar hij drong, tot ze toegaf.

Ze gingen naar de huiskamer; hij schoof een fauteuil voor haar aan, belde om thee.

‘Ziezoo zieke, vertel nu maar eens wat je scheelt,’ lachte hij, met een blik van duidelijke bewondering voor haar mooi, frisch-gezond uiterlijk, ‘heb jij wel eens ooit een dokter noodig gehad?’

‘Neen - ja toch, als bakvisch, toen ik m'n maag overladen had aan taartjes, Lot, Ammy en ik, maar ik had er de meeste verorberd. Ik houd er niet eens een dokter op na.’

[pagina 165]
[p. 165]

‘En als je nu eens wat mankeerde?’

‘O, dan holde ik naar jou, jij zou me wel helpen.’

Ze lachten beiden.

‘Zeg Bert, maar ik draafde nu eigenlijk niet zoo achter je aan, om een kopje thee van je te krijgen.’

‘Niet? Wat beters soms?’

Ze lachte wel, maar hij zag: gedwongen, of ze over iets anders dacht.

‘Neen, ik hoorde van Amme, dat Paul ziek is - dat hij rust moet houden - nu wou ik maar eens weten hoe 't met hem was - -’

Ze deed haar best om 't zoo gewoontjes-weg te zeggen, maar hij hoorde haar adem kort gaan.

‘Tòch -’ dacht hij - ‘ik had toch gelijk.’

‘Paul is wat oververmoeid en slap op 't oogenblik, daarom vond ik 't beter, dat hij eens heelemaal rust nam - ik heb hem naar Hogher-Heyden gebracht.’

‘Naar Hogher-Heyden? is 't dan zoo erg?’

‘Neen niet erger, dan dat hij hier bleef, maar zoo wordt hij gauwer beter.’

‘O.’ Ze zweeg, keek hem aan met honderd vragen in haar gezicht.

‘'t Is niets ergs,’ herhaalde hij vriendelijk, ‘maar hij kon er toch niet mee doorloopen. Een soort uitputting.’

‘Hij zag er al lang slecht uit,’ zei ze.

‘Ja, maar hij wou nooit erkennen, dat hij wat had. Echt Paul.’

Ze knikte. Ze had nog zooveel willen weten, of hij daar nu alleen was op Hogher-Heyden, en het weende in haar, hoe graag zij hem nù zou verzorgd hebben en opgepast - -

En terwijl zij daar zat, zoo gezond en frisch, zoo vroolijk schijnbaar, brandde heviger dan ooit het verlangen in haar, leek alles in het leven haar waardeloos zonder hem.

‘Hoe gaat 't met je zang?’ vroeg Bernard, ‘hooren we je niet nog eens gauw?’

‘Neen,’ lachte ze, ‘volgenden winter misschien.’

Ze keek uit in de stille Vondelstraat, en dacht: ‘o, hoe dat zingen haar tegenstond! Dien avond was ze niet te boven gekomen, al haar plezier was er af. Ze ging ook niets vooruit, dat merkte ze best; tegenwoordig nam ze nu weer les bij Verleyen, maar hij was er zoo zelden, altijd op reis, concerten gevend, - 't gaf weinig op die manier.’

[pagina 166]
[p. 166]

‘Maar ophouden, dat ging ook niet, nu juist niet - neen, je moest maar doen of je nog vol moed was, 't heerlijk vondt-maar hoe lang nog zou dat zoo moeten voortduren?’

O doelloos - doelloos was het. Nutteloos vergingen haar jonge jaren - en waarom - waarvoor? Waarom kon ze niet de heillooze liefde voor een man, die nu eenmaal niets om haar gaf, uit zich scheuren? - Waarom kon ze niet houden van Albert Terwen? - Dat óók nog: sinds ze wist dat die van haar hield, en nog altijd maar de hoop niet wou opgeven, had ze ook dièn als vriend verloren.

Zou het toch niet beter zijn - beter dan dit?

Neen, 't ging niet, ze wist het. Dan maar niets, dàn maar-wachten. Ja, ze kòn 't niet laten altijd nog te hopen - nòg altijd had ze door alles heen dat sterke gevoel, of ze wachten moest - alleen maar wachten moest - -

‘In de Paaschvacantie ga ik een paar dagen naar Hogher-Heyden; ga je dan mee,’ zei Bernard, ‘dan vraag ik Ammy ook, kunnen jullie ons verlaten mannen wat opvroolijken; alleen Paul moet rustig blijven. Doortje houdt 's zomers toch altijd kamers klaar.’

Een oogenblik glansden haar oogen, zag zij voor zich als een heerlijk visioen; zij nog eens weer op Hogher-Heyden - met Paul. ‘Zou dàn niet - zou dàn niet ‘het oude’ willen terugkeeren tusschen hen?’

‘Kom, je doet het wel,’ zei Bernard haar weifeling bemerkend.

‘Zoù ik?’ zei ze meer tot zichzelf dan tegen hem, en hij hoorde den diepen klank van ontzaggelijk verlangen; verlangen - vrees - hoop: er was van alles in dat ‘zoù ik?’

Hij dacht: ‘Ze hoùdt van 'm - arme meid. Ze is als een open boek.’

‘Nu?’ vroeg hij zacht.

Ze stond op - nog weifelde zij.

‘Daar weer te zijn - met Paul - hem te zien den heelen dag - -’

Ze gaf Bernard een hand.

‘Ik weet niet,’ zei ze, ‘ik weet niet....’

Hij hield haar hand vast, zag haar goedig-hartelijk aan.

‘Ik zal 't nog wel schrijven, Bert.’

Te groot was de verleiding: ze was bang onder den invloed daarvan een besluit te nemen.

‘Nu doe dat dan maar.’

[pagina 167]
[p. 167]

Hij had medelijden met haar dapper strijden tegen zichzelf, medelijden omdat hij ieder tegelijk kon apprecieeren.

Kitty ging het stille Vondelpark in. Ze moèst even rustig denken. Zoù ze? Ja, was dat nu zoo erg, als je zelf eens een poging deed voor je geluk! Maar was 't geluk? Ze wist precies hoe 't gaan zou: in een roes van opgewonden verwachting erheen, en dan de ontgoocheling daar. En 't nawee, 't bitter bedenken: ik heb 'm nageloopen, voor niets - ik heb mezelf weggegooid.

Neen - ach neen. Als hij niet geheel uit zichzelf naar haar kwam was 't niets. Ze moest maar niet dikwijls voor zoo iets komen te staan, 't mocht haar eens een keer te sterk zijn.

Neen, alles was beter dan je te vergooien. Niet meer aan denken - zingen maar, zingen en les nemen en een gezicht zetten of je 't prettig vondt. O wàs ze maar een echt artiest, wie haar kunst boven alles ging. Ze kende wel zulken en ze benijdde hen. Bij haàr bleef 't bijzaak. O dat opschroeven, dat doen alsòf - hoe lang nog!

Waarom nam ze niet een flink besluit, en gaf dit heele zingen er aan! Waarom ging ze niet naar Deventer, in het vroolijke drukke huishouden van haar zuster, waar zij zoo welkom zou zijn, èn.... nuttig?

Ze kòn niet - om Amsterdam - om... Paul...


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken