Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Groot lied-boeck (1975-1983)

Informatie terzijde

Titelpagina van Groot lied-boeck
Afbeelding van Groot lied-boeckToon afbeelding van titelpagina van Groot lied-boeck

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (13.95 MB)

XML (3.28 MB)

tekstbestand






Editeurs

A.A. Keersmaekers

F.H. Matter

Garmt Stuiveling

C.F.P. Stutterheim

P.J.J. van Thiel

F. Veenstra

C.A. Zaalberg



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Groot lied-boeck

(1975-1983)–G.A. Bredero–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 168]
[p. 168]

39 Amoureus - Liedtjen

I: 380

Op de Voyse: Schoon Liefien jent, seer excellent, &c.



illustratie
Melodie naar hs. Thysius (na 1590), f. 338r (ed. Land, nr. 52).
Bij Bredere ook voor: Lief weest ghegroet (I: 311).


[pagina 169]
[p. 169]


illustratie

[pagina 170]
[p. 170]

Aan de hier afgedrukte luitbewerking waaruit de begeleidingsakkoorden en in m. 27 een imiterende tegenstem zijn weggelaten, is met de beste wil van de wereld geen acceptabele vorm te geven, hoewel ze zeker de door Bredero bedoelde melodie betreft. Om niet in speculaties te vervallen heb ik gemeend er beter aan te doen, ze onveranderd en zonder tekst weer te geven. Coers, p. 97, heeft het aangedurfd, de melodie te combineren met Bredero's ‘Lief weest ghegroet’. Hij deed dat aan de hand van Lands gedecoloreerde, eenstemmige redactie van het hs. Thysius en het resultaat was een bizar monument van huisvlijt. Toch had hij het misschien in één opzicht bij het rechte eind en wel door de notenwaarden te halveren:



illustratie

i.p.v. het meer voor de hand liggende:



illustratie

Zo kàn althans een zekere harmonie tussen de muzikale rustpunten en de eindrijmen worden verkregen, nl. in de maten 7, 13, 22 en 24 (?). Maar voor het overige heb ik Coers' noch mijn eigen fantasie durven volgen.

De tekst van het aangehaalde lied is wel herkenbaar bewaard gebleven, voor het eerst in Aemst. Amoreus Lb. 1589, p. 141, waar str. 1 luidt:

Een nieu Liedeken:
Op die wijse: Het passeerde een aerdich
Medecijn op eenen auont stont.
 
Schoon liefken ient// Seer excelent
 
Ic moet v clagen// Dat ic absent
 
Van v dus blijft ghewent,
 
Dus lijdt mijn Hart torment
 
Van daghe tot daghen.

Dezelfde tekst komt voor in Nieu Amst. Lb. 1591, p. 106 (Alst begint) en Nieu groot Amst. Lb. 1605, p. 141 (id.). In strekking en woordkeus vertoont het lied een merkwaardige overeenkomst met een ander ‘Schoon liefken ient (Int hert geprent gepresen)’, o.a. bewaard in Aemst. Amoreus Lb. 1589, p. 144, en hs. Verhee 1609, p. 181, maar dit is van vorm totaal verschillend van het hier bedoelde. Erg geliefd zal ons lied wel niet geweest zijn, want we vinden het slechts sporadisch terug als wijsaanduiding: Nieu Amst. Lb. 1591, p. 135; Nieuwen Lust-hof 1602, I p. 4; Nieu

[pagina 171]
[p. 171]

groot Amst. Lb. 1605, p. 176; Cupido's Lusthof (1613), p. 30; Rijnschen Helicon 1617, f. C1r; Triumph-hofjen 1633, I p. 26, hier voor een lied waarvan de eerste woorden van de voorlaatste regel in hun opvallende herhaling een aanwijzing zouden kunnen bevatten voor de moeilijke ‘tekstplaatsing’ rond m. 25 van onze melodie. Maar dit enkele gegeven heeft daar geen oplossing voor gebrachtGa naar voetnoot1.

voetnoot1
Toen het zetwerk voor deze uitgave al gereed was, ontdekte ik dat ‘Het passeerde een aerdich Medecijn op eenen auont stont’ wel eens hetzelfde zou kunnen zijn als een lied in Antw. Lb. 1544 (ed. 1855), nr. 193: ‘Het was een aerdt een aerdich medecyn. Op eenen morgenstonde’. Misschien kunnen met behulp van dit lied ook de vormverschillen tussen de beide versies van ‘Schoon liefken ient’ verklaard worden.
Eveneens te laat vond ik een melodie die mogelijk ten grondslag heeft gelegen aan de luitbewerking in het hs. Thysius, nl. die van het lied ‘Ick roep u o hemelsche Vader aen’ (Van Duyse, II nr. 440, naar Fruytiers 1565). Melodie en bewerking vertonen muzikaal een duidelijke overeenkomst, die echter elders geen bevestiging vindt. De melodie is zonder grote ingrepen bruikbaar voor Bredero's beide liederen, wat natuurlijk geen bewijs kan zijn dat ze dan ook bedoeld is.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken