Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De geschiedenis van het huis. Een verhaal van vele avonturen (1929)

Informatie terzijde

Titelpagina van De geschiedenis van het huis. Een verhaal van vele avonturen
Afbeelding van De geschiedenis van het huis. Een verhaal van vele avonturenToon afbeelding van titelpagina van De geschiedenis van het huis. Een verhaal van vele avonturen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.70 MB)

Scans (5.35 MB)

ebook (2.85 MB)

XML (0.22 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De geschiedenis van het huis. Een verhaal van vele avonturen

(1929)–Kees van Bruggen–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 1]
[p. 1]

I.
Het plan.

Zóó is het.

Moed!

Want wij wagen het, hier de geschiedenis van het Huis te vertellen. Van den vloer tot den zolder, van het heipaalpuntje tot het antennetipje, van de schemerende voornemens tot den laatsten kopspijker in den stoel voor den bezoeker, op een nazomerachtermiddag in het zweet zijner jaspanden aangeloopen om den heer des huizes, die is gaan wandelen, door te zagen over een levensverzekering.

Moge.... enz.

 

Iedereen, om te beginnen, zei:

- Doe wat je doet, maar bouw nooit een huis! Maak je liever ineens van kant.

Dit was een der redenen waarom wij het deden.

De andere reden was, dat wij het niet goed laten konden. Het Huis bestond. Het Huis was met ons mee geboren, zooals het Huis met de huisjesslak geboren is.

[pagina 2]
[p. 2]

Iedereen heeft het Huis in zich, dat met hem is geboren.

Wijsgeeren zullen u zeggen: dat is het eigenlijke Huis, het ware Huis, het Huis a priori. Komt het tijdens ons leven nimmer tot verwerkelijking, dan zijn we te vroeg gestorven.

Daar kan het Huis niets aan doen. Het was. Het was met ons. Het wachtte op zijn gelegenheid.

Het Huis is als een geliefde: het danst in de vlammen van den haard, het wandelt mede langs den landweg, men vindt het als een kievitsei in de kommen van het duin. Het bekroont den heuvel, geeft het landschap kern en inhoud, waar de beek haar bocht neemt, hurkt het in de wilgen, vermetel hangt het aan de rotsen, juist waar het uitzicht schoon is over de bergen en het blauwe meer.

Het Huis is ons spook, onze nachtmerrie, ons fata morgana, onze vroegste herinnering, onze laatste gedachte.

Ook de vertrekken van het Huis hebben altoos bestaan. Wij bouwden ze uit onze wenschen en verlangens lang vóór wij ze bouwden uit hout en steen. Wij waren er de ontwerpers van, de uitvoerders, de gelukkige bewoners. In alle kamers van andere huizen die wij ooit betrokken, hebben wij ze gefatsoeneerd met behangsels, lappen, meubels, schermen. De mensch bouwt zijn nest niet anders als de zwaluw, desnoods onder een hooikap, desnoods in de oksel van een dakspant.

[pagina 3]
[p. 3]

De allemanskamer moet licht en hoog zijn, een hemel bij dag, een honk bij avond. Zij is zonnig en schemerig, ruim en gezellig, zij is een gelagkamer, geparfumeerd met bier en rook, maar ook een pérgola onder druiven, maar ook het decor voor de behouden thuiskomst van den Verloren Zoon.

En wenscht niet de heer des huizes zijn schrijfkamer, waar de papieren kunnen blijven liggen, mevrouw een boudoir, de zoon een divan om zijn hondegeeuwen uit te vieren, de dochter een hoekje voor den roman die nimmer eindigt, het kleintje een ongeruimde speelgoedkast, de juffrouw voor de huishouding een stukje afzonderlijk om naar behoefte uit te huilen?

Iedereen heeft zoo zijn precies passe wenschen, want zag men ooit een schildpad met een giraffenek?

 

Het Huis was dus ab ovo reeds met ons. Wij zullen ervan vertellen bij brokjes en beetjes, naarmate de bouw voortgang heeft. Het staat niet op een dag. Terwijl wij schrijven viert de timmerman Paasch Drie en wachten de metselaars op kozijnen die niet komen. Zoo vordert het met bedachtzaamheid.

Even bedachtzaam denken wij op te schieten, opdat er geen kaartenhuis van komt en ook geen toren van Babel. Er komen ook meubels en gordijnen, en wandversiering, en een keuken als een apotheek, en een tuin met aardbeien en een radiomast.

Langzamerhand.... langzamerhand....

En wie 't beleven, zullen het puntje van den wimpel

[pagina 4]
[p. 4]

zien gevangen door een vlieger en hij trekt en hij trekt, en het huis gaat mee naar boven, zooals staat geschreven dat wanneer de hemel valt dan hebben we allemaal een blauwe slaapmuts.

 

Maar thans gaan we, om te beginnen, beginnen met den grond....


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken