Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Met de neus in de boeken (1983)

Informatie terzijde

Titelpagina van Met de neus in de boeken
Afbeelding van Met de neus in de boekenToon afbeelding van titelpagina van Met de neus in de boeken

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.39 MB)

Scans (11.52 MB)

ebook (8.20 MB)

XML (0.42 MB)

tekstbestand






Illustrator

Peter van Straaten



Genre

proza

Subgenre

column(s) / cursiefjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Met de neus in de boeken

(1983)–S. Carmiggelt–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 5]
[p. 5]

Met de neus in de boeken

Mijn vader werd geboren in het Gelderse dorpje Rhieneren, als zoon van een vrouw die de bijnaam ‘mooie Leentje’ droeg en een man die het, timmerend in de bouwvakken, niet ver schopte. Het echtpaar had nog twee zoons en een dochter. Alleen mijn vader waagde de stap des huwelijks. Zijn broers en zijn zuster prefereerden de eenzaamheid, of werden door de eenzaamheid geprefereerd. Mijn vrouw placht deze helft van mijn voorgeslacht te vergelijken met ‘the House of Usher’. Deze toespeling op de personages uit Poe's beroemde vertelling ging misschien wat ver. Maar zonderlingen waren die broers en die zuster wel.

Op de dorpsschool was mijn vader, door grote leergierigheid, zó'n uitblinker dat de hoofdonderwijzer hem boeken te leen gaf om zijn honger naar kennis te stillen. Die boeken zat hij 's avonds, in de huiskamer, te lezen. In de zomer leverde dit geen problemen op. Maar 's winters moest, om zuinigheidsredenen, de olielamp al spoedig na het avondeten uit. Mijn vader ging dan, als iedereen naar bed was, met zijn boek vlak bij de asla van de kachel op de grond liggen en las, bij die vage gloed, dóór tot alle sintels waren gedoofd

Ik heb dat altijd een aangrijpend verhaal gevonden.

Het was het wáre lezen.

Tegen de verdrukking in.

Want zijn ouders waardeerden het allerminst.

‘Wat mot je toch altijd met je neus in die smerige boeken?’ vroeg de timmerman knorrig.

En toen de hoofdonderwijzer op bezoek kwam om hem te zeggen: ‘Uw zoon moet dóórleren,’ schudde hij meteen definitief zijn hoofd. Hij had andere plannen met het jongetje. Na de lagere school werd mijn vader verhuurd, als hulpje van de kruidenier. En toen hij was opgegroeid tot een jongeman liet een oom, die in Den Haag een slagerswinkel dreef,

[pagina 6]
[p. 6]

hem overkomen, omdat hij behoefte had aan een betrouwbare knecht achter de toonbank.

In die winkel ontmoette hij mijn moeder en werd verliefd op haar. Ik weet dit zeker, omdat mijn moeder mij vertelde dat ze hem, als moeilijk te krijgen meisje, na long soebatten toestond haar op een zondagmiddag te vergezellen op een fietstocht.

‘Maar,’ zei ze, ‘ik dacht die middag dat hij dronken was, want hij zwalkte zo raar heen en weer.’

Pas later bleek dat hij nooit eerder op een fiets gezeten had.

Hij was dus verliefd op haar.

Voor zij trouwden, zorgde mijn moeder er voor dat hij een baantje aannam als reiziger van een conservenfabriek. Dat heeft hij braaf gedaan, zijn hele leven lang. Ik geloof niet dat hij aan dit werk ooit iets heeft ontleend. Hij deed gewoon zijn plicht. En 's avonds zat hij, onder het schelle licht van de leeslamp, eindelijk gelukkig, met zijn neus in de boeken.

 

Het boek dat vóór u ligt en deze titel draagt, heette oorspronkelijk Mooi kado en was het geschenk, dat de Boekenweek in 1979 moest opluisteren. De commissie voor de Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek en de Vereniging ter bevordering van het Vlaamse Boekwezen verzochten mij dit geschenk te schrijven.

Ik maakte er ‘een boekje over boeken’ van.

Toen ik het manuscript inleverde bleek het echter veel te lang te zijn.

Ik moest er dus het mes in zetten.

Maar deze heruitgave, onder de titel Met de neus in de boeken, is niet aan een strak gecalculeerde omvang gebonden. Wat in 1979 geschrapt moest worden, om praktische redenen, heb ik er nu weer bijgevoegd. Twee stukjes, die ik in latere bundels opnam, worden volledigheidshalve hier herdrukt. En toen ik toch aan het uitbreiden was heb ik twee

[pagina 7]
[p. 7]

na 1979 geschreven beschouwingen, die in Mooi kado niet zouden hebben misstaan, aan het manuscript toegevoegd en het aantal brieven aan Gerard Reve aanmerkelijk vergroot.

Daar ook Peter van Straaten opnieuw en niet door eisen van omvang belemmerd met de tekenstift in de weer ging, groeide het boekje uit 1979 tot een boek waarin de lezer wat langer de neus kan steken dan de vorige keer.

 

S. Carmiggelt.



illustratie

[pagina 8]
[p. 8]


illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken