Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Pinokkio in Afrika (ca. 1930-1940 )

Informatie terzijde

Titelpagina van Pinokkio in Afrika
Afbeelding van Pinokkio in Afrika Toon afbeelding van titelpagina van Pinokkio in Afrika

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.41 MB)

Scans (60.91 MB)

XML (0.24 MB)

tekstbestand






Illustrator

Rie Cramer

Vertaler

Louise J. van Everdingen



Genre

jeugdliteratuur

Subgenre

roman
vertaling: Italiaans / Nederlands


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Pinokkio in Afrika

(ca. 1930-1940 )–E. Cherubini–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige
[pagina 162]
[p. 162]

XLII
Als Pinokkio het luie leven van tafelschuimer moe is, rukt hij in het bijzijn der toeschouwers de kooi aan stukken, springt over hun hoofd heen, rent naar de kust, werpt zich in zee en zwemt naar huis.

* * *

 

Dagen en dagen achtereen moest de arme gewezen keizer en koning van alle Afrikaansche vorsten te kijk staan en telkens weer het wasschen van zijn gezicht, hals en handen herhalen, aangestaard door honderden paren nieuwsgierige oogen, die hem die vreemde bewerkingen wilden zien verrichten.

Het was niet zoo zeer dat de arme marionet het onwillig deed, want eigenlijk vond hij het wel prettig, omdat hij altijd veel van reinheid had gehouden, ook voordat hij naar Afrika ging en keizer werd, maar hij begon het vernederend te vinden, op die manier zijn brood te verdienen. Om van den morgen tot den avond de vernederingen te moeten verduren van de kinderen, die - het is waar, dus dient het gezegd te worden - net als de jongens in zijn land om strijd probeerden, wie het brutaalst kon zijn en dan niet naar buiten te kunnen springen om ze eens ferm om hun ooren te slaan, of de grootsten eens flink door een plas te rollen, dat was bepaald een kwelling voor hem.

Maar het meest hinderde hem het bevel van zijn patroon, dat

[pagina 163]
[p. 163]

hij geen voedsel mocht weigeren, op welken tijd men hem ook iets eetbaars bracht.

‘Het is net of ik een aap ben!’ zuchtte de marionet droevig, zich herinnerend wat hij en zijn lieve schoolkameraden deden, als ze bij het uitgaan van de school een draaiorgelman met een aap zagen.

Het is ook onnoodig te zeggen, hoe de gedachte aan zijn vader en aan zijn lieve Fee hem kwelde, terwijl daarbij nog het feit kwam, dat hij zoo ver weg was van de plek, waar hij geboren was, waar hij zijn eerste kwajongensstreken had uitgehaald, waarmee hij de zijnen ook heel wat verdriet had gedaan, maar waar ze ook wel eens trotsch op hem geweest waren om zijn goede hart en zijn goede gedrag. Zoo langzamerhand begon hij te bemerken, dat hij het niet verdragen kon zoo heel lang ver van zijn eigen land te wonen, en tenslotte voelde hij, dat hij als hij niet gauw zijn huisje met die waggelende, maar hem toch zoo dierbare meubels terugzag, of als hij niet weer eens gauw bruin brood en het water uit de kan van zijn beste vadertje proefde, sterven zou van hartzeer.

‘Ach, mijn eigen huis......!’ zei hij, en de waterlanders waren dichtbij, terwijl hij kippetjes oppeuzelde, heerlijke boter en de fijnste vruchten kreeg, ‘mijn eigen huis......,’ herhaalde hij, zonder een oogenblik meer te denken aan het goud en het zilver, dat hij in Afrika was komen zoeken.

‘Ik moet mijn vadertje weerzien!’ riep hij op een dag midden onder een voorstelling. En zich oprichtend in de kooi, rukte hij die in een oogenblik stuk, sprong over de hoofden van de vele toeschouwers heen, die het uitgilden van schrik, want de plof, waarmee hij neerkwam op de harde aarde maakte zulk een lawaai, alsof er een armvol hout uit het raam van een tweede verdieping werd gegooid. Daarop sloeg hij op hol en verdween als een vuurpijl. Bij die vaart vergeleken zou een stormwind nog maar een slakkengang geweest zijn! En hij holde en holde...... totdat hij voor de wijde zee stond.

Even bleef hij staan. Hij keek eens om naar dat Afrika, waarnaar zijn verlangen altijd uitgegaan was, en waarvan hij

[pagina 164]
[p. 164]

als herinnering niets dan teleurstellingen meenam, en, in zee springend, zei hij onder het zwemmen:

‘Ik zal er eens terug komen, als ik wat meer ervaring heb opgedaan.’

Op dat oogenblik riep een heel bekende stem:

‘Bravo, Pinokkio, bravo!’

 



illustratie


Vorige

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken