Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verzameld werk. Deel 1 (1974)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verzameld werk. Deel 1
Afbeelding van Verzameld werk. Deel 1Toon afbeelding van titelpagina van Verzameld werk. Deel 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.46 MB)

Scans (429.77 MB)

ebook (3.96 MB)

XML (2.40 MB)

tekstbestand






Editeurs

A. van Elslander

Anne Marie Musschoot



Genre

proza

Subgenre

verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verzameld werk. Deel 1

(1974)–Cyriel Buysse–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 14]
[p. 14]

III

Na enkele minuten gaan kwamen de twee meisjes te Brakel aan. Het licht brandde reeds in enkele huizen en in het Zijstraatje, waar zij beiden woonden, stond of zat nagenoeg al het volk, door het schone weer uitgelokt, naast de deuren buiten.

- Wat es er gebeurd? Woaromme schriemt zij? vroegen allen aan Manse.

En Manse, verontwaardigd, zweeg het niet, riep het aan al wie 't horen wilde, in haar jaloerse gramschap tegen Balduk opgewonden:

- 't Es Reus Balduk, die haar omvergeworpen en verkracht heeft in het koren!

Een samenscholing had zich dadelijk gevormd, een stoet ging in de schemering met de twee meisjes mee, luidop, met uitroepingen, met kreten en gelach de gebeurtenis alom herhalend en verkondigend.

En eensklaps was het als een worsteling: een korte, dikke, veertigjarige vrouw, Maria's moeder, kwam schreeuwend met loshangende haren naar voren gesprongen, en in een oogwenk stond ze vóór haar dochter, midden in een dichte groep.

- Woar es ze? Wat es er gebeurd? riep ze dreigend, het geschreeuw van de anderen overheersend.

Er ontstond een ogenblik stilte, waarin men nu duidelijk Maria's snikken hoorde, en Witte Manse, hijgend en vlug, herhaalde nog eens:

- 't Es Reus Balduk, die haar omvergeworpen en verkracht heeft in het koren!

Een gejoel steeg uit de volksschaar op, een vloekende vermaledijding barstte los, het kort en ruw geklets van een slag in 't gezicht weerklonk. En terstond, als bij toverslag, werd

[pagina 15]
[p. 15]

alles weer stil. Stil onder 't volk, althans; want nu greep een ongehoord toneel tussen de moeder, de dochter en Witte Manse plaats. Zij had maar dit verstaan, de moeder: Balduk heeft haar omvergeworpen in het koren! En 't was genoeg voor haar, zij vroeg niet om nog meer te weten, alles was klaar, haar dochter moest de schuld van het gebeurde zijn, en de verwijten, de verwensingen, de schandelijkste en onnoemelijkste scheldwoorden rolden, als het slijk uit een mestpoel, voor haar onschuldig meisje en voor Witte Manse uit haar mond, terwijl ze de eerste met slagen en schoppen overlaadde. Maria, als dood, verweerde zich zelfs niet; maar Witte Manse, schreiend van woede, keef tegen, antwoordde belediging voor belediging, gaf weldra vuist voor vuist en schop voor schop terug, terwijl de steeds aangroeiende menigte oorverdovend schreeuwde en de laatst aangekomenen, die het gevecht niet zagen, zich uit nijd vermaakten met de anderen nog meer ineen te dringen en te persen. De heffe des volks, alles wat Brakel aan slecht en bedorven gepeupel telde, was daar nu vergaderd. Het was een ongelooflijke krioeling van schreeuwende, dronken mannen, van wijven met loshangend haar en kinderen op de arm, van jongere knapen en meisjes, die meegilden om het uitsluitend vermaak de verwarring te vergroten. Afzonderlijke kijf- en vechtpartijen grepen nu ook onder de toeschouwers plaats; mannen kozen de partij van Reus, vrouwen die van Maria; vloekende, halfdronken moeders stieten hun weerspannige dochters binnen huize en aan het hoofd van de beweging stonden aldra een achttal gewone makkers van Reus, gekende dieven, wildstropers en bandieten, kerels met boevengezichten, die gewoonlijk van dergelijke gelegenheden gebruikmaakten om, in de grootste verwarring van het gevecht, schielijk te verdwijnen en in de buurt te gaan stelen.

- Ala! Naar huis, schandaal! snauwde eindelijk vrouw Beert haar dochter toe. En met geweld poogde zij haar vooruit te duwen. Maar beiden werden door de menigte weer naar het midden van de straat gedrongen en, als om de wanorde tot het toppunt te brengen, verschenen nu ook Reus Balduk en Slimke Snoeck in de drom. Zij schenen reeds verzoend, zij moesten ergens onderweg jenever gedronken

[pagina 16]
[p. 16]

hebben en waren beschonken; en de eerste kwam met uitgespalkte ogen nevens Maria gesprongen, vrouw Beert in het aangezicht huilend:

- Ja, ik ben met haar in het koren geweest; ja, zij is mijn lief en durft nog eens hand of vinger op haar leggen!

Het duurde niet lang, de drukking zelf van het opgewonden volk wierp hen tegen elkaar op en een nieuw gevecht, ditmaal tussen Reus en vrouw Beert ontstond. Hij had haar twee kaakslagen en een schop gegeven en zij, als een razende kattin, klauwde en krabde hem met haar nagels in het aangezicht, toen de volksschaar nogmaals openging en Beert zelf, Maria's vader, als naar gewoonte stomdronken, en van al zijn andere, luid schreiende kinderen gevolgd, op de bres sprong. Terzelfder tijd kwam Stoute Treze - Witte Manses moeder - ook buiten en het was als een sein tot algemene worsteling: een kolossaal gedrang wierp de ganse bende tegen de gevel van Beerts huis; en, in de duisternis onderscheidde men niets meer: één dierlijke drift naar vechten had over dat opruierig en ontembaar gepeupel van Brakel gewoed en allen, razend, tierend, schreeuwend, worstelden nu ondereen, blindelings, zonder keus noch reden op elkander slaande, tot ineens, niemand wist hoe, Beerts voordeur openvloog en man en vrouw en kinderen overhoop in het huis verdwenen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken