Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Groot lied-boeck (1975-1983)

Informatie terzijde

Titelpagina van Groot lied-boeck
Afbeelding van Groot lied-boeckToon afbeelding van titelpagina van Groot lied-boeck

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (13.95 MB)

XML (3.28 MB)

tekstbestand






Editeurs

A.A. Keersmaekers

F.H. Matter

Garmt Stuiveling

C.F.P. Stutterheim

P.J.J. van Thiel

F. Veenstra

C.A. Zaalberg



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Groot lied-boeck

(1975-1983)–G.A. Bredero–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

XXXII Liedt

I: 139-140

Lyrisch, ietwat boertig gedicht over de tegenstelling tussen de vurige verliefdheid van de dichter en het ijzige temperament van zijn vriendin.

Beginregel: O on-eenighe sinnen!

Vindplaatsen: Groot Lied-boeck 1622: 44-45; Kalff 1890: 275-276; Knuttel 1929: 75; Van Rijnbach 1944: 79-80.

Omvang: 40 verzen, tien strofen van 4 regels.

Versvorm: overwegend jambisch metrum met drie heffingen, in de derde en vooral in de vierde versregel nogal eens onregelmatig. Er zijn talrijke enjambementen.

Rijmschema: a b a b.

Melodie: Matter 1979, blz. 83, 85.

[pagina 249]
[p. 249]

1 O on-eenighe sinnen: Bedoeld zijn de inwendige zinnen waardoor de indrukken, via de zintuigen aangedragen, worden gescheiden en gecoördineerd, hun waarde bepaald en hun beeld in de herinnering vastgelegd. Door de inwendige zinnen wordt de wil gericht. Deze is bij de ick-figuur en zijn vriendinne volstrekt verscheyden (vs. 4). Dat verschil blijkt uit allerlei tegengestelde eigenschappen en gedragingen, die in de vzn. 5-28 worden beschreven. De oorzaak ligt in een buitenaardse sfeer.

31 Want haer ziel schijnt beswooren Van een te strenghen planeet: Hier en in de vzn. 33-35a brengt Bredero een astrologisch aspect te berde. Astrologie is de leer van de invloed der hemellichamen op heel het aardse bestel. Ze is van hellenistische herkomst, de Babyloniërs zagen de constellatie van de hemel wel als uitdrukking van de wil der goden, maar geloofden niet in een specifieke beïnvloeding. (Zie David Pingree: Dictionary of the History of Ideas, Vol. I New York 1973, blz. 118). Volgens de astrologie komt de werking tot stand via de elementen aarde, water, lucht en vuur; daarmee hangen de primaire eigenschappen: koud, droog, vochtig en heet samen, en de humeuren sanguinisch, cholerisch, flegmatisch en melancholisch. (Zie Veenstra 1973b, blz. 187-200). Het onghelijck zijn (vs. 5) komt voort uit een verschillende menging van de humeuren, want daardoor worden de zeden (gedragingen) en de Gheneghentheden (neigingen, driften) bepaald. De ick is heet en droog, wat overeenstemt met het element vuur en het humeur bloed. De vriendinne is koud en droog, wat correspondeert met de aarde en de zwarte gal. Hij is sanguinisch, zij melancholisch; hij wordt beïnvloed door de zon, zij door de planeet Saturnus. Hij is in hoge mate verliefd, zij wil er niet van horen (vs. 9-12). Hij brandt van de min, zij is koud tot in haar botten, een veel gebruikte petrarquistische tegenstelling (vs. 13-16). Nogmaals volgt een strofe op de petrarquistische toer: Zijn hart is vol ellende, vol koorts en brand, het hare is gevuld met ijs, haar binnenste met lood en steen. Het loodwijst vooruit naar de te strenghen planeet (vs. 32). Saturnus, háar planeet, is koud, beweegt zich langzaam, heerst over het zwaarste der metalen, het lood, en brengt een melancholische complexie voort. Strenghen kan men het best opvatten als wrede; voor de ick is Saturnus dat inderdaad.

37 Lief wilt u doch erbarmen: Terwijl de invloed van de zon, die een sanguinische complexie veroorzaakte, gevaar opleverde voor uitdroging (zie vs. 35) kon de invloed van Venus, die heet en vochtig was, temperend werken. Overigens is het verkoelen van de liefdesbrand in de minnelyriek van de renaissance een bekend gegeven.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken