Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De dwaze rondschouw (1926)

Informatie terzijde

Titelpagina van De dwaze rondschouw
Afbeelding van De dwaze rondschouwToon afbeelding van titelpagina van De dwaze rondschouw

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.43 MB)

Scans (95.35 MB)

ebook (4.12 MB)

XML (0.09 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De dwaze rondschouw

(1926)–Victor J. Brunclair–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

De Haven

I

 
Wondere deining heeft onze haven aangedaan
 
Nog liggen de schepen voor anker maar hoog wast de vloed
 
en wiegelt de ferry-boats loom in rimpelritmus ter spelevaart
 
 
 
In 't stram gebaar der treurwilgen gebogen
 
hebben we ons wederbeeld gestolen stil uit het watervlak
 
en bleef de spiegel bij deze schouwing grauw
 
Toen het licht brak
 
was in het Oosten een roze lach voor dit prismenspel
 
en borreling der koele wel
 
zo was onbegrijpelik leed de tere weldaad aan aller ogen
 
tranendauw
 
 
 
Oeverlijn, smaragdrand overzij
 
Wij menden onze boot daarheen toen de baren brandden
 
Ach. bij de landing was de toverring der horizonnen niet nabij!
 
We waren koene dwazen in Onze waan het wezen van de stroom te vatten
 
Hoor door de golvenmuziek onbedaarlik de nimfen schateren
 
als wij deemoedig de Heer aanroepen
 
Zuiver onze tocht in zilvervaart, stil de malle tango onzer sloepen
 
Kom over de wateren!
 
 
 
Boven ons op Gods weiden diep in eigen onmetelikheid verloren
 
een eindelike stal tegemoet, dwalen wolkenlammeren, blond hemelvee
 
zijn wij de hoeders der pastorale kudde, gaan wij stille herder mee
 
de schalmei in droeve spelewijs, schalmei uit oeverriet gesneden
 
zullen wij 't preludium vol klankenregen
 
hemelzegen
 
met de schalmei die bazuin werd van aartsengelen
[pagina 11]
[p. 11]
 
paradijsmuziek in de noodzang der aardse koren strengelen
 
in het schemerdal beneden?
 
Loreleyharen van veel vrouwen goudkaskaden druipen in de vloed
 
met fijne kam van elpenbeen worden alle zonnestralen daarin gewarreld
 
dit is boos bekoren voor de visser
 
bij avendval in late vaart
 
want waar hij schemeringsadem diep indrinkt
 
die aromen aanwaait van begeerlike lijven, libellen in spelvermoeide vlucht zo loom
 
daar glijdt hij ver en laat zijn schamele kluis van leem
 
de golfslag is beeld van zijn bang verlangen
 
maar dodelik is het schaduwdalen, stilte wurgt alle passiezangen
 
en de nacht houdt intocht, blinde vorstin met een vals diadeem
 
die rooft hem de vertroosting van een droom
 
onvatbaar en zo zacht
 
de aloude stroom wendt zijn aanschijn af door de maan bezilverd en schaterlacht
 
Gaan wij stroom op?
 
Waar de golvenstem een fluistertoon, innig lied op glimming van kleurige keien
 
en haar geweld zich tot zoen plooit voor plompe nenufars ze dwingt tot spelemeien
 
wordt onze yacht gedragen door de tij
 
naar zonniger landerij?
 
 
 
De duiker vond broze schelpen
 
de vaarman 't begochelingsland van emerald
 
de visser haalde zijn netten vol wier
 
geen van alle werd het kruid gegeven
 
om de geslagen wond te stelpen
 
en de pijn te stillen die een noodschrei golft op loom land
 
 
 
Niet waar de beemden ronden
 
een bekken van geluid waar het klanklied valt
 
uit wakke monden
 
niet op plagezand
 
of in weeldetuinen met oasis van verpozen
 
waar lafenis lokt en dronken praal van rozen
 
Niet in deze regionen zal ik verwijlen
 
en de schaduwen saamweven, mijn kleed ten sier
 
Koen leg ik de lading in mijn boot
 
Ik ben passagier
 
o afreis uit het avendland
 
op de lijn naar de levant
 
de wind opermachtig goddelike bondgenoot!
[pagina 12]
[p. 12]

II

 
Haven! smis van impulsen! Reuzenaambeeld voor Thor!
 
O de magere masten, waren het bezems op sabbat, zo koddig steltenbal
 
Bruis op katarakt van geluiden, niagaraval
 
nonsens is de nietige klinkklank aan wal
 
maar godsvrucht de sombere buikspraak van een elevator!
 
 
 
Midden de versleten slenterstappen der matrozeslop
 
de waard streelt zijn ringbaard, dit is donkere tabak
 
heeft het leven tovertintelingen in een glas aquavit
 
Maar dit is niet de tastbare realiteit der dingen
 
Buiten de stemmingzaal waar een droef orkestrion liederen braakt meditatief
 
en een bootsmaat gekscheert met zijn aanhalerig lief
 
Hurrah! De wereld is één lenteland
 
Stroomin op de steiger is samenloop
 
de wereld rijst gelouterd uit de zonnedoop
 
 
 
God lei een lichtzoen op de havenmond
 
Toen hebben wij het wezen van de stroom doorgrond
 
Niet dweersen van oever tot oever, lome wiegeling zigzag
 
door kleurige druppelwaaiers en zonnerag
 
Geen opvaart naar landouweronding
 
Klief kiel het volle zog ter afreis! Van de bron naar de monding!
 
Ontzet als bij watersnood
 
deinzen de dijken
 
Als de straten uit de stille stad doordropen zijn van avondrood
 
Staat stom van aanbidding het Loodswezen na te kijken
 
Op neer over de baren gaat onze dans
 
de weergalmen van hen die land hielden halen ons in vol feestelike resonans!

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken