Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Krispyn, poëet, en officier (1685)

Informatie terzijde

Titelpagina van Krispyn, poëet, en officier
Afbeelding van Krispyn, poëet, en officierToon afbeelding van titelpagina van Krispyn, poëet, en officier

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.30 MB)

Scans (1.84 MB)

XML (0.08 MB)

tekstbestand






Genre

drama

Subgenre

klucht


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Krispyn, poëet, en officier

(1685)–Michiel van Breda–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Vierde tooneel.

Klaret, Lysbeth.
Lyseeth.
 
Maar Juffrouw, zult gy dan
 
Altyd zo schreyen?
Klaret.
 
'k Zie niets, dat my troosten kan.
 
Myn vader wil, dat ik my zal in 't huwlyk begeeven,
 
Met iemand, die ik niet gezien heb van myn leeven.
 
Ach Lysbeth! ja hy zal my dwingen tot deez echt.
 
Een onbekende man te trouwen, is dat recht!
Lysbeth.
 
Wis, hy heeft ongelyk dat hy u zo wil dwingen.
 
Ik zeg recht uit, het zyn, het zyn, zeer harde dingen.
 
Och Ouders, als men 't wel bezint
 
Wat is 't een misselyk huisraad, kind?
 
Zy doen de kinderen na haare moode trouwen,
 
Al is 't, dat zy daar na het hoofd daar over klouwen.
 
Het is een kwaad misbruik, en ik zou, als my dat
 
Zo ook te beurt viel, voor de Heeren van de stad,
 
Haar Compareeren doen. Maar 't zou wel konnen weezen,
 
Dat gy u lichter van den Bruigom liet beleezen;
 
Misschien zal hy u oog gevallen, als g'hem ziet.
Klaret.
 
Helaas!
Lysbeth.
 
O dat helaas, dat is het rechte niet.
 
O Juffrouw, dat helaas, zeid my 't geen ik te vooren
 
Al heb gedacht, gy hebt een ander uitverkooren.
[pagina 19]
[p. 19]
Klaret.
 
Gy raad het.
Lysbeth.
 
Gy bemind?
Klaret.
 
Ja Lysbeth, ik bemin.
Lysbeth.
 
Maar wie toch Juffrouw, heeft vermeestert uwe zin?
Klaret.
 
Die heer van flusjes heeft...
Lysbeth.
 
U hart al ingenomen?
 
Hoe! heer Aankomeling is eerst van daag gekomen.
Klaret.
 
Dat is wel waar, maar weet dat onze liefde nu,
 
Niet eerft gebooren is; 'k verborg het zelss voor u.
 
Hy mind my, en ik hem, en om met my te spreeken,
 
Met meer gemak, ging hy zich in die kleed'ren steeken;
 
En gaf zich uit voor een geletterde, maar hy
 
Is 't minste niet het geen hy schynt, geloof my vry.
 
De Hemel heefr aan hem een ander lot beschooren.
Lysbeth.
 
Hoe! gy bemind malkaar, en liet my dit nooit hooren?
 
Gy hebt my op het hoogst misdaan.
 
Hoe hebt gy nimmeermeer verstaan
 
Wat kamenier al is te zeggen?
 
Gy moet al uw geheim straks voor haar open leggen.
Klaret.
 
'k Bekent, 'k hoop evenwel, dat gy my helpen zult.
Lysbeth.
 
Ja toch, zo veel ik kan, 'k vergeef u deeze schult.
 
'k Ben heel megaande, met de minnaars, want ik reken
 
De harten by het myn, gy hebt my maar te spreeken.
[pagina 20]
[p. 20]
Klaret.
 
Hoe Lysbeth mind gy ook?
Lysbeth.
 
Ja Juffrouw, tot myn smart;
 
De min, de schelmsche min, woeld my ook om het hart.
 
Ik moet, helaas ik moet! die schrikkelyke plaagen,
 
Dat groote huis-kruis, om myn pekelzonden draagen
Klaret.
 
Maar mag men weeten?...
Lysbeth.
 
Ja, heer Gaauwert.
Klaret.
 
Ongemeen!
Lysbeth.
 
Zag Juffrouw ooit een mensch, die met zo groote rêen
 
Verdiend bemind te zyn? wat is hy net besneden,
 
Hoe schoon, hoe fraay, hoe blank, hoe vol bevalligheden?
 
Wat heeft hygaaven! hy maakt vaerzen in het proos,
 
En prooze in vaerzen, my dunkt dat ik wel verkoos.
 
Is 't geen geleerde, vol van alle weetenschappen?
Klaret.
 
Neen Lysbeth.
Lysbeth.
 
Neen! wel hy kan als een ester klappen.
 
Hy is zo wys!
Klaret.
 
Ik zeg hy heeft de schyn zo maar.
 
Kort om, het is een knecht!
Lysbeth.
 
Een knecht!
Klaret.
 
Een knecht, 't is waar.
Lysbeth.
 
Van wie?
[pagina 21]
[p. 21]
Klareth.
 
Van die ik min. Hy diend zich van die trekken,
 
Om 't hart myns Moeders, tot zyn Meesters gonst te wekken.
 
Zy noemen hem Krispyn.
Lysbeth.
 
Hoe werd een mensch misleid!
 
Al wat hy zegd en doet, is zo vol graviteit,
 
Dat ik hem voor een man vol wysheid heb gehouwen.
 
Wel hoe bedriegt de schyn!
Klaret.
 
Gelyk gy kond aanschouwen.
 
Lys, zo de Meester eens gelukkig werd, zult gy...
Lysbeth.
 
Daar komt de groote Apol, met 't braadspit op zyn zy;
 
Hoe krygt die uil het zo, ik bid u wilt vertrekken.
 
Ei Juffrouw, laat my doch een weinig met hem gekken.
 
Ik zal my houden, of ik noch niets heb gehoord!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken