Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Opperlandse taal- & letterkunde (1981)

Informatie terzijde

Titelpagina van Opperlandse taal- & letterkunde
Afbeelding van Opperlandse taal- & letterkundeToon afbeelding van titelpagina van Opperlandse taal- & letterkunde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.73 MB)

Scans (15.76 MB)

XML (0.84 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
sec - taalkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)
taalkunde/algemeen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Opperlandse taal- & letterkunde

(1981)–Hugo Brandt Corstius–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige
[pagina 188]
[p. 188]

Hoofdstuk 9 Epigram

90 Volgorde

Ligt Abcoude niet bij Afghanistan?
aabcefhilst

De zesentwintig letters zijn in de voorafgaande negen hoofdstukken aan alle kanten gemaltraiteerd, maar twee eigenschappen bleven nog ongebruikt: ze hebben een volgorde, en ze hebben een naam.

Je kunt de letters ordenen op klank, op vorm, op gebruiksfrequentie, en daarmee op een efficiënt toetsenbord, maar wij ordenen ze nu eenmaal op een volstrekt onlogische manier van a tot en met z. Alle talen met onze letters doen het net zo, en de talen met ongeveer dezelfde letters doen het ongeveer net zo.

Ook bij woorden is de volgorde van belang. Dat heet grammatika. Bij constructies van het type A en B staat die volgorde net zo vast als het abc; het mag niet B en A zijn.

M.C. Escher maakte een houtsnede ‘Dag en Nacht’ (1938). Tom Stoppard schreef een toneel stuk Night and Day (1978). Stoppards stuk heet bij ons Dag en nach, maar Eschers prent heet in Amerika ‘Day and Night’. Nu staal in die tekening de dag links en de nacht rechts, en bij het beschrijven van foto's en schilderijen is er voorkeur voor de volgorde van links naar rechts.

90b toont een nieuw soort beginlipogram: de woorden in de zin hoeven niet met dezelfde letter te beginnen, maar hun eerste letter wordt door het alfabet gegeven. Hoewel zesentwintig woorden een doodgewone zinslengte is, doen de voorbeelden vreemd aan. Zulke zinnen zijn uit de aard der zaak ook isogrammen.

De zesentwintig woorden in 90c voeren ons tot de paragraaf waarin de naam van de letter wordt gebruikt:

91 Letterrebussen

Dat schrijf je met de t van Van Nelle

Letters hebben namen, Zo'n naam bevat meestal de letter zelf, aan begin of eind, behalve in de ‘Griekse ij’, en je kan je ook de ‘korte ij’ en zelfs de ‘lange ei’ voorstellen.

In de echte kabbalistiek tel je niet de getalwaarden van de letters in een woord, maar de getalwaarden van de letters in de namen van de letters in een woord, bij elkaar op. Voor het Nederlands maakt dat weinig verschil.

Door de letters te gebruiken als plaatjes in een rebus, waar ze met hun naam moeten worden aangeduid (in gewone rebussen staan ook veel letters, maar daar wordt niet de naam mee bedoeld) kunnen we toch rebussen in dit boek opnemen (91 a en b).

De letter t klinkt niet alleen bij ons, maar ook in veel andere talen als de drank thee. In het Frans wordt hij altijd in de constructie ‘sans t’ begrapt. De twee letters ID zijn in Nederlands, Duits, Engels en Frans het respectieve woord voor ‘idee’.

In de oorlog was populair: AH xit ffff zzzzz, wat op een cryptoscheldpartij leek tegen de man die het in 87b al zo te verduren had. Maar het betekent slechts: ‘Aha, ik zie thee! Effen zetten!’

Andersom spelde Remco Campert in Tjeempie! Of Liesje in Luilekkerland een drie-letterwoord als: ‘Essay Iks’.

Ivans en Havank zijn gedeeltelijk letternaampseudoniemen. Frederik van Eeden had als pseudoniem Lieven Nijland, en maakte daar het tweedegraads letternaampseudoniem Ellen van.

De letternamen zijn, door de telefoon, niet duidelijk genoeg. Vandaar internationale afspraken hoe elke letter aangeduid moet worden, die niemand kent. Zojuist, het is nu 26 augustus 1979, hoorde ik op de vpro-televisie Piet Schreuders zijn naam in Amerika spellen met ‘D of divorce’, ondertiteld als ‘E van Echtscheiding’.

[pagina 189]
[p. 189]

90a Gordevol

Moeder en vader. Zoon en vader. Meisjes en jongens. Vrouw-Man-maatschappij. Hermien en Gert. Serge en Saskia. Andres en Sandra. Slecht en goed. Koud en warm. Blauw en bont. Dun en dik. Nacht en dag. Boog en pijl. Tak-tik. Olieverversen en doorsmeren. Drinken en eten. Melk en suiker. Thee en koffie. Peren en appels. Vuur en water. Licht en gas. Katten en honden. Hond en kat. Geschiedenis en aardrijkskunde. Schande en schade. Neer en op. Keizer en Cruijff. Janssens en Janssen. Portugal en Spanje. Handelsblad-nrc. Nu en hier. Rijk en Johnny. Snap en Snip. Muyselaar en Walden. Hardy en Laurel. De Dunne en de Dikke. Wim en Kees. Kees van Kooten en Wim de Bie. Nebel und Nacht. Roll and rock. Jim et Jules. Duits, Engels en Frans. Dans, zang en muziek. Oor, neus en keel. Noorwegen, Finland en Zweden. Rood, blauw en wit. Te water, in de lucht en te land. De vader, de heilige geest, en de zoon. Kaas, eieren en boter.

 

Dat kan allemaal niet. Sommigen doen zelfs pijn aan je verstand. Waarom? Ik kan er niet veel lijn in ontdekken. Het goede en het grote staan meestal voorop. Als er een man en een vrouw is staat dus de man voorop, zelfs bij Man-Vrouw-Maatschappij. Alleen sommige zangduo's zetten Saskia of Sandra voorop. Dag en nacht en pijl en boog zijn in het Engels night and day en bow and arrow, dus erg logisch kan het systeem niet wezen. Waarom is het honden en katten, maar leven als kat en hond? Het merkwaardigste zijn de komische duo's; Johnny en Rijk en Walden en Muyselaar: de grootste gek lijkt voorop te staan. Maar Snip en Snap zijn net andersom! Met alleen voornamen zegt iedereen Kees en Wim, maar met de achternaam erbij zijn het Wim de Bie en Kees van Kooten. (Stan) Laurel en (Oliver) Hardy heten in het Nederlands de Dikke en de Dunne. In Joegoslavië zijn het Olio i Stanlio.

90b Alfabetische zinnen

Aangezien beider chanson de eerste februari goed had ingeslagen, juichte klarinettist Louis: ‘Mooi, nu op partijtjes quelen. Richard, songs tellen uiteraard voor waardeloze xylofoons ijzig zuinig!’

 

Algebra baart constant de eerste fase geweldige hoofdpijn, inzoverre jongens klakkeloos leuteren, maar naarstig oplettende puzzelaars - qua rekenkunst schrander - tonen uitermate veel wetenschappelijke x + y-zaken.

 

Al blijven citrusvruchten duur eersterangs fruit, grote huizen importeren jaarlijks kolossale ladingen meestal nooit overjarige peperdure quantum, ruikende steevast tot uw verrukking, waartegen Xantippes ijveren zowaar.

 

Aangezien bedoelde commissie door een fout geen hoger inkomengrens jegens kleine luiden met normale omzetten propageerde, quadrilleerden rechtsgeleerden schijnbaar treuzelend uit verveling; wonderlijke xenofilie; ijzige zelfverzekerdheid.

 

Acht boosaardige centauren doen een fel gehinnik horen, in jammerend koor luid misbarend, nemend ongelooflijke paardesprongen, quasi razend steigerend; treffend utopisch vertonend wonderlijke xanthinekleuren: ijzingwekkend zwavelgeel!

 

Als behaarde chimpansees door een fantastisch gelukkig huwelijk idyllische jongen krijgen, laat ma na over pa's quotum ruzieachtige stekeligheden te uiten, vermits wederzijdse x-chromosomen ijverig zijn.

 

Alle Benficaspelers concludeerden dat elf Feijenoorders geen houterige imbeciele Jan Klaassens leken maar nijvere, ongeëvenaarde, prettige qualitatief rustige spelers, tegelijk uitstekende voetballers wier x-benen ijverig zwoegden.

[pagina 190]
[p. 190]

90c Alfabet rebus
Ingeborg von Eugen

Avond
Bde
Csar
Dgelijk
Eventjes
Ffusie
Gven
Hperen
Ider
Jzus
Kpen
Llende
Mmeren
Nteren
Openen
Pgel
Qbiek
Rbij
Skader
Tgen
Uren
Vte
Wver
Xbenen
IJveren
Zten
1drachtig
2spalt
3kleur
4endelen
5ling
6daagse
7klapper
8erhoek
9oog
10gemeten
11tal
12uurtje

90d Wie a zegt moet b zeggen

Het is weinig bekend dat de klm een rol heeft gespeeld bij de inpoldering van de Noordoostpolder. Waterstaat had de n.o.p. in quadranten verdeeld, en had van de klm de ph-oei gehuurd om de hele dag boven de denkbeeldige lijnen te vliegen, zodat de werkers beneden zich oriënteren konden. Voor de piloten was dit saai werk. Vooral de legendarische ex-Rus Smirnoff had de pest aan het quadrantje vliegen. Hij vloog liever op Goudkust of South Carolina, of, zoals hij zelf zou zeggen ‘Gdkust en Sth Carolina’ want Smirnoff kon de ou niet uitspreken.

Van Flip Gortzak, die in die jaren de financieel gemachtigde van de klm op het vliegveld Eelde was, de thuishaven van de n.o.p.-piloten, hoorde ik daar een mooi verhaal over. F.G., zoals iedereen hem noemde vanwege zijn initialen, zijn beroep, en zijn voorliefde voor florijnen en guldens, had tegen Smirnoff gezegd dat Plesman van plan was om een zelfde dienst te gaan verlenen boven de werkzaamheden aan het Amsterdam-Rijn-kanaal bij Abcoude. Smirnoff reageerde daarop met; ‘Als boven Abcde, F.G., hij klm n.o.p.-quadranten laat vliegen, dan ga ik terug naar Mosk.’ ‘Wat zeg je nu?’ vroeg F.G. en Smirnoff herhaalde: ‘Als boven Abcde, F.G., hij klm n.o.p.-quadranten laat vliegen, dan ga ik terug naar Mosk.’

91a Een plaatje van een ree die een bus trekt

WIJ schrijven Nederlands, met Nederlandse letters. In China, dat weten jullie wel, daar schrijven ze Chinees. Ze willen daar nu onze zesentwintig letters gaan gebruiken. Mao Tse Tung is dood, leve Mau Zedong. Ze vinden, die Chinezen, dat we Peking voortaan Beidjing moeten noemen, maar daar komt niets van in. Peking heet nu eenmaal Peking zoals Parijs Parijs, Turijn Turijn, Berlijn Berlijn, Milaan Milaan, Lissabon Lissabon en Kopenhagen Kopenhagen heet. Een beetje grote stad krijgt van ons een eigen Nederlandse naam, en hoe de inwoners van zo'n stad het zelf uitspreken doet niet ter zake, want met hen spreken wij niet.

Toen de oude Romein zijn Wet van de Remmende Voorsprong (Londen had als eerste gaslicht, en daarom pas laat elektrisch licht) formuleerde, verzuimde hij helaas om die wet ook op zichzelf toe te passen. Want dan had hij de Tweede Wet van Romein kunnen vinden. Deze luidt:

Op het moment dat A toch maar besluit om het betere systeem van B over te nemen, zal B er juist toe gaan neigen om het systeem van A te adopteren.

Het beste voorbeeld van de Tweede Wet vormt het verpleegstersuniform. In de eerste helft van deze eeuw bestond dat uit een zedig schort met zwarte kousen. Tegen die zwarte kousen is jaren felle strijd gestreden. Net op het moment dat de victorie was binnengehaald, kwamen de zwarte kousen als pikant been-

[pagina 191]
[p. 191]

kleedsel in de mode. Menig zustertje dat voorheen in haar tas een paar blanke kousen meenam om die na dienst aan te trekken, vervoert daar nu een paar zwarte kousen in mede.

De strijd werd nu gericht op de roklengte. In 1970 - weet u het nog, dames, dat gymnastiekbroekje; en weet u het nog, heren, de ‘hot pant’? - werd de roklengte niet meer opgegeven in het aantal centimeters onder of boven de knie, maar in het aantal millimeters onder de beenkruising. De verpleegsters wonnen: hun schortjurkje reikt thans tot op een derde der dij, en als zij zich bukken geven zij een anatomische les, waar Tulp bij zou verbleken. Intussen is volgens de Tweede Romeinse Wet, de zoom van het onverplegend personeel gezakt als de dollar. Hij bevindt zich nu tussen knie en enkel.

Een andere illustratie van de Wet van Systeemuitwisseling zou men kunnen zoeken en vinden in het feit dat een land, dat als republiek wereldvermaard werd, in een tijd dat overal de kronen kraakten, besloot om op niets af een koning te nemen, maar over dat onderwerp leest u elders genoeg, en wij achten ons niet geheel onbevooroordeeld.

De Tweede Wet verordonneert dat op het moment dat de Chinezen onze zesentwintig letters nemen, wij dezelfde letters zullen loslaten.

Het was al lang gebruik om op een boek dat ‘Een vlucht regenwulpen’ heet, een vlucht regenwulpen af te beelden als een dubbele garantie dat de koper niet met een vlucht sneeuwkoninkjes thuiskwam.

Maar wat zagen wij hedenmiddag in de toonzaal van een boekenwinkel? Er zat een banderolle om die vlucht regenwulpen met de inscriptie ‘Bekroond met de J. Greshoffprijs’, maar de vijf letters ‘kroon’ waren vervangen door de tekening van een liggend kroontje. Bij de volgende druk zullen we het nog mogen beleven dat de auteur van de regenwulpen wordt aangegeven als Maarten 't ❤. Om het tekeningetje dat de vorige zin besloot te laten aanbrengen, moesten wij een brief naar de drukker van dit boek zenden, die de lengte van dit artikeltje benadert.

Daar zijn wij op het zwakke punt aangeland van de poging om in tekeningen te schrijven (voor de goede orde: de Chinezen doen dat ook niet, maar wij denken dat zij dit wel doen, en het is dus het tekeningensysteem dat wij zullen adopteren). Er is zeker veel vóór te zeggen. Zo wordt het schelden aanzienlijk verbeterd als het bestaat uit het aanbrengen van krassen op de foto der scheldeling, zodat deze langzaam onzichtbaar wordt. Maar er is een gewichtig ding tegen: het drukproces wordt te omslachtig.

Vandaar mijn voorstel om slechts zesentwintig plaatjes toe te staan voor de rebi waarin wij voortaan zullen schrijven. Als zesentwintig basisplaatjes kiezen wij natuurlijk de zesentwintig lettervormen.

U kent de beladen zin ‘Emma zet thee’ uit Polls ongebanderolleerde ‘Emma Kwartier’. Deze zin wordt in pseudo-Chinees opgeschreven als ‘MAZT’. Ook u kent de schrijfwijze OQ. Uit het rapport van een studiecommissie over de afschaffing der schrijftaal op de lagere school dat nog geheim is, maar dat wij krachtens onze functie mochten inzien, lichten wij nog de zin ‘Xibaahp’ die staat voor het wijdlopige ‘Ik zie Bea's Haagse Post’. En uit het meesterwerk ‘Leed... Vermaak’ van Piet Burger lichten wij nog deze twee vondsten: KZK (kaasomzet) en XO (keerkring).

Men kan ook de cijfers er nog bij nemen, zodat het oeroude ‘777’ mogelijk wordt, misgaders het minder bekende zinnetje ‘12 dwergen en 1 11je 4den feest 8er een 100eden geen mensen mee’.

Curieust vinden wij om de getalnamen slechts indirect in de rebus te betrekken, zoals in de vraag die bij ons laatste voorbeeld aansluit: ‘Waarom dendendenden ze feest rrrrrrrr een hond?’

91b De rebus niets dan goeds

WIJ hebben het geweten! Tassen vol post kwam de post door de sneeuw, genant want afstand, naar onze bus brengen. Onze Copia Reborum is tot 1984 gevuld. Hoewel de opzet juist was om met de gewone drukpers uw rebussen weer te geven, gebruikte u toch weer scheve, omgekeerde, cursieve, griekse, gotische

[pagina 192]
[p. 192]

92 Opsterlands

Doe kaam it ynienen by him op, dat se har allegeare mei de mûle sa skoan rede koene, mar dat it op 't papier wie fan homar. opsterl. bode

Nederlands staat tot Opperlands als Opperlands tot Opsterlands. De Opsterlander neemt een loopje met het Opperlands. Hij doet dat door het gram in het kwadraat, door parodie, of door het bijna-goed-verschijnsel.

Op een aantal plaatsen heb ik een gram in het kwadraat laten zien, zoals het elegendige palindroom. Een verfijning hiervan is om aanvankelijk de indruk te wekken dat je het ene gram maakt (bijvoorbeeld een e-legende) en dat er ineens een storing komt (de letter a), waarna het een ander gram (een palindroom) blijkt te wezen.

Ideaal lijkt mij een doelverhaal, waarbij de lezer denkt: ‘de schrijver gaat daar-en-daar op af’, en bedrogen wordt.

De parodie zagen we bij de palindromen die samen het versleten ‘mooie zeden in Ede zei oom’ doen verbleken van schaamte.

De keerwoorden ‘Grebbeberg’, ‘Sèvres-servies’, ‘paaschschaap’ zijn net-niet-goed. Dubieuze gevallen als ‘tongg'not’ zijn interessanter dan keerwoorden als ‘pap’ of ‘paap’.

Opperlands ontstaat waar men de mazen van het Nederlands tracht te ontzwemmen. Opsterlands kan pas ontstaan als het boek, waarvan ik nu de laatste loodjes tik, is verschenen.

93 Echt gevonden

Schandalig verwaarloosd in dit boek is het genre van de ontdekking van een Opperlandse parel in een Nederlandse oesterschaal. Het is razend moeilijk om een bepaald Opperlands verschijnsel in gewoon proza te signaleren. Dat komt door de vervloekte eigenschap van gewoon proza dat je het om de betekenis leest, hoe onbenullig die meestal ook is. Zelfs een simpele opdracht als ‘tel het aantel e's op deze bladzij’ is voor iemand die de taal kent, nauwelijks uitvoerbaar. We zullen er een computer voor moeten huren. Des te meer eerbied voor wie bij Vestdijk (schrijver van De kellner en de levenden) het woord ‘prachtsymboliek’ als isogram wist te spotten.

Er is nog nooit van Beatrijs tot Beatrix een naïef-Nederlandse volzin gevonden die een palindroom was! In buitenlandse literaturen is het aanwijzen van rijmende of ritmende stukken in proza een oude en aardige traditie - bij ons ken ik er niet één voorbeeld van. Ook hier geldt dat een Opperlandse opvoeding vereist is, alvorens Opperlandse wonderen in echtnaïef Nederlandse geschriften ontdekt kunnen worden.

94 Fossielen en dooddoeners

As is verbrande turf
Wat? Zwarte kat

Het lijkt of het Opperlands schatplichtig is aan en parasiterend op de Nederlandse taal. Maar omgekeerd vallen er ook Opperlandse vruchten in de Nederlandse taaltuin. Het combinatiegram ‘plotsklaps’ is gewoon Nederlands aan het worden. Duizenden uitdrukkingen die eens door duizenden spirituele gebruikers van de Nederlandse taal gesmeed werden zijn nu platgewalst.

Elk van de door Inez van Eijk verzamelde dooddoeners is op zich beschouwd prachtig. Maar hun eindeloze opsomming, en de wetenschap dat wie ze gebruikt, ze niet heeft bedacht, stemt treurig. Er zijn mensen die werkelijk menen dat het ‘in Como liggen’ en ‘accoustiek’ is, in plaats van ‘coma’ en ‘artistiek’. En soms weet ik het zelf ook niet meer. Wat is ‘voor de volle achttien procent’?

Al eerder wees ik erop dat de zogenaamde volksetymologie minder vaak gebaseerd is op taalkundige onwetendheid dan op Opperlandse baldadigheid. ‘Peterolie’ (toevallig ook nog de juiste etymologie) klinkt aardiger dan ‘petroleum’.

U klaagt wel over de ‘clichés’ waarin iemand zich uitdrukt. Maar vergeet niet dat elk woord een cliché is. Alleen de Opperlandse lamp kan zo'n cliché in een nieuw licht zetten.

Spreek gerust in clichés, ze zijn ervoor. Maar kijk er ook eens naar, en word zo Opperlander.

[pagina 193]
[p. 193]


illustratie

en gekantelde letters, vaak ook nog in een Ostaijaanse schikking.

De oplossingen, alsmede de bekroonde inzenders, vindt u omgekeerd er bij afgedrukt. U weet toch hoe die traditie is ontstaan om oplossingen omgekeerd af te drukken? Bij de allereerste krant, uit 1492, luidde de kop ‘Wattister ghebeurt?’ en het antwoord op die vraag werd omgekeerd afgedrukt. Bij de kranteverkoper las men alleen de vraag, maar wie het antwoord wou weten moest de courant zelf aanschaffen. Later werd het dagbladzegel ingevoerd, een belasting op de oppervlakte van een krant, en toen werd, om de prijs laag te houden, de steeds weerkerende kop van de krant erafgeknipt. De pagina die u nu leest houdt u dus eigenlijk op zijn kop. Houdt u hem normaal dan leest u de opgeloste rebussen.

 

oplossingen

(a) Beestachtig / Elfen paren tussen tien en twaalf. (C.W.F. Kort)
(b) Wees wijs, wacht u voor uw naaste: hij's een nul. (V.B.)
(c) O jezes! Duys en Dries etteren en emmeren nu getweeën eeuwen achtereen. (P.v. Hoek)
(d) Een tiener is een fenomeen, een fenix. (Mevr. Hoffmann)
(e) Jeetje, dee Cees twee eitjes uit je behaatje? (Mevr. Piso)
(f) Ministersplicht: onderste steen boven. (W.v.d. Wal)
(g) Een eende-idee. / Een eend deed twee der tien eendeeieren vijftig ellen achter een eendevijver zetten. (Nel Weggelaar)
(h) Een meneer liep op en neer /door het grotestadsverkeer / Intussen was hij aan 't zingen / Ik ben op weg naar Scheveningen / Stop meneer, U gaat verkeerd / 't is hoog tijd dat g'U bekeert / Alleen doorlopend zult u komen / Aan de haven uwer dromen. (W.H. Overbeek)
(i) Kruiswoordraadsel: wees, aas, Ellen, Essen. (F.v.d. Harst)
[pagina 194]
[p. 194]

95 Wensen

Eén wijze kan meer vragen dan duizend dwazen kunnen beantwoorden.
erasmus in brief aan j. battus, 10-1-1503.

Ik heb in dit boek het Opperlandse kunstbezit willen vastleggen, en alleen als er gaatjes waren die eenvoudig te vullen waren, heb ik dat geplombeerd.

Er blijft nog veel te wensen over. Drie wensen wil ik uitschrijven, waarbij de laatste de mogelijkheid voor het doen van nieuwe wensen insluit.

Mijn eerste wens betreft paragraaf 77. Daar moet nog veel meer in zitten, en ik zou willen dat u over het parallellogram diep nadacht.

Mijn tweede wens is dat de vooruitgang in het Opperlands niet zal gebeuren door het steeds mooier invullen van oude procédés, maar door het uitvinden van nieuwe procédés. In de volgende druk, van 1991, moeten niet alle paragrafen tweemaal zo dik zijn, maar moeten er tweemaal zoveel paragrafen zijn.

Ik geef een voorbeeld van een nieuw procédé: het ‘ritsgram’. Goede voorbeelden daarvan heb ik dus niet.

Een ritsgram is een rij grammen die samen een bovengram vormen, maar waarvan de oneven exemplaren achter elkaar gezet óók een bovengram vormen, en de evengenummerde grammen eveneens.

Zijn de grammen letters, en vormen ze samen een woord, dan is het te gemakkelijk.

Zijn de grammen letters, en is het bovengram een zin, dan heb ik vier voorbeelden (95a), die, en dat tekent hun zwakte, uitleg behoeven.

Zijn de grammen woorden, dan staat hier het enige mij bekende voorbeeld. In modern toneel hoort men wel eens twee mensen door elkaar heen praten, maar dat levert samen zelden een geslaagde zin op.

 

....................

Het goed was bij Jan zijn vader; is die meegenomen, agent?
Het was Jan, vader, die agent.
Goed bij zijn is meegenomen.

....................

 

Zijn de grammen kranteregels, dan is er in 95b weer één voorbeeld.

In de Vaderlandse literatuur zijn een aantal voorbeelden waarin de grammen versregels zijn. In het opgenomen gedicht van C. Tuinman is de linkerhelft vóór, en de rechterhelft tegen het pausdom, terwijl het geheel ook tegen is.

Gold voor dubbelgram en palingram: ‘twee halen, één betalen’, voor het ritsgram geldt: ‘drie halen, één betalen’. Een nog gunstiger verhouding tussen de uitgave van letters en de ontvangst aan boodschappen, zie ik niet verschijnen.

Mijn derde wens is dat er een stoet van Opperlandse publikaties komt. Nodig zijn allereerst deze drie:

Een Opperlands Woordenboek, waarin je kunt opzoeken wat ook al weer het bijzondere van het woord ‘bijzonder’ was, en of een bepaalde bijzonderheid al eerder was ontdekt. Voor de meeste Nederlanders bevatte dat woordenboek de woorden ‘angstschreeuw’, ‘Lord’ en misschien ‘zoeven’. Dit boek voegt er een paar duizend woorden aan toe. Uiteindelijk moet het Opperlandse woordenboek boven Van Dale uitgroeien.

Een boek met alle palindromen in alle talen. Dan pas wordt vergelijkende palindromiek mogelijk: is het in de ene taal makkelijker dan in de andere? Zijn palindromen te vertalen? Zijn er gemeenschappelijke handigheidjes?

Van Dale door de computer gedraaid. Alle woorden van de Nederlandse taal getest op ana-, palin-, homo- en heterogrammatikaliteit. Er zullen dan zeker vondsten worden gedaan die niet in dit boek staan, waar we immers principieel geen computer bij gebruikten; maar ook het omgekeerde is waar.

Wanhoop niet. Toen omstreeks 1100 met het Nederlands werd begonnen, zag het er ook niet naar uit dat miljoenen mensen die taal eens zouden lezen en schrijven, en dat er wereldliteratuur in zou verschijnen. Voor het Opperlands is ook een gouden toekomst weggelegd.

Over tien jaar verschijnt de derde, aangevulde en herziene, druk van dit boek. Tot dan!

[pagina 195]
[p. 195]

95a Ritsen
Roemer Visscher en Piet Burger

(Stien en ik praten over de vraag of Eva of Seth een slang doodde):

‘Goed, Eef overreed een adder’. ‘Nee, Stien, net nog at Seth hem’.

(Gestoorde palaeontoloog:)     ‘O, de oereenden eten toast, hm’.

(Overspannen pacifist:)          ‘Geef vrede-adres in engte, hé’.

 

(Huisvader aarzelt tussen dessert en oppas):

‘Ik, satraaptoetje? Oey, kijk 'es: oppas bloost!’

(Verliefde apotheker:)          ‘Is 't apoteekje op slot?’

(Zoon van Dick Bos:)          ‘Karate joy? Iks, pa Bos!’

 

(Aanzetten tot medeplichtigheid van inwoner van Togo):

‘Een regel nam men nog. U steelt mee: 'n eg, Togoër’.

(Verdrietige eter:)               ‘Erg lam nou, 't eten goor’.

(Deftige scheikundeleraar:)     ‘En een mengsel meet ge’.



illustratie

De reine deerne blijer: die ent: Drie ereleden, één den bij riet.

Wie slaat al naast? Sla Et teer: Welaan atlete, is Atlas sater?

95b 1, 2, 3

Albeda heeft 't kabinet gelijmd en Den Uyl heeft hem aardig
verlakt. Daar zijn we allen erg blij om. Die V.A.D. viel nogal
mee. Maar het lag natuurlijk vooral zwaar op de maag van de anti-
revolutionair Aantjes die van de sym- pathieke vicepremier - zijn dia-
bolische en onzinnige uitspraken ge- logen tegen de televisie die ont-
daan over abortus voor maagden, ont- dekte dat de man volkomen
bloot was. En toen dit artikel getikt was, vormde het
fijn op drie verschillende manieren - toppunt
van leestechniek - een stukje!  

Anti-christendom
Tuinman

De roomsche kerk is wis, Vol dwinglandij en list
Daar Christus zetel is, Heerscht nu de tegenchrist,
De paus op zijnen troon Met stedehouders macht,
Vertoont Gods eigen zoon, Wordt hij als God geacht,
Men knielt en kust zijn voet, Die 's keizers nek betrad.
Wijl elk hem hulden moet. Wat hovaardij is dat?
Die ketters zijn verklaard? 't Is tegen 's Heeren woord
Verdelgt zijn vuur en zwaard. Maar wacht, God ziet en hoort!

[pagina 196]
[p. 196]

96 Bronnen

Ik vermeld hier de bronnen voor zover ik ze ken. Als er alleen een naam staat betreft het een bijdrage in een brief aan mij.

Bronnen Letterkunde

02aa6, 12-5-79
03aa7
06ba3, 31-7-76
06cHollands Maandblad, december 1966
06dKousbroek in a16
06ePropria Cures, 4-5-57
11aDes Amorie van der Hoeven in a1
11ba16
11cC.H. Bos-Everts in a20
11dGroenbeek Kruiming in a17
11eVan Lennep in a1
11fEverts a16
11gMulier a17
11iJongeneel, Nieuwe Rotterdamse Courant, 17-1-25 en 3-6-71
11jBreemen in a5
11la16
11oBosscha in a1
11pa16
11qWoerkom in Het Vrije Volk, 6-3-71
11rP. Grijs in Zinnig tuig
11ua17
11va11
11ijBreemen in a5
12aKousbroek a16
12ba3 12-2-77
13bVan Caldenborgh in a20
13cen 13d Burger
13ra18
13sa15
14aa6
14bj17
14cBurger
15bdklmpvwuit b6
15ca11
15dPiet Grijs, A is een letter
15ka11
15lMulier in a17
15men 15s a11
15vVerschuyl
15wVan den Berghe
15zBurger
16aG. van Gelder
16bDrs. P. in a20
16ca6 2-12-78
16dBos
16eVondel in b12
17aa6 26-8-78, 30-9-78, 7-10-78
17bVan Caldenborgh
17cVerschuyl
18aHet Parool, 21-1-78 en a16
18enrc-Handelsblad, 23-1-78
12ba6 30-6-79
22cBurger
22dRoemer Visscher
24aa6 1979
25Burger
26Burger (26c a20)
27aBurger
30aa12
31aRoemer Visscher
31bDrs. Bert v. Hanecoot in Propria Cures, 27-11-76
31cRoemer Visscher in a17
32aVereende krachten
32fE. Werkman in Het Parool
33ade ‘parkietjes’ uit Mandril, 1947
35aa6 7-79
35eRotterdams Nieuwsblad, 28-4-77
37Burger
39aG. Komrij, nrc-Handelsblad, 31-1-79
39ba6 18-11-78
39cBattus, De Encyclopedie
39dj19
39eb8
39fa3 18-11-78
40aa6 10-5-79
40ba6 later in 1979
41aa16
41een 43e Het Parool
44aa16, a17
44bSimplistisch Verbond, 24-9-78, Nederland 1
44cBurger
48aj17
50aa3 9-4-77
50bRaoul Chapkis in Barbarber, 1963
50ch2, h3
51ch3
51lH. de Flines in b12
52aa6 18-1-78
52bBurger
52ch3
52dH. Brandt Corstius in Informatie, maart 1971
52ea3 14-1-78
53aa6 9-6-79
53bKrol in a20
53ch3
[pagina 197]
[p. 197]
54bKrol in a16
55aa6 25-8-79
55bKrol in a20
55dj18
56aJ. Spier in a17
58aJ. Revius in b12
58ba3 28-10-78
58cBurger
58dpersoonlijke mededeling drs. Van Buren
58fUit den Boogaard in a17
59aa17
59bP. Verstegen e.a.
61aa6 17-3-79
62aa6 3-3-79
63aa17, a10
63ba17
64aRenkema in a17
64ba6 7-7-79
64cBurger
65aa6 29-7-78
66ba6 12-79
69aa6 31-3-79
70ab7
71aa6 12-8-78
71ba6 9-9-78
72aa6 2-6-79
72bo.a. Roemer Visscher en Schippers
73aa6 8-7-78
77aj17
77bBurger
78aa3 20-1-79
79aa6 20-1-79
79bVormaat
80aa12
81aa6 28-4-79
82aBlokker in de Volkskrant, 17-4-71
83aa6, a8
84aa12, 7-4-79
84bj19
84cLama in Propria Cures, 1957
85aa6 14-4-79
85bj18
86aa6 21-4-79
86ba6 5-8-78
87aAlgemeen Handelsblad, 1970
87bG.L. van Lennep in nrc-Handelsblad, 6 en 20-10-79
90aj18
90bOnze Taal, mei 1963
90cVon Eugen in a17
90da17
91aa6 16-12-78
91ba6 13-1-79
95Burger, Roemer Visscher, Tuinman (1728) in b12

Bronnen taalkunde

00citaat Gardner in e2, Le Lionnais in f2, Van Lennep in a1.
03Opperlandse bulletins in 1976, 1977, 1978, 1979: a16, a20, a17, a2. Kousbroek-Queneau a13. Inez van Eijk b9. Van Buren a6.
11Kousbroek b11 (6-3-71 en 29-5-71); Frese a7. Breemen a5. Uklucht met Rus uit a11.
12b11 (5-6-71).
13Kronkel in Parool, 21-3-78. Scharp a15. over Scharp j10. r-lipotraditie d3. Bilderdijk a18.
15Verkijk-Hemert j11. Kerdijk a11 (volgens uitgever: 1944). Gezelle b6.
17Duits record d5.
2b11 (5-6-71), b1.
21Over Becanus: Hermeneus, januari 1972.
23Vrij Nederland, 16-6-79.
25Borsselen a4. Kousbroek a12 (7-8-78). Kluyver i7. Natuur en Techniek b15. Parool, april 1973. Guiraud f1.
27Drs.P. b16.
29b2 geeft dop-zoz.
30b11 (12-6-71).
31Hersenbreker h6, kabbalistiek j16.
35b18, Hanlo a9.
56Welling b17.
57b3, b4.
58b11 (1-12-71).
60Bloem in Vrij Nederland, 16-12-78.
65Bernlef in j4, Buddingh' in b4.
66Blokker in de Volkskrant, 13-2-72, Koot in Haagse Post, 30-6-79.
70Kunststukjes b13, Beijk b12, Duijzer b7.
76Hermans in Paranoia.
81Scientific American, February 1977.
88Duitse zin d1, Belgisch b6, IJmuidens j9, Mulisch: De Verteller. Hooft uit b12. Over zwartmaken van letters: b11 (12-6-71).
89Hanlo, Hermans, Hiddema; Van Kooten en De Bie, Koolhaas, Krol.
91Kabbalistiek j16.
92Haast goed: b8.
[pagina 198]
[p. 198]

97 Bibliografie

De bibliografie is verdeeld in tien delen, ieder voorzien van een letter.

a- primair: Opperlandse letterkunde
b- secundair Opperlands; taalkunde en geschiedenis
c- Recreational Linguistics in het algemeen. Speciale talen:
d- Duits
e- Engels
f- Frans
g- andere talen
h- hulpmiddelen voor Opperlands
i- vindplaatsen van Opperlandse vondsten in Nederlands
j- andere gebruikte publikaties

a Primair: opperlandse letterkunde

a1A-saga, E-legende, O-sprook, Amsterdam, 1879.
a2Battus, ‘Spreekt u Opperlands?’, Margriet 3-8-79.
a3Battus, Vrij Nederland.
a4Ph. van Borsselen, Den Binckhorst, Amsterdam, 1613.
a5B.H. van Breemen, I-dicht, IJ-rijm en eenige andere rijmen, Amsterdam (1880).
a6Drs. G. van Buren, nrc-Handelsblad, zaterdagbijvoegsel.
a7A.F. (Frese), Proeve van vyf klinkdichten, Delft, 1784.
a8Hanecroot, Propria Cures.
a9J. Hanlo, In een gewoon rijtuig, Amsterdam, 1966.
a10Het goed is beter in Best, Haarlem, 1978.
a11F. Kerdijk, Speels alfabet voor grote kinderen, Utrecht (1944).
a12R. Kousbroek, nrc-Handelsblad.
a13R. Kousbroek, Raymond Queneau Stijloefeningen, Amsterdam, 1978.
a14J. O'Mill, Lyrical Laria, Rollicky Rhymes, Curious Couplets, Tafellavetrijm, Bony Ballads, Apologische spreekwoorden, Op deuren en glazen, Louter leuter, Puure Piffel, Popsy Poems, Literary Lunacy, Laren z.j.
a15J. Müllner en J. Scharp, Eene Kers-preek met volkomene uitlating van de letter r, Amsterdam, 18585 (eerste druk 1795).
a16nrc-Handelsblad, 27 augustus 1976, Cultureel Supplement.
a17Onze Taal juli/augustus 1978, Opperlands nummer.
a18H. Riemsnijder en W. Bilderdijk, Galante Dichtluimen, Amsterdam 1870 (Oosterbeek 1979).
a19K. Stip, De dierkundige dichtoefeningen van Trijntje Fop, Beestachtigheden, Vis à vis, Zoo zoo, De peperbek en andere beesten, Den Haag z.j.
a20Vrij Nederland, 27 augustus 1977 (met een rectificatie 3-9-77), ‘Opperlands’.
a21Th. van Woerkom, ‘Oe-clou’, Het Vrije Volk, 6-3-71.
a22D. Zonderland, Volksliedjes uit Zaandonderland, Bilthoven, 1971.

b Secundair opperlands; taalkunde en geschiedenis

b1Battus, ‘mooi dit idioom!’, Hollands Maandblad, dec. 1978.
b2E.E.M. Beijk en H.J. Duijzer, ‘Opperlandse Taal- en Letterkunde; een eerste verkenning’, 't Krantje (Stadsbibliotheek Haarlem) 6, 1978.
b3H. Brandt Corstius, ‘Lange woorden’, Spektator, 1977.
b4C. Buddingh', Lexicon der Poëzie, Amsterdam, 1968.
b5P. Burger, Cryptogrammen. Leed...vermaak..., Amsterdam, 1978.
b6A. de Cock en Is. Teirlinck, Kinderspel en Kinderlust in Zuid-Nederland, Gent, 1908.
b7H.J. Duijzer, ‘rimram’, 't Krantje 7, 1979.
b8H.J. Duijzer en E.E.M. Beijk, ‘Bollandse Nieuwe’, 't Krantje 7, 1979.
b9I. van Eijk, Ik zeg maar zo, ik zeg maar niks, Utrecht, 1978.
b10M. van Haaften, ‘Een E-vertelsel betreffende verzekeren, en ander letterkundig spel’, De Verzekeringsbode, 19-7-55.
b11R. Kousbroek, nrc-Handelsblad, 1971.
b12Letterkundige Kunststukjes, Amsterdam, 1874.
b13Letterkundige Kunststukjes (proza), Amsterdam, 1875.
b14Mooi dit Idioom, nummer 1, augustus 1978.
b15Natuur en Techniek, maart 1957, februari 1968.
b16Drs. P., Maak thuis uw eigen tekst in uw vrije tijd zonder schroeven, Bulkboek 31, 1977.
b17J. Welling, ‘taalcuriosa’, Yang, 1975.
b18J. van der Woude, ‘Pijpetuitjes’ MCPapier, 1979/2.
b19J. van der Woude, ‘Tobberijen over taal en topologie’, MCPapier, 1979/3.
b20L. Straus, ‘Taaltrucjes’, Levende Talen 102 (en 104), 1938 (en 1939a).

c Recreational linguistics in het algemeen.

Zie ook bij afzonderlijke talen d, e, f en g.
c1S. Hart, Jeux Graphiques, Paris, 1976.
c2H. Schultink, ‘De linguistische grondslagen van het woordspel’, Nieuwe Taalgids 57, 1964.

d Duits

d1K.P. Dencker, Deutsche Unsinnspoesie, Stuttgart, 1978.
d2A. Liede, Dichtung als Spiel, Berlin, 1963.
d3E. Schulz-Besser, ‘Deutsche Dichtungen ohne den Buchstaben R’, Zeitschrift für Bücherfreunden, 1909.
d4H. Weiss, Spiel mit Worten, Bonn, 1965.
d5‘Wortdsjungelkampf’, Der Sprachdienst 23, 1979.
[pagina 199]
[p. 199]

e Engels

e1H.W. Bergerson, Palindromes and Anagrams, New York, 1973.
e2C.C. Bombaugh (M. Gardner Ed.), Curiosities of words and literature, New York, 1961.
e3D.A. Borgmann, Language on Vacation, New York, 1965.
e4W.R. Espy, An almanac of words at play, New York, 1975.
e5W.R. Espy, The game of words, London, 1971.
e6R.M. Estrich and H. Sperber, Three Keys to Language, New York, 1952.
e7P. Hammond and O. Hughes, Upon the Pun, London, 1978.
e8J. Newton Friend, Words: Tricks and Traditions, New York, 1957.

f Frans

f1P. Guiraud, Les jeux de mots, Paris, 1976.
f2Oulipo, la litérature potentielle, Paris, 1973.
f3G. Perec, La disparition, Paris, 1969.

g Andere talen

geen andere talen

h Hulpmiddelen voor opperlands

h1H.J. Verschuyl, Grote Puzzel Encydopedie, Laren, 1975.
h2E.R. Nieuwborg, Retrograde woordenboek van de Nederlandse taal, Antwerpen, 1969 (met supplement door W. Smedts, Leuven, 1974).
h3J. van Berckel e.a., Formal Properties of Newspaper Dutch, Amsterdam, 1963.
h4P.C. uit den Boogaart (red.), Woordfrequenties in geschreven en gesproken Nederlands, Utrecht, 1975.
h5E.D. de Jong (red.), Spreektaal, woordfrequenties in gesproken Nederlands, Utrecht, 1979.
h6J. van Schenk Brill-Parmentier, Hersenbrekers Woordenboek, Naarden, 1974.

i Vindplaatsen van opperlandse vondsten

i1nrc-Handelsblad.
i2Het Parool.
i3Intermediair.
i4Thorbecke Journaal, Alphen aan den Rijn.
i5Gesprekken met Kafka, Amsterdam, 1965.
i6Algemene Winkler Prins, Amsterdam.
i7Handelingen van het 26ste Nederlandsch Natuur- en Geneeskundig Congres (1937).

j Andere publikaties waar naar verwezen wordt

j1L. de Vriese, Metamorphosis, Brugge, 1711.
j2R. Campert, Hel leven is vurrukkulluk, Amsterdam, 1962.
j3R. Campert, Tjeempie, Amsterdam, 1968.
j4J. Bernlef, Rondom een gat, Amsterdam, 1971.
j5Het Indisch familiearchief, Den Haag.
j6Nabokov, Despair.
j7C. Hamans, ‘Waarom is piel geen pijl geworden?’ glot 1979.
j8Veering, ‘U’, Onze Taal, 1970.
j9H. Brandt Corstius, Computer-taalkunde, Muiderberg, 1978.
j10W.C. de Vletter, Levensschets J. Scharp.
j11D. Verkijk, Radio Hilversum 1940-1945, Amsterdam, 1974.
j12M. Bellah (bewerking Han G. Hoekstra), Waf waf! Miauw!, Amsterdam, z.j.
j13W.F. Hermans, De God Denkbaar, Denkbaar De God, Amsterdam, 1956.
j14W.B. Rombouts, ‘De Ablaut als middel tot woordvorming’, Levende Talen, 1957.
j15C. van Bruggen, Hedendaagsch fetichisme, Amsterdam, 1925.
j16F. Weinreb, Zahl-Zeichen-Wort, Hamburg, 1978.
j17P. Grijs, Televisie, psychiaters, computers en andere griezelverhalen, Amsterdam, 1978.
j18P. Grijs, Piet Grijs is gek!, Amsterdam, 1975.
j19P. Grijs, ‘Blijf met je fikken van de luizepoten af!’, Amsterdam, 1972.
[pagina 200]
[p. 200]

98 Opperlanders

a. des amorie van der hoeven jr. (1821-48), schreef in 1841 de O-sprook.
i. becanus (Jan van Gorp van der Beken) (1519-1573), Opperlandicus die er in ging geloven.
j.d. beltman, Opperlands observator te Castricum.
e. beijk, Opperlandicus geïnfiltreerd in de redactie van het Woordenboek der Nederlandsche Taal.
w. debie, zie K. van Kooten.
w. bilderdijk (1756-1831), was óók taalgek.
h. bos, anagrammaticus en contaminist.
j. bosscha (1797-1874), schreef in 1841 de A-saga.
b.h. van breemen (1852-geëmigreerd 1897), publiceerde in 1880 een ij-rijm en een i-dicht.
drs. g. van buren (1908), achter deze schrijfster in het zaterdags bijvoegsel van nrc-Handelsblad verschuilt zich een dame van zéér hoge komaf.
p. burger (1929), palindroomkoning te Andijk. Puzzelmedewerker van Denksport en Elseviers Weekblad, schreef Cryptogrammen. Leed...vermaak...
p. van caldenborgh, pan-, iso-, lipo- en palingrammaticus; tevens maker van driedimensionale kruiswoordpuzzel.
charivarius (G. Nolst Trenité) (1870-1947), taalzuiveraar en -spotter. Publiceerde Charivaria (3 delen, 1913-18) en Ruizerijmen (5, 1914-18).
h.j. duijzer, hier-Haarlems Opperlandicus.
c.h. everts (1851-1923), Amsterdams zakenman, schreef omstreeks 1880 de E-legende, thans in het bezit zijner al even Opperlandse dochters. Verloren ging zijn speech bij het huwelijk van zijn neef Allard met Ada, Javalaan 8, Baarn.
a. frese, taalkundige, publiceerde in 1784 als ‘A.F.’ de vijf klinkerlipogramsonnetten.
b. grothues, bij de revisie van dit boek naar voren tredend Opperlander, auteur van ‘Anna sust SusannA’, uitgeverij Zelen, Maasbree 1979.
j. jongeneel (1831-87), dominee die het i-dicht schreef, dat in 1925 in de Nieuwe Rotterdamse Courant werd afgedrukt.
r. kat (alias John Bartok, Adri Vormaat, Kees Historie), bizarrolinguist.
g. komrij, graver naar en schepper van Opperlands.
k. van kooten, zie W. de Bie.
r. kousbroek (1929), Opperlands auteur (transformationalist), herintroduceerde in 1971 het lipogram en andere taalwonderen in Nederland.
j. van lennep (1802-68), schreef in 1841 de E-legende, en schreef de Vermakelijke Spraakkunst.
w. mulier (alias Pim Pernel) (1865-1954), uitvinder van het Nederlands voetbal.
john o'mill (1915), Angloöpperlandicus.
h. polzer (alias drs. P.), rijmkeizer en Opperlandicus.
j. renkema, redigeert het maandblad Onze Taal (postbus 140, De Lier), waar Onze ook wel eens Opperlands kan zijn.
j.p. roemer visscher, apotheker, grammaturg, alfabeet.
j. scharp (1756-1828), publiceerde in 1795 een leerrede, en in 1834 een kerst-preek (vertaald uit het Duits!?), zonder de letter r.
n. scheepmaker, woordgolver, anagrammist en Opperlander in algemene dienst.
kees stip, Opperlandicus die de rijke fauna in deze wereld rechtvaardigt.
p.c. uit den boogaart, Nederlands woordenteller, Opperlands woordenteler.
h.j. verschuyl (1938), hierachter verschuilt zich een hoogleraar in de Nederlandse taalkunde.
l. de vriese, Brugs Opperlatinist, die in 1711 3100 anagrammen maakte van een Latijnse gebedsregel.
j. welling, Bests Opperlandicus.
e. werkman, Amsterdams journaalhouder en Opperlands boekhouder.
[pagina 201]
[p. 201]

99 Van aardbei tot zuurkool

Getallen van één cijfer verwijzen naar het betreffende hoofdstuk; twee cijfers verwijzen naar een paragraaf. In deze index zijn geen verwijzingen opgenomen naar de paragrafen 96, 97, 98 en 99, zelden naar de Letterkunde. Voor individuele woorden moet maar eens een Opperlands Woordenboek verschijnen. Bij gram vindt men de eenenvijftig grammen die in dit boek voorkomen. Getallen zijn na de z gezet. Tussen de 1 000 en de 2 000 verschaffen ze een Opperlands jaartallenlijstje.

