Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Davids psalmen (1656)

Informatie terzijde

Titelpagina van Davids psalmen
Afbeelding van Davids psalmenToon afbeelding van titelpagina van Davids psalmen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (95.40 MB)

ebook (110.66 MB)

XML (0.57 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Davids psalmen

(1656)–Henrick Bruno–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[Folio Bb6r]
[fol. Bb6r]


illustratie

I. De Tien Geboden des Heeren. Exodi Cap. 20. vers 2.

 
VErheft uw' hert, ontsluyt uw' ooren;
 
Gy hardt volck, traeg in het verstaen;
 
Wilt Godts, des Heeren stemme hooren,
 
En Sijne wil wel gade slaen.
 
 
 
2    Ick ben (seydt Hy) uw' Godt, de Heere,
 
Die u hielp uyt Egypten vry,
 
En uyt het dienst-huys van on-eere,
 
Hebt and're goden niet voor My.
 
 
 
3    Gy sult geen beeldt van yets u maecken,
 
Noch dienen, want ick sal heel al
 
Uyt-roeyen, hem, en die hem raecken
 
In maegschap, die my haten sal.
 
 
 
4    Gy sult Godts naem in ydelheden
 
Niet nemen, want de Heer sal niet
[Folio Bb6v]
[fol. Bb6v]


illustratie

 
Onschuldig houden, die met eeden
 
Sijn' Naem misbruyckt, noch Hem ontsiet.
 
 
 
5    Gy sult uw' werck doen in ses dagen;
 
Maer viert den sevenst', rust met lust;
 
Want op dien dag was 't Godts behagen
 
Te scheppen, na de schepping, rust.
 
 
 
6    Eert uwen vader en uw' moeder,
 
Op dat gy lang in 't aerdtrijck leeft,
 
En in het landt, 't welck uw' behoeder,
 
Uw' Heere, Godt, tot wooning' geeft.
 
 
 
7    Gy sult den toorn en doodt-slag mijden;
 
Maeckt dat in u geen' echt-breuck is;
 
Steelt niet, al most gy honger lijden;
 
En spreeckt geen valsch' getuygenis.
 
 
 
8    Gy sult na 's naesten huys niet trachten,
 
Noch na sijn wijf, noch knecht, noch maegt.
[Folio Bb7r]
[fol. Bb7r]


illustratie

 
Noch op sijn' os, of esel wachten,
 
Of yets 't geen gy van 't sijne saegt.
 
 
 
9    O groote Godt, Uw' stem en reden
 
Luyt klaerder dan het fijn' metael;
 
Druckt in ons' hert die krachtigheden,
 
Dat wy Uw' Wet doen al te mael.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken