Jesus' verschijning aan Maria
Bleef Jesus daar nu maar staan bij Zijn graf op die Zondagmorgen? Kun je begrijpen! Jesus was zo blij en nu wilde Hij anderen ook blij maken. Natuurlijk het eerst Zijn lieve Moeder Maria.
Ook Maria was die morgen al héél vroeg opgestaan. Ze knielde neer in haar kamertje. Ze dacht nog na over alles, wat er een paar dagen geleden met Jesus was gebeurd. Maar ziet.. wat is dat?.. Ineens is heel haar kamertje vol licht, schitterend licht.... Maria slaat haar ogen op.... ziet Ze wel goed..? Wie staat daar voor Haar? Jesus.... Ja heus, haar eigen lieve Jesus. Jesus kijkt Maria aan, recht in haar ogen en o, zo blij zegt Hij: Dag Moeder.. Maar Maria kan niets zeggen. Ze moet maar kijken, aldoor kijken naar Jesus. O, hoe mooi is Hij! Zijn Lichaam is zo schoon en dat schitterend gouden licht. Maar vooral moet Ze kijken naar die blije ogen. En Jesus zegt nu: Moeder, Ik heb Me Zelf weer levend gemaakt en nu ben Ik weer bij U. O, o wat een feest! Maria denkt nu ook niet meer aan al dat verdriet, dat Ze gehad heeft, toen Ze onder het kruis stond, toen Jesus later werd neergelegd op haar schoot. Nu kan ze niets anders dan blij zijn
samen met Jesus.... Maria zou wel kunnen zingen van blijdschap. De engeltjes in de hemel gluren zo stilletjes even naar de aarde in Maria's kamertje en zeggen tegen elkaar: O, ziet nu toch eens naar Jesus en Maria. Wat zijn Ze blij. Eén engel wijst op Jesus en zegt: Wat is Hij toch mooi, hè! Nog mooier dan wij allemaal te zamen. Wat kan Jesus toch veel, hè, zegt weer 'n ander engeltje: Zo maar Zich Zelf levend maken. Ja, Hij heeft wel eens iemand anders levend gemaakt, dat was een heel groot wonder. Maar je Zelf levend maken, dat is toch wel het grootste wonder van al. Ja, maar, Jesus is toch ook God de Zoon, zei nu 'n grote, wijze engel. Zo praatten de engeltjes met elkaar en gluurden aldoor even in het kamertje. 't Was ook zo mooi om te zien: Jesus en Maria, zo heerlijk bij elkaar en zo blij. Maar Jesus wilde nog meer vrienden blij maken en daarom zei Hij na 'n poosje Zijn Moeder goede dag en ging weer heen. 't Gouden licht was weg uit Maria's kamertje. Moeder Maria was weer alleen. Maar dat vond ze nu niet erg. Ja, nu wist Ze, dat Jesus weer leefde en dat Hij nu nooit meer zou behoeven te lijden.
Wat een feest, wat een blijheid!
Auteursrecht onbekend