Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Alle de werken. Deel 2 (1862)

Informatie terzijde

Titelpagina van Alle de werken. Deel 2
Afbeelding van Alle de werken. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Alle de werken. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (16.13 MB)

Scans (47.16 MB)

XML (5.07 MB)

tekstbestand






Editeur

J. van Vloten

Illustrator

Johan Wilhelm Kaiser



Genre

poëzie

Subgenre

verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Alle de werken. Deel 2

(1862)–Jacob Cats–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

XXXVI. Op de gelegentheyt van genoode vrienden, die de waert (na vrolijck geweest te zijn) belet na huys te gaen.

 
Als vrienden t'samen vrolijck zijn
 
Met goede kost, en hupsen wijn,
 
Al is'et schoon een soet vermaeck,
 
Licht krijght'er iemant groote vaeck,
 
Mits 't goet onthael hem aengedaen,
 
En pooght daerom na huys te gaen;
 
Maer soo 't de waert hem dan belet,
 
Om sich te voegen na het bet,
 
En hout dien gast als aen den bant,
 
Dat is (mijns oordeels) onverstant.
 
Wy leven in een vrijen staet;
 
Dat ieder na sijn ruste gaet,
 
Wanneer het hem gevallen magh,
 
Dat acht ick voor den besten slagh.
 
Het moet doch eens gescheyden zijn,
 
Al waer'er noch soo goeden wijn.
 
Ghy, waert, geeft vrydom uwen gast,
 
En doet uw' vrient geen overlast,
 
Hy sal vry met een beter lust,
 
Als hy sal hebben uyt-gerust,
 
Dan by de vrienden vrolijck zijn,
 
En eere geven aen den wijn.
 
Maer ziel, hoe komt dit hier te pas,
 
Daer van de doot ons reden was?
 
Hoort, als een vrient scheyt uytter tijt,
 
En datje dan gansch droevigh zijt;
 
Ja, wout hem houden sooje kont,
 
Dat is (mijns oordeels) sonder gront,
 
Ick acht'et best hem toe te staen,
 
Dat hy van hier mach henen gaen,
 
En scheyden uyt dit vremt gewoel,
 
Dat ghy en ick noch heden voel,
 
Op dat hy ruste nemen magh,
 
Om weder op den jonghsten dagh
 
Te komen met een bly gelaet,
 
Te komen in een beter staet,
 
Te komen met een reynen geest
 
In 't noyt volpresen bruylofs-feest.
 
Gesellen, als ick gae te gast,
 
Noem ick het houwen overlast;
 
My is dàn goet onthael gedaen,
 
Als ick mach vry daer henen gaen.
 
Nu, al die ick voor vrienden ken,
 
Ick bid u nu door dese pen,
 
Ick bidde wat ick bidden magh,
 
Ontfanght aldus mijn lesten dagh,
 
Als ick sal scheyden uyt het vleys,
 
Bidt God, en wenscht my goede reys!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken