Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nieuwe wyn in oude le'erzacken (2010)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.59 MB)

XML (0.66 MB)

tekstbestand






Editeur

Nicoline van der Sijs



Genre

sec - taalkunde

Subgenre

woordenboek / lexicon


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nieuwe wyn in oude le'erzacken

(2010)–Johan de Brune (de Oude)–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 160]
[p. 160]

Veynzen. Gheveynstheyd.

MEN hoeft geen brillen hem te bien, / Hy kan wel door de vinghers zien.
Die niet can vieren, / Can niet regieren.
Een man verstandigh, en bezint, / Die is by wijlen ziende blint.
Zy slapen niet al, die daer snuyven; / Of die haer ooghen wat verschuyven.
De quaed is nimmermeer zoo quaed, / Dan als hy zich heel goed ghelaet.
Een vremd' en aenghenomen wijs, / Vergaet en smelt ghelijck een ys.
Noch vis, noch vleesch, Zo is den eesch.
Een mom-ghezicht, Komt haest in 't licht.
De deughd te veynzen en te spelen, / En is niet om zeer langh te helen.
Stille waters, diepe gronden.
Daer 't water ravelt, en zeer brant, / Daer is-men aldaernaest het land.
In d'eene hand hy water heeft, / In d'ander vier, en zoo hy leeft.
Hy kust van voor, en krauwt van achter.
Noch vis, noch vlees, noch wit, noch swert, / Ghelijcker nu ghehandelt wert.
't Zy wyze lien, of vremde ghecken, / Elck een zoeckt zijn ghebreck te decken.
Dat zy uw schijn, Ghelijck uw zijn.
Een vermomde heyligheyd, / Is een dobbel godloosheyd.
[pagina 161]
[p. 161]
Zulck een die danst, en drinct en zinght, / Die met veel droefheyd is om-ringht.
Niet al die danssen, zijn verblijt; / Men lacht wel, als het herte krijt.
Een heunigh-tongh, een hert van gal, / Men ziet-se deur-gaens over-al.
't Is in het glas of spieghel niet, / Het ghene datmen daer in ziet.
Spreect schoon, en dinct wat dat ghy wilt: / Zoo doetmen, alsmen leeft in 't wild.
Gheveynstheyd niet zeer langh en duert: / Het is een bier, dat haest verzuert.
Zulck een die claeght, als 't eynden raed, / Die nochtans niet en heeft yet quaed.
De vos bedect zijn langhe steert, / En dan ist, dat hy meest wel deert.
Toont gheen ghelaet, Maer wijst de daed.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken