Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Alle de werken. Deel 2 (1862)

Informatie terzijde

Titelpagina van Alle de werken. Deel 2
Afbeelding van Alle de werken. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Alle de werken. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (16.13 MB)

Scans (47.16 MB)

XML (5.07 MB)

tekstbestand






Editeur

J. van Vloten

Illustrator

Johan Wilhelm Kaiser



Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Alle de werken. Deel 2

(1862)–Jacob Cats–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Nieuwe-jaers gedicht.

 
Het Nieuwe jaer is hier; het aertrijck gaet ontsluyten,
 
De botten puylen uyt, de boomen sullen spruyten,
 
Het kruyt en veyligh gras sal kruypen wijt en breet,
 
De bloemkens sullen staen elck op sijn best gekleet.
 
De tijt, de nieuwe tijt sal nieuwe jeught gaen bringen,
 
Aen bergen, bosch, en dal, aen alderhande dingen:
 
Al wat daer henen lagh, begraven in het stof,
 
Sal steken op het hooft, tot ciersel van den hof.
 
Den armen mensch alleen, met ouderdom bevangen,
 
En kan het oude vel niet uyt-doen, als de slangen;
 
Maer dat's een kleyne saeck: wy zijn noch boom, noch beest,
 
't Gunt in ons dient vernieuwt, dat is alleen den geest;
 
Dit lijf is maer een romp, de ziel, van meerder waerden,
 
Dient, in dit nieuwe jaer, getogen uyt der aerden:
 
Waerom soud' onsen geest sijn af-gesleten huyt
 
Niet konnen leggen af, soo wel als 't dorre kruyt?
 
O mensch! is alle dingh om uwent wil geschapen,
 
En wert'et nu vernieut, sult ghy alleen staen gapen,
 
En blijven, dat ghy waert? sal dan, o lieve, sal
 
In u het nieuwe jaer vernieuwen niet met al?
 
Merckt ghy niet, dagh aen dagh, dat door de nieuwe jaren
 
Dit broose lijf verout, tot dat wy neder-varen
 
In 't duyster van het graf, en treden op de baen,
 
Die al des werelts vleesch voor desen is gegaen?
 
Wanneer de gulde son, met hare snelle paerden,
 
Heeft al het jaer gerent rontsom den kloot der aerden,
 
Soo dat des hemels loop ons brenght den kortsten dagh,
 
Begint sy weer van nieus, en rent gelijckse plagh.
 
Wanneer de gulde son, des avonds, hare stralen
 
Heeft in den koelen schoot van Thetys laten dalen,
 
Spant weer haer peerden in, en met het morgen-licht
 
Vertoont ons wederom de glans van haer gesicht.
 
't Gaet anders met den mensch: want, als de dicke wolken,
 
De swarte nacht des doots omringht het hooft der volken,
 
Dan ist'er mee gedaen; eylaes! men sijght ter neêr,
 
Men sinckt diep in der aert, en niemant keert'er weer.
 
Men leeft en sterft maer eens: de doot is van de saken
 
Daer feylen eens begaen, noyt weer sijn recht te maken:
 
Leert dan, uw leven langh, leert doen, met vasten gront,
 
Dat ghy, uw leven langh, maer eenmael doen en kont!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken