Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verzameld werk. Deel 3 (1975)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verzameld werk. Deel 3
Afbeelding van Verzameld werk. Deel 3Toon afbeelding van titelpagina van Verzameld werk. Deel 3

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.45 MB)

ebook (4.02 MB)

XML (2.33 MB)

tekstbestand






Editeurs

A. van Elslander

Anne Marie Musschoot



Genre

proza

Subgenre

verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verzameld werk. Deel 3

(1975)–Cyriel Buysse–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 1037]
[p. 1037]

XII

Gladys!... zo van lieverlede drong haar beeld zich toch weer aan hem op! Hij was nu reeds meer dan een maand in Blue Springs; hij had er alles gezien en gehoord, wat er te horen en te zien was; hij was met Dzjeurens in zijn auto naar Red Hill geweest, naar Mishawaka, naar Longwood en verder langs de mooie nieuwe wegen, die nu te allen kante werden aangelegd; alleen háár had hij nog niet teruggezien! Een paar maal, in de schemering, was hij steels haar ‘residence’ voorbij gewandeld, maar zonder iets bijzonders op te merken. Het brede ingangshek stond als gewoonlijk open, bloemperkjes versierden de grasvelden; bloempotten prijkten tussen de stille gordijnen achter de ramen. Hier en daar een bescheiden verlichting, alsof daar iemand woonde, die rustig en deftig en ietwat afgezonderd wilde leven.

Hij vermeed zoveel mogelijk met zijn familieleden - vooral met Maria - over haar te spreken; maar het verlangen nog iets van haar af te weten groeide langzamerhand in hem tot een obsessie. Waarom zou hij niet eens gewoon naar haar toe gaan? Was het niet heel natuurlijk, dat hij 't deed? Was het niet een onhebbelijkheid als hij 't niet deed, al was het maar om haar te bedanken voor het milde geschenk, dat hij van haar gekregen had? Hij aarzelde nog enkele dagen; en toen, op een namiddag, tegen 't schemeruur, vatte hij al zijn moed tezamen en belde vastberaden bij haar deur aan.

Zijn hart klopte hevig terwijl hij even stond te wachten. Hoe gek leek hem dat plechtig aanbellen voor een huis, waar hij gewend was als in zijn eigen woning binnen te treden. Wie zou hem komen opendoen: Smith, de keukenmeid, of Jack, de huisknecht, of Myra, de kamenier? Een vlugge stap kwam in de gang getrippeld, de deur ging open en Myra stond vóór hem.

[pagina 1038]
[p. 1038]

- Well, Ivan! kreet zij in verbazing.

- Is mevrouw thuis? vroeg Ivan met een hik in de keel.

- Wel neen; mevrouw is reeds meer dan veertien dagen in Parijs, voor haar toiletten. Zij komt pas hier terug voor haar huwelijk en gaat onmiddellijk daarna weer naar de ‘old country’ voor vele maanden! Ge weet toch, niet waar, dat ze hertrouwt met Mr. O'Healy? Maar kom binnen. Smith en Jack zullen verrukt zijn u terug te zien!

Ivan trad binnen. Hij voelde zijn benen slapjes van ontroering. Hij werd in de zitkamer gebracht naast de keuken en vond daar Smith en Jack bezig met theedrinken.

- Well! slaakten zij allebei, de armen in de hoogte.

En het werd een gezellig partijtje.

Smith was een Cornwallische; kort en dik, met donkere pruik; Jack een Canadees, met slimme ogen en veel rimpels in 't gezicht, en Myra, een Amerikaans geborene van Ierse ouders, had een vrolijk snuitje, met rossige haren en lichte sproetvlekjes onder de ogen. Zij keken alle drie in lachende verrukking naar Ivan en Smith verkondigde:

- Hij blijft met ons eten! Wij laten hem niet los!

- Het spijt me; ik mag niet, ik kan niet; ik word bij mijn schoonzuster verwacht! verontschuldigde zich Ivan.

- Niemendal! Jack, stop zijn hoed weg en telefoneer naar zijn schoonzuster! beval Smith.

Met een wip was Jack aan de telefoon.

- Hallo! Hallo!... Yes, Madam, in here! Yes, all right. Thank you. Good bye!

- In orde! zei Jack en ging weer zitten. Ivan voelde zich hopeloos gevangen.

 

Het eten was lekker, flink begoten met waardering verdienende wijn; en Ivan hoorde vreemde dingen, die hij allerminst zou verwacht hebben. Zij hadden 't over Gladys; zo maar: Gladys! Smith, breed-uitgezeten op haar stoel, vertelde, dat de vrijage tussen Gladys en O'Healy nooit opgehouden had, vóór, tijdens en na haar huwelijk met Mr. Keane. Dat wist ze met vaste zekerheid, maar er was meer gebeurd en van dat ‘meer’ kon Jack wat vertellen, zo goed als Ivan dat ook wel kon.

[pagina 1039]
[p. 1039]

Ivan schrok geweldig. Hoe in godsnaam wisten zij en wat moest hij daarop antwoorden. Smith keek hem met leuke ogen aan en Myra kreeg een kleur van ondeugende pret. Maar al de rimpels van Jacks sluw gezicht trokken lachend samen en zonder zelf iets los te laten, vroeg hij:

- Zeg eens, old man, hoe ging het op de autotochtjes in de ‘old country?’

- Goed! antwoordde Ivan voorzichtig en wantrouwend.

- Ja maar, 's avonds, meen ik, als gij in uw hotel waart. Komaan, vertel eens. Hoeft niet bang te zijn. 't Blijft onder ons.

- Er is niets te vertellen! zei Ivan.

- Heus niet? Niets bijzonders voorgevallen, noch gemerkt? Niet eens geïnviteerd op de kamer in negligé: roze peignoir met kant en dat aardig bruin vlekje boven het linkerbeen? Zij barstten alle drie in een hevige lachbui los, terwijl Ivan van ergernis en spijt zich op de lippen beet.

't Was of hij een slag in 't gezicht kreeg. Wat! Gladys, met die Jack, die ploert, zoals ze met hemzelf was geweest! O'Healy kon hij nog begrijpen. Dat was een eerste, oude liefde. Maar zo'n kerel!

- Jaja, zei Smith, - maar gij hebt Luis niet gekend, de Mexicaanse koetsier. Hoe Keane dáár niet achter is gekomen, daar staat mijn verstand op stil. Telkens als hij in huis kwam hield ik mijn hart vast!

Ivan was opgestaan. Hij kon het er niet danger uithouden. Hij had wel kunnen schreien van vernedering en ellende.

- Zult ge gauw eens terugkomen? vroegen zij alle drie.

Hij beloofde het, om weg te geraken, vast besloten daar nooit meer een voet over de drempel te zetten. Hij vluchtte letterlijk naar 't houten huisje toe.

- Wa ziede bliek! zei Maria toen hij binnenkwam.

- 'k Hè huefpijne! klaagde hij. - 'k Goa noar mijn bedde.

- Hoe was 't doar? Hedde medám gezien?

- Madam es noar Parijs, veur heur klieren!

Maria keek hem starend aan en sloeg de handen in elkaar.

- Hadde gewild! Hadde gewild! zuchtte hij.

Ivan zei niets meer. Hij was al de trap op.

- 't Zit schief! merkte Oculi half lachend.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken