Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Liederen. Deel 4 (1920)

Informatie terzijde

Titelpagina van Liederen. Deel 4
Afbeelding van Liederen. Deel 4Toon afbeelding van titelpagina van Liederen. Deel 4

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.29 MB)

Scans (4.41 MB)

ebook (2.89 MB)

XML (0.07 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Liederen. Deel 4

(1920)–A. van Collem–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Nieuwe liederen der gemeenschap


Vorige Volgende
[pagina 68]
[p. 68]

XXIX.

 
Die bij ons wilde wonen in den nacht,
 
Toen wij het dal des levens binnendaalden,
 
En kommernis en leed ons achterhaalden,
 
O zang, gij in ons wonende almacht.
 
 
 
Die ons begleiden wilde deze baan,
 
De stilte hield haar muren opgetrokken.
 
Wij waren blinden, met gestrekte stokken
 
Aanstieten wij een eindelooze laan.
 
 
 
Die ons doorhuiverde met uwen schal,
 
Een schreeuw werd door de menschenkeel gegeven,
 
De luchten spleten ijlings - even, even
 
Woei open gouden zaal in hemelhal.
 
 
 
Die ons gedragen hebt en ingewijd, -
 
Was het de stem der moeder, die wij hoorden?
 
De zoete stem, die bindt met duizend koorden
 
Ons oude heden aan de zaligheid.
 
 
 
Die ons genezen hebt met geurig kruid
 
Stom lagen wij en stil, maar blinkende sloeg open
 
De duisternis, uit onze ziel kwam loopen
 
Het licht, het in ons wonende geluid.
[pagina 69]
[p. 69]
 
Toen zijt gij opgestegen uit uw woon,
 
En gingt de luisterende lucht beschrijden,
 
De handen blinkende, de voeten blijde,
 
En alles werd, wat gij aanraakte schoon.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken