Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Ik lieg de waarheid. De beste Kronkels (2007)

Informatie terzijde

Titelpagina van Ik lieg de waarheid. De beste Kronkels
Afbeelding van Ik lieg de waarheid. De beste KronkelsToon afbeelding van titelpagina van Ik lieg de waarheid. De beste Kronkels

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.06 MB)

Scans (20.77 MB)

ebook (3.08 MB)

XML (0.54 MB)

tekstbestand






Editeur

Sylvia Witteman



Genre

proza

Subgenre

bloemlezing
column(s) / cursiefjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Ik lieg de waarheid. De beste Kronkels

(2007)–S. Carmiggelt–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 178]
[p. 178]

Duiven

In de buurt van mijn Londens hotel bevindt zich een parkje. Niet veel zaaks, als ik het zo eens zeggen mag. Een paar schriele bomen houden met de moed der wanhoop stand en er groeit een ordinaire kwaliteit gras. In het midden zit, op een kleine verhevenheid, Gandhi in zijn kleermakershouding, die zoveel heeft uitgericht. En in de hoek staat een bronzen mevrouw die professor was in de makke dagen toen ze je daarvoor nog niet op je gezicht timmerden, maar een standbeeld gaven. glorious is the fruit of good labour staat op haar sokkel. Zo was dat, dames.

Behalve Gandhi en die mevrouw behelst het park tweeënveertig duiven. Ik hoor u al zeggen: ‘Hoe weet je dat zo precies?’ en dat is een hele goeie vraag. Maar toen ik de eerste ochtend het parkje betrad daalden ze allemaal tegelijk, in groepsverband, neer en kwamen aan mijn voeten zitten, zodat ik ze gemakkelijk tellen kon. Ze zaten daar berstend van verwachting. Maar ik had niets eetbaars bij me. Daarom stond ik op, liep het parkje weer uit, stak de straat over en kocht, in een cafetaria, een koek waarmee je iemand gemakkelijk de hersens in kon slaan. Teruggekeerd op de bank zag ik dat de duiven zich ontgoocheld in de boom hadden teruggetrokken, maar toen ik de koek aan stukken brak en deze vervolgens op de grond wierp, stortten ze zich in een delirium van geestdrift naar beneden en begonnen razendsnel te eten. Ze hadden wel érge honger.

Terwijl ik neerkeek op mijn goede werken zag ik dat er één duif bij was die niks kreeg.

Een nette, welgeschapen duif om zo te zien.

Maar hij liep moeilijk. Zijn rechterpoot was normaal, maar met de linker trok hij hevig. In de lucht was hij helemaal one of the boys, doch op aarde had hij iets sukkelachtigs - daarom kwam hij er niet aan te pas. Toen de andere alles verzwolgen hadden kozen zij het zwerk. Alleen manke Nelis, of manke John, bleef vóór mij zitten en keek naar me.

‘'t Is op, m'n jongen,’ zei ik.

Maar hij ging niet.

Langzaam en heel voorzichtig hinkte hij voorwaarts. En toen zag

[pagina 179]
[p. 179]

ik wat hij wilde. Op de grond, tussen mijn voeten, lagen de kruimels die waren gevallen toen ik de koek in stukken brak en dáár was hij op uit. Hij nam een enorm risico, want wie garandeerde dat ik hem, als hij vlakbij was, niet plotseling, in een helse luim, vertrappen zou? Mensen staan in de dierenwereld nu eenmaal niet zo hoog aangeschreven.

Ik bleef doodstil zitten. En hij bereikte de kruimels, pikte ze in een zeer hoog tempo allemaal op en ging ervandoor. De volgende ochtend nam ik twee broodjes van het veel te overvloedige ontbijt mee en herhaalde de voedering, doch nu hield ik een brok achter voor manke John, die ik hem toewierp toen de andere al verzadigd waren opgestegen. Maar dat bleek een denkfout, want toen de stakker net wilde toetasten kwam een hele dikke duif even, in een fraaie duikvlucht, uit de lucht vallen, pikte hem het stuk brood af en ging ermee in de boom zitten. Zo gaan die dingen, ook bij de dieren.

De derde dag was een zondag.

Ik ging met mijn broodjes op de bank zitten en keek in de lucht. Geen duif te zien.

Zouden ze een uitstapje zijn gaan maken?

Zondag is in Londen niet de leukste dag van de week en misschien vinden duiven dat ook.

Omdat ik niet met die broodjes in mijn zak wilde blijven lopen, brak ik ze toch maar in stukken en wierp ze op de grond.

En wie kwam toen aangevlogen?

Manke John - helemaal in zijn eentje.

Misschien wilden ze hem niet mee hebben, op het uitstapje. Maar dat brak ze dan lelijk op, want nu was al dat brood voor hem. Hij werd er helemaal opgewonden van en hinkte besluiteloos van de ene brok naar de andere en daarbij zág je hem denken: o lieve heertje, maak toch alstublieft dat ze niet ineens terugkomen...

Maar ze kwamen niet, zodat het een mooie zondag was voor manke John en ook een beetje voor mij. Wat Gandhi ervan dacht weet ik niet maar de bronzen dame keek met welgevallen toe. Glorious is the fruit of good labour. Dat beest zal me nog lang missen - helemaal in Londen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • Twijfelen is toegestaan


landen

  • Groot-BrittanniĆ« (en Noord-Ierland)