Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verzameld werk. Deel 1 (1974)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verzameld werk. Deel 1
Afbeelding van Verzameld werk. Deel 1Toon afbeelding van titelpagina van Verzameld werk. Deel 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.46 MB)

Scans (429.77 MB)

ebook (3.96 MB)

XML (2.40 MB)

tekstbestand






Editeurs

A. van Elslander

Anne Marie Musschoot



Genre

proza

Subgenre

verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verzameld werk. Deel 1

(1974)–Cyriel Buysse–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 1152]
[p. 1152]

VIII

- Alfred?

Hij deed of hij 't niet hoorde, in de lezing van een boek verdiept.

- Alfred?

Streng keek hij op, met koele blik, strak wachtend wat zij verder had te zeggen.

- Kom, wees lief, Alfred, laten we elkaar niet bouderen. Is dat nu de moeite waard? Laat ons liever elkaar goed trachten te begrijpen.

- Ik boudeer niet, antwoordde hij gemaakt kalm, - ik lees.

- Jawel, je boudeert, ik zie 't. Zij kwam naar hem toe en legde haar hand op zijn schouder. Hij bleef koel. Hij wilde koel blijven. Hij hield zich moedwillig nurks en stug, met de koppigheid van iemand die zich in zijn onrecht voelt en 't niet bekennen wil. Hij streed inwendig tegen de verwekende emotie, die hij, onder de warme, strelende drukking van haar hand, in zich voelde dringen.

- Boudeer niet meer, herhaalde zij nog eens zacht en bijna smekend. - Ik wil niets doen wat je mishaagt, wij zullen niemand inviteren.

Toen voelde hij plotseling diep kwellend al het harde en ongemotiveerde van zijn tegenkanting, en een grote, tedere emotie deed hem tranen in de ogen komen.

- Pardon, liefste, pardon, ik ben hard en slecht geweest, snikte hij eensklaps, heel zacht haar hand van zijn schouder wegtrekkend en die hartstochtelijk kussend.

Zij boog over hem neer en zoende hem ook heel teder, op het voorhoofd. Hij trok haar helemaal tot zich en omsloot haar vurig in zijn armen.

- Jawel, je mag, je moet je vriendinnen inviteren. Ik ben boos en slecht geweest en 'k smeek je om vergiffenis.

[pagina 1153]
[p. 1153]

- Neen, neen, liefste, neen, neen, laat ons zo maar met ons beidjes gelukkig zijn, streelde zij.

Maar hij drong aan, werd haast gebiedend nu.

- Ik wíl dat je ze inviteert, ik wíl het! riep hij. - Wil je mij een groot, een heel, heel groot genoegen doen? Ja? Schrijf hun dan dadelijk om ze te inviteren.

- Meen je 't heus? vroeg zij.

- Heus, ik zweer het je! sprak hij bijna plechtig, haar met open, rechtschapen blik strak in de ogen schouwend, als om haar diep genoeg al zijn berouw en wroeging te betuigen.

Toen glimlachte zij zacht tevreden, en zoende hem heel teder op de wangen. En strelend maakte zij zich uit zijn omarming los en ging voor haar lessenaartje zitten schrijven.

- Aan wie schrijf je? vroeg mevrouw de St. Mars binnenkomend.

- Alfred verlangt dat ik een paar vriendinnen inviteer, antwoordde zij.

- Welke?

- Wel, Céline en Ghislaine Berlaimont, met Elise Loebmuller en de Lisieux's.

- De Lisieux's zijn op reis. Je weet immers wel dat Paul gezegd heeft dat ze verleden vrijdag vertrokken.

Toevallig werd Alfred door 't horen van Pauls naam getroffen.

- Hé, waar hebt u Paul gezien? vroeg hij.

- Te Oostende, antwoordde Florence zonder zich om te keren.

- Je hebt mij daar niets van gezegd, sprak hij verwonderd. Florence keerde zich om:

- 't Is dat ik er niet aan gedacht heb, liefste.

Strak staarde hij haar even aan, maar haar blik rustte zó helder in de zijne, dat hij zich inwendig schaamde voor de vage argwaan, die een ogenblik in hem was opgekomen. Hij hield niet van Paul; daarom deed het hem zeker onaangenaam aan, als hij hem hoorde noemen.

- D'ailleurs ça n'a aucune importance, besloot hij, kalm zijn boek weer opnemend.

En weer over haar schrijftafel gebogen, arrangeerde zij met haar mama van de de Lozy's te vragen, in plaats van de Lisieux's.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken