Ekskuseer mijn linkerhand(1959)–J.B. Charles– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 41] [p. 41] Jamaica-gedicht Als het avond is, het werk lijkt gedaan dat nimmer voltooid kan worden het bestaan dat onleefbaar mocht heten werd desniettemin toch geleefd, als de moeheid hand over hand veld wint en oog voor oog geeft het waken zich over en wordt ontwapend tot ademend vertrouwen in nacht, dan wil ik soms graag een gedicht op Jamaica schrijven, Jamaica - Maar ik doe het niet, want ik weet niet hoe de meisjes daar op Jamaica zingen en dat zullen ze, neem ik aan, juist veel doen en als ik niet weet hoe dat klinkt dan krijgt mijn Jamaica-gedicht immers zijn goede geluid niet. Dat is jammer, maar wie zal ons op een avond als deze verhinderen op Jamaica te zwerven? [pagina 42] [p. 42] Want al ben ik daar nimmer geweest en al zal ik er ook wel nooit komen, deel heb ik wel aan het woord: Jamaica! en een woord kan een landtong wezen, een erf, een huis of een vrouw, een aankomst, een ingang in vrede. Al heb ik er nog geen bekenden en ook geen familie wonen, zover als ik weet tenminste, ik heb er als knaap niet gevist en zelfs niet gespeeld als een kind Jamaica! schenk nog één gedicht in! het moet bruinig ruiken als rum en naar onuitroeibare struiken; des morgens leggen de vissers weer aan, hun houten schepen, de ijzeren schuiten hoor ik schuren in de zandige baai van Jamaica! Jamaica! Jamaica! (waarom zou er géén baai zijn in Jamaica?) [pagina 43] [p. 43] Kinderen van slaven zelf ontketend maken voor kinderen van Europa vrijwillig suiker en rum voor zwartblanke vaders en daarenboven geestdriftig gloednieuwe schilderijen met ripolinlak. Schilderijen die stellig ontaard zullen worden verklaard door corrupte schijnbeschaafde journaleziërs in Europa, die de selekte, volstrekt leeggeprate regels in ons weekblad schrijven maar wat doet Europa ertoe! Gelukkige kinderen van vroegere slaven zingen ons toe door een geurige mist van vochtig houtbruin gedrenkt hout geest van rum: Jamaica! Jamaica! Jamaica! Vorige Volgende