aardbei 24
Abba 29
abc-gram 70
acrostichon 16
Agt 31
alfabet 08, 19, 90
Alice 56
alliteratie 15
A met een aba 88
Amorie van der Hoeven 11
Amsterdams 87
anaclept 30
anagram 3
anakoloet 65
Anglicismen 84
angstschreeuw 05, 42
Antistrofen 32
Aristophanes 57, 76
Aristoteles 39
A-saga 10, 11, 14
au 11
Baarns 86
basalt-woord 72
Battus 40, 95
Becanus 21
beginrijm 15
Beltman 22
Bergh, G. van den 18
Berghe, G. van den 15
Bernlef 65
Beukenootje 32
Bever, Willem 66
Beijk 70
Bie 44, 66, 89
Bi(e)belebons 44
bigram 52
Bilderdijk 13
Bloem, Rein 60
Blokker 66, 82
Boers 87
Boot 33
Borgmann 19
Borsselen 25
Bos 48
Bosscha 11, 14
Breemen 11
Bruggen, C. van 60
Brugghen 18
b-taal 88
Buddingh' 31, 44
Buren, drs.G. van passim
Burger, Piet passim
Burgess, Anthony 29
cadavre exquis 77
Caldenborgh, P. van passim
Camel 29
Campert 02, 33, 91
carmen figuratum 56
Carmiggelt 13
Carroll 59, 66
cento 30
Chapkis 33
Chaplin 86
charade 02
Chlebnikov 26
Chomsky 70
chronogram 88
cirkelwoord 70
collectiefnaam 74
combinatiegram 66
concrete poëzie 32
contaminatie 33, 66, 99
contrepèterie 32
Corte, J. de 66
Creftvers 25
cryptogram 02, 88
Cyrillisch 14
damesnaam 78
dekagram 58
Deventer 03, 47
dialect 87
Diers 87
digram 52
Disparition 12
Doe Mee 03
doelproza 06
Drees 70
Drs.P. 16, 27
drukfout 75
dualiteit 77
dubbelacrostichon 16
dubbelgram 3
Duits 17, 25, 86
Dutch 64, 88
Duijzer 70
e 12, 59
echo 16
eenlettergrepig 58
Eekfeen 25
Eindhovens Dagblad 18
eindrijm 16
E-legende 11
e-lipogram 12
Elsevier 11, 77
endogram 70
Engels 84
engram 50
enkelvoud 62
epenthesis 76
eponiem 73
Etrurisch 35
Eijk, I. van 03, 94
ezelsbrug 59
Flines, H. de 51
Fop, Trijntje 02
Frans 21, 85
Frese 11
Freud 31, 70, 75
Fries 92
Furore 18
Gadsby 12
Gardner 00, 81
geheimschrift 31, 88
geheimtaal 88
George ii 40
Germaans rijm 15
germanismen 86
Génestet, de 48
getal 17, 22, 31
gezegde 67
Goedbloed 83
Goeverneur 30, 60
Goldwater 52
Gooijer, Rijk de 87
Graecismen 87
grafologie 02
gram 08
gram
-abc-gram 70
-anagram 3
-bigram 52
-bovengram 08
-chronogram 88
-combinatiegram 66
-cryptogram 02, niet: 88
-cyclogram 70
-dekagram 58
-diagram 51
-digram 52
-dubbelgram 3
-e-lipogram 12
-endogram 70
-engram 50
-epigram 9
-grimgram 40
-hectogram 52
-hellenogram 87
-hexagram 58
-homogram 3
-hypergram 4
-isogram 17
-kilogram 53
-lipogram 1
-metagram 16
-miragram 7
-monogram 51
-myriagram 55
-n-gram 5
-onanagram 31
-ondergram 08
-ongram 6
-orthogram 76
-palingram 2
-pangram 18
-paragram 76
-parallellogram 77
-paranagram 76
-pentagram 55
-program 0
-psychogram 25
-repeteergram 40
-ritsgram 95
-stapelgram 40
-tautogram 51
[pagina 202]
[p. 202]
-telegram 38
-tetragram 54
-trigram 53
-variagram 58
-variogram 56
-xenogram 8
grimgram 40
Groene Boekje 61
grondwet 01
Gronings 84, 87
Guépin 04
Guinness 57
Guiraud 25
Haagsche Post 18
haakje 21
haan 87
Haars 71
half alfabet 14
halve spatie 81
handelsreizigerstaal 34, 39
Hanecroot 31
Hanlo 02, 35, 41, 89
hellenogram 87
Hemert, W. van 15
Hermans, Toon 02, 80
Hermans, Willem Frederik passim
Herodotus 40
hersenbreker 31
hexagram 58
Hiddema 89
Hitler 31, 88, 91
Hollands 08
homogeen 06
homogram 3
homoniem 39
Hooft 88
Hopper 30
Huygens 44
hypercorrect 60
hypergram 4
Indiaans 87
Indisch familiearchief 21
infinitief 49
innerlijke tegenstelling 72
innerlijk rijm 71
Intermediair 57
isogram 17
Isov, Isidore 89
Ivens 31
ja 10, 16, 39
Janus 25
Jongeneel 11
Joyce 23, 57
k 18
kabbalistiek 31, 91
kaboutervoetjes 14
Kafka 57
Kan, Wim 44, 80
Katholieke Illustratie 25
kedietje vedielen 88
Kelere 44
Kerdijk 15
kettingrijm 65
klinker 08, 11, 18, 41
klinkklank-woord 70
Kloos 06, 11, 12, 80
Kluyver 25
Koenen 31
Kok, Ada 22
komma 35, 38
Komrij 39, 72
kont 32
Koolhaas 87, 89
Kooten 44, 66, 89
Kousbroek passim
Krantje, 't 19
Krol 11, 44, 5, 89
Kruyskamp 41
Kurhaus 32
labiodentaal 35
La Disparition 12
Landell 35
Lap 44
Larousse 31
Laval 22
Lekkerkerker... 43
lengte 50
Lennep 11
Le Lionnais 00
lettergrepen 23, 58
letternaam 91
lettervorm 14
lettrisme 89
lidwoord 12, 49
lipogram 1
logogrief 56
Lon Nol 22
Lubbers 32
Mach 44
manlijk 14, 16, 64
marinistisch 05, 31
Marino 31
medeklinker 08, 42
mee zie pee
meervoud 62
metagram 16
metathesis 32
Mill, O' passim
miragram 7
Molen zie Mill
monogram 51
Motten 40
Muir, Frank 06
Mulier 15
Mulisch 02, 88
Müllner 13
Multatuli 28, 51
Mussolini 61
myriagram 55
Nabokov 26, 70
Natuur en Techniek 25
nee zie ja
Nelli 25
Nelson 73
Nescio 51
Neukebootje 32
New Yorker 87
n-gram 5
Nicodemus 36
Noël, Léon 22
Norden, Denis 06
nrc 03, 11, 25
oe 11
Oldenbarnevelt 31
on- 64
onanagram 31
ondergram 08
ongram 6
onomatopee 41, 89
Onze Taal 03, 11, 86
Oosthoek 31
Opperlands passim
orthogram 76
O-sprook 11
Otten 57
ou 11
oudjaar 06
Oulipo 03
Ovidius 88
P. zie drs.
palindroom 25
palingram 2
palletje 35
paltal 22
pangram 18
Panorama 25
panty 44
paragoge 76
paragram 76
parallellogram 77
paranagram 76
Parechesis 15
parkietjes 33
Parool 18, 25
pee 14
pentagram 55
Perec 12
persoonsnummer 52
pi 22, 58, 59
piel 48
pikketanussie 33
ping-ping 24
plagiaat 25
plat 14
pleonasme 69
poef 25
poesmiepoeljoe-woord 24
Politiekeling 35
Polyptoton 44
Pompwater 24
Ponds-pakken 35
pons- 14
Pootje 35
pop-art 25
potjeslatijn 83
prachtsymboliek 17
pretogen 35
Prins Willy 11
prosthesis 76
pseudoniem 91
psychogram 25
p-taal 88
ptt 08
Pijpetuitje 22, 35
qwert 14
r 13
raadsel 02
Raaij 57
Rabelais 57
Razin 26
rebus 01, 91
Recreational Linguistics 03, 81
rederijkers 03
repeteergram 40
retrograde 25
retrospectief 06
Revius 58
[pagina 203]
[p. 203]
rhopalisch 56
Riemsnijder 13
ritsgram 95
Roemer Visscher 22, 48
rompslomp 71
rondloper 70
Roussel, Raymond 06
Russisch 14, 87
Ruyslinck 35
rwie-taal 88
rijm 15, 16
Rijmer, Jan de 60
Sandwich 73
Scharp 13
Scheffer 44
Scheveningen 32
Schippers 02
Schopenhauer 25
Schreuders, Piet 72, 91
schrijfmachine 14
schrijfrichting 20
Schultink 02
Schüttelform 32
Schwere Wörter 86
Scrabble 02
Shakespeare 31
Sietsma 74
Simplistisch 68
Simplistisch Verbond 44
sjibbolet 80
sjwa 12
slagrijmvers 16
slissen 77
Snellen 22
Solange 85½
Sonneveld 87
Spaans 76, 87
Spark 35
spatie 08, 81
Spiegel 03, 25
Spooner(isme) 32
spreekwoord 67
staand 16
staartbijter 70
stafrijm 14
14 stapelgram 40
Steen, Eric van der 65
Stekel 31
-ster 35
Stip, Kees passim
stopwoord 44
stottervers 15, 43
stront 32
syllepsis 65
symmetrie 08, 2
synoniem 39
tafeltennistafel 45
tautogram 51
Telegraaf 57
telegram 38
Tesselscha(e)de 31
tetragram 54
Thorbecke- 57
Tollens 13
Toonder 83, 86
topwoord 70
transformatie 06
trap van vergelijking 63
trekpotje 39
trema 79, 83
trigram 53
Tuinman 95
typewriter 14
u-klucht 11
Utrechts 87
Van Dale passim
variogram 56
Vat, D.G. van der 02
Veldhoven 57
Verhoef 76
verkeerd 54
verkleinwoord 61
Verkijk 15
verliefds 87
verpleegsters 87
Verschuyl 17
Verstegen 70, 84
verzamelnaam 74
Vestdijk 93
visitekaartje 31
Vloten, van 13
volgorde 90
volkorenbrood 35
volksetymologie 33, 94
Vondel 16, 31
Vondeling 31
Vormaat 79
Vriese 31
Vroman 02
vrouwelijk 14, 64
Vrij Nederland 03, 11, 57
vijfje 55
Welling, J. 56
wet van Hoyle-Boyle 71
wet van kont en stront 32
wet van mee en pee 13
wet van wit en wat 48
Willem Spark 35
Willy, Prins 11
Winkler Prins 57
Wittgenstein 00
woordaantal 58
woordgolf 59
woordlengte 50
woordsoort 49
woordspeling 02, 85
Woude, van der 18
Wright, E.V. 12
Wijngaarden, A. van 57
xenogram 8
IJ 08
IJmuidens 23, 88
IJ-rijm 11, 14
Y 08
zeeëgel 41
zelfnoemfunctie 44
zinskoppeling 44
Zonderland, Daan 02, 15, 36, 43
zuurkool 24
303 22
666 31
1100 begin Nederlands 83
1568 chronogram Hooft 88
1584 palindroom Spiegel 25
1613 palindroom Borsselen 25
1711 3100 anagrammen 31
1728 Tuinman 95
1780 r-lipogram Bilderdijk 13
1784 klinkerlipo's Frese 11
1795 r-lipo Scharp 13
1841 e-legende Van Lennep 11
1879 woordgolf Carroll 59
1880 ij-rijm, i-dicht 11
1881 Snellens poolloop 22
1909 Drs. G. van Buren geboren
1925 I-dicht, Jongeneel 11
1937 Slevens Nevels 25
1939 Gadsby 12
1944 Kerdijks abc 15
1945 Laval-Léon Noël 22
1947 volkorenbrood 35
1949 hoerenbekje Mandril 32
1957 Treue Familie n&t 25
1960 Oulipo 03
1963 Eekfeen opgeschreven 25
1965 42-woord 57
1969 La Disparition 12
1976 Opperlands nrc Algemeen Handelsblad 03
1977 Opperlands Vrij Nederland 03
1978 Opperlands Onze Taal, Queneau 03
1979 Opperlands Margriet 03
1981 Opperlandse Taal- en Letterkunde
1991 derde druk 09
1999 e-loze roman? 12
192000 Van Dale-woorden 58
1000000 Van Buren-woorden 58


Vorige

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